6. Een straaltje zon
Crystal keerde
terug naar haar kaarten om de veiligste routes op te zoeken, want
ze maakte zich nog steeds ongerust over Nana's en Normans zoon
Gerry en Gordons onvermijdelijke aangifte bij de
politie.
'Zelfs als
Louise het hem een tijdje uit zijn hoofd heeft kunnen praten, in de
hoop dat we terug zouden komen, denkend dat het misschien alleen
maar joyriding was, zal hij woedend zijn, vooral als hij dat valse
spoor heeft gevolgd,' legde ze uit. 'Laten we uit de buurt blijven
van de drukke snelwegen, waar de politie vaker patrouilleert. Sla
hier af,' droeg ze me op. 'Ja,' zei ze, opnieuw haar kaart
raadplegend, 'volg deze weg, tot ik je zeg dat je weer moet
afslaan.'
'Kunnen we
vandaag een picknick houden?' vroeg Butterfly, toen we weer een
tijd gereden hadden. 'Het was zo leuk om gisteren met Nana en
Norman in de tuin te eten.'
'Het ziet
ernaar uit dat het gaat regenen,' zei Raven
ontmoedigend.
De donkere
wolken die naar ons toe dreven, schenen in de auto te zijn
doorgedrongen. Raven merkte zelfs niet dat ik de radio niet had
aangezet. Ze staarde uit het raam naar het landschap alsof ze
gehypnotiseerd was. Toen ik in de achteruitkijkspiegel naar Crystal
en Butterfly keek, zag ik dat ze allebei peinzend voor zich uit
staarden. Butterfly keek bedroefder dan ooit.
'Willen jullie
zingen of raadseltjes oplossen?' vroeg ik. Niemand reageerde.
'Geweldig. Jullie zijn opgewekt gezelschap- Ik had net zo goed een
lijkwagen kunnen stelen,' zei ik.
'Wat is dat
daar?' zei Raven plotseling, terwijl ze overeind ging
zitten.
Nog geen
kilometer voor ons uit zat iemand aan de kant van de weg op een
koffer. Ik ging langzamer rijden toen we dichterbij
kwamen.
'Het is een
lifter,' zei Raven. 'Een meisje. Neem haar
mee, Brooke.'
'Nee,' zei
Crystal.
'Waarom niet?
Waarschijnlijk is ze alleen, net als wij. Wie anders zal haar
meenemen? Misschien zit ze straks in een plensbui,' kaatste Raven
terug.
'We kunnen
geen risico nemen,' zei Crystal.
'Wat een
risico - iemand helpen! Stop, Brooke,' zei ze smekend. 'We kunnen
wel wat ander gezelschap gebruiken,' voegde ze eraan toe, met een
blik achterom naar Crystal. Toen we dichterbij kwamen zagen we dat
de lifter een jong meisje was van een jaar of zeventien, achttien.
Ze droeg een korte, theekleurige rok, schoenen zonder sokken en een
mouwloos shirt. Een groen- met-witte hoofddoek was om haar
perzikkleurig en blauw geverfd haar en haar voorhoofd gebonden. De
versleten bruine koffer waarop ze had gezeten zag eruit of hij uit
een rijdende trein was gegooid. Hij was zo gehavend dat een paar
kleren eruit hingen. Ze had er een touw omheen gebonden om hem
dicht te houden.
'Oké. Ze ziet
er een beetje zielig uit,' zei ik en stopte.
Ze droeg maar
één oorbel, een dun leren reepje met een blauwe knikker aan het
eind ervan. Haar kleine, donkerblauwe zonnebril verborg haar ogen.
Ze had zich niet opgemaakt, maar had een groepje kleine, blauwe
stipjes op haar linkerwang.
Het shirt was
nauwsluitend en toonde duidelijk dat ze geen beha droeg, ondanks
haar ampele boezem. Ze had magere armen met een tatoeage van een
soort opengaande zonnebloem op haar linkeronderarm. Haar
rechterhand was bedekt met metalen ringen, die er geen van alle erg
duur uitzagen. Ondanks de tatoeage, de vreemde kleren en haar
hele uiterlijk was ze een knap meisje. Haar neus was perfect, haar
lippen waren vol en recht en liepen in de linkerhoek een tikje
omlaag. Als ze sprak verscheen er een kuiltje in haar
rechterwang.
'Bedankt dat jullie gestopt zijn,' zei ze ademloos. 'Ik had
niet gedacht dat ik de eerstkomende dagen iemand op deze weg zou
zien. Waar moet ik deze neergooien?' vroeg ze, wijzend op haar
koffer.
Een ogenblik lang staarden we haar alleen maar aan.
'Nou, geven jullie me een lift of niet?'
'O, ik zal de achterdeur voor je opendoen,' zei ik, en stapte
uit. Ik maakte de auto van achteren open en ze zette er snel haar
koffer in.
'Je kunt voorin zitten,' riep Raven uit het raam, en ze liep
om de auto heen en stapte in toen Raven een eindje opschoof. Ik
startte de motor en reed weg.
'Bedankt, lui,' zei ze, met een glimlach achterom naar Crystal
en Butterfly, die haar aanstaarden alsof ze een buitenaards wezen
was.
'Waar ga je naartoe?' vroeg ik.
'Overal behalve hier. En jullie?'
Ik keek in de achteruitkijkspiegel even naar Crystal. Ze
schudde bijna onmerkbaar haar hoofd.
'Naar het huis van mijn vriendin in Ohio,' zei ik.
'Mooi. Dan ga ik naar Ohio.' Uit de manier waarop ze het zei
meende ik op te maken dat ze erin zou hebben toegestemd naar Alaska
te gaan als we hadden gezegd dat we daarheen gingen.
'Hoe heet je?' vroeg Raven. Zij was het meest met haar
ingenomen.
'Sunshine. En jij?'
'Sunshine?' Raven aarzelde, alsof haar eigen naam daar niet
tegenop kon. 'Eh, ik heet Raven. Dit is Brooke,' zei ze, met een
knikje naar mij. 'Crystal en Butterfly,' ging ze verder, knikkend
naar elk van hen.
'Butterfly? Wat een mooie naam. Ik had een vriendin die haar
dochter Beetle Bug noemde omdat ze met donkere ogen geboren was,
die zo dicht bij elkaar stonden dat ze eruitag als een insect in
een deken.'
'Butterfly is een bijnaam,' zei ik. 'Haar echte naam is Janet.
Wat is jouw echte naam?'
'Dat heb ik je gezegd. Sunshine. Ik heb geen andere naam,'
hield ze vol.
'Hoe komt het dat je stond te liften?' vroeg Raven.
'Omdat dat lieve vriendje van me, Sky, me daar achter heeft
gelaten. We zijn uit elkaar.'
'Sky?' vroeg ik glimlachend.
'Hij had wél een andere naam, Ormand Boreman. Het stond op
zijn rijbewijs. Hij had beter Ormand Boring kunnen heten, zo'n stuk
verveling was hij.'
'Hij heeft je daar gewoon achtergelaten?' vroeg Crystal.
Sunshine draaide zich om en lachte naar haar.
'Nou, eerlijk gezegd, deed ik het portier open en zei: als je
niet stopt en me eruit laat, spring ik eruit. Dus stopte hij en ben
ik uitgestapt. Hij reed weg terwijl het portier nog
openstond.'
'Wat voor soort vriend is dat?' vroeg Butterfly.
'De ergste soort,' antwoordde Sunshine. 'Opgeruimd staat
netjes, hè? Ik word kotsmisselijk van mannen. Ze denken altijd dat
je, omdat je een aardig smoeltje hebt of grappig bent, voor het
grijpen bent.'
'Ik weet precies wat je bedoelt,' zei Raven. Sunshine keek
haar met een flauw glimlachje aan. Het was duidelijk dat ze
zielsverwanten waren.
'Wie zijn jullie? Waar komen jullie vandaan?'
'Van de oostkust, de staat New York,' zei Crystal snel.
'Behalve ik. Ik kom uit Ohio. En jij?'
'Ik ben in Californië geboren, maar ik ben er niet meer terug
geweest sinds...'
'Sinds wanneer?' vroeg Crystal.
'Sinds mijn lieve ouwe pa en ma zijn gescheiden,'
antwoordde
ze.
'O, sorry,' zei Crystal snel.
'Doet er niet toe. Er is niets om sorry over te zijn,' merkte
ze op.
'Heb je nog broers of zussen?' vroeg Raven.
'Waarschijnlijk,' antwoordde Sunshine.
'Waarschijnlijk? Wat bedoel je daarmee?' vroeg ik.
'Ik bedoel: waarschijnlijk. Mijn vader kennende, weet ik zeker
dat ik ergens wel broers of zussen heb.' Ze keek naar mij.
'Misschien is een van jullie wel familie van me. Ik zou het niet
weten.'
'Waar zijn je ouders nu?' vroeg Crystal. Sunshines
verschijning bracht haar kennelijk uit haar evenwicht.
'Het laatste wat ik gehoord heb was dat mama naar Rosarita
Beach in Mexico ging en papa naar Oregon,' antwoordde ze.
'Heb je sinds die tijd niets meer van ze gehoord of gezien?'
drong Butterfly aan.
'Nee. Wat mij betreft, ben ik een wees,' zei ze, 'en dat kan
me niks schelen.'
'Dat komt omdat je het niet echt bent,' mompelde
Crystal.
'Wat?'
'Niets.'
'Hoe oud was je toen je uit huis ging?' vroeg ik.
'Zestien. Eh, misschien pas vijftien. Het lijkt me nu zo lang
geleden, dat ik het me niet meer kan herinneren.'
'Hoe oud ben je nu?' vroeg Butterfly. 'Zeventien?'
Sunshine lachte.
'Ik ben twintig,' zei ze.
'Twintig!'
'Ja, ik ben al een oude dame.' Ze zocht in de buideltas die om
haar hals hing en haalde er een triest uitziende sigaret uit; de
tabak werd nauwelijks bij elkaar gehouden door het papier. 'Wil
iemand een trekje?' vroeg ze, terwijl ze hem opstak.
'We roken niet,' zei Crystal scherp.
'Ik ook niet,' zei Sunshine.
'Dat is geen sigaret,' zei Raven plotseling
achterdochtig.
'Nee. Het is een joint,' antwoordde Sunshine lachend. Ze bood
hem aan Crystal aan, die haar hoofd schudde, en toen aan Butterfly,
die haar met grote, angstige ogen aanstaarde.
'Ze wil niet,' antwoordde Crystal voor Butterfly.
'Wij geen van allen,' zei Raven. 'Die rommel geeft alleen maar
problemen.'
'Met een hoofdletter P,' zei Crystal, en ik viel haar met een
nerveus lachje bij.
'O, het is niet erg. Eén trekje kan geen kwaad,' zei Sunshine,
en inhaleerde diep. 'Het doet geen kwaad, daar gaat het om.' Ze
boog zich naar mij toe en ik schudde mijn hoofd. De zoete geur
vulde de auto. Crystal hoestte.
'Gooi weg,' beval ze.
Sunshine keek naar mij.
'Alsjeblieft,' zei ik. Ik wilde niet stoppen en haar eruit
gooien, maar ik wist dat het zou moeten als ze hiermee
doorging.
'Wat een verspilling,' mompelde ze, nam nog een lange trek en
gooide de joint toen het raam uit.
'Je zou brand kunnen stichten in een veld,' klaagde Crystal,
achteromkijkend.
'Wie ben je, de nationale leider van de vrouwelijke scouts?'
vroeg Sunshine.
Raven keek haar nijdig aan en Sunshine veranderde van
onderwerp.
'Wat doen jullie aan de oostkust?' vroeg Sunshine.
'We gaan naar school, een particuliere kostschool,' zei
Crystal snel, misschien een beetje te snel.
Sunshine keek naar Raven en toen weer naar Crystal. Ze trok
haar wenkbrauwen op, zette langzaam haar zonnebril af en keek naaar
Butterfly, die snel haar ogen neersloeg.
'Iets zegt me dat je niet de waarheid vertelt. Heb ik
gelijk?'
ging ze verder. Niemand zei iets. 'Lopen jullie allemaal weg
of zo?'
'Nee,' zei ik. 'We gaan naar Crystals huis in Ohio. We zijn
uitgenodigd.'
'Is het heus?' Ze keek achterom en glimlachte toen. 'Weinig
bagage, hè? Ik zie alleen maar een paar kussenslopen. Ik weet dat
dit niet een soort pyjamaparty is. Jullie zijn op de vlucht. Je
hoeft mij niks te vertellen. Ik weet genoeg van mensen die op de
vlucht zijn.'
'Ik heb je gezegd dat je haar niet moest meenemen,' klaagde
Crystal.
'Rustig maar,' zei Sunshine. 'Ik ben de laatste over wie je je
ongerust hoeft te maken. Ik ben al jaren op de vlucht.'
Ze leunde lachend achterover.
Ondanks Crystals tegenzin om Sunshine mee te nemen, rijden,
waren we geïntrigeerd door onze nieuwe kennis. Ze boezemde ons
belangstelling in. Ze beschreef haar reizen, de plaatsen in Amerika
die ze had bezocht, het liften, de relaties die ze aanknoopte met
mannen die haar meenamen op hun eigen reis en haar dan in de steek
lieten of iets deden waardoor zij hen in de steek liet.
'Ik ben bijna vermoord in Texas,' zei ze. We durfden bijna
geen adem te halen, uit angst haar te onderbreken. 'Ik ontmoette
een trucker op een rustplaats... de beste plaats om een lift te
krijgen. Zelfs degenen met een sticker Lifters niet Toegestaan op
hun raam, nemen je mee als je het ze maar vriendelijk genoeg
vraagt, begrijp je wat ik bedoel?'
'Nee,' zei Crystal, met samengeknepen ogen en strakke lippen.
'Wat bedoel je?'
'Wel, Pollyanna, de zaak zit zo,' zei ze, waarmee ze Crystal
nog kwader maakte.
'Ik heet geen Pollyanna!'
'Wat dan ook. Je laat ze een beetje bloot zien, flirt wat met
ze, brengt hun hoofd op hol en geeft ze een paar fantasieën,' legde
ze uit.
'En wat gebeurt er dan?' vroeg ik.
'Hangt ervan af. Als je het een aardige kerel vindt, betaal
je. En anders zijn er manieren om er onderuit te komen. Alleen die
keer in Texas wilde Roy van geen nee weten. Hij hield zo'n groot
mes tegen mijn keel,' zei ze, en gaf de lengte aan met haar handen.
Raven onderdrukte een kreet.
'Wat gebeurde er toen?' vroeg Butterfly. Sunshine keek haar
even aan.
'Wil je het echt weten?'
'Nee,' antwoordde Crystal voor haar.
'Dat dacht ik wel, Pollyanna.'
'Ik wil het wél weten,' zei Raven. 'We moeten het horen en
ervan leren,' ging ze verder.
'Waarom? Ben je van plan truckers om een lift te vragen op een
rustplaats?' vroeg Crystal op scherpe toon.
'Je weet maar nooit,' zei Raven.
'Zo hoor je te denken,' zei Sunshine grinnikend naar
Raven.
'Ik kon niets anders doen dan hem zijn gang laten gaan, of er
een begin mee te maken,' zei ze. 'Je weet op den duur wanneer
mannen op hun... laten we zeggen zwakst zijn. Ik wachtte op mijn
kans, gaf hem een por met mijn knie op de plaats waar het tot aan
zijn verjaardag pijn blijft doen en wist te ontsnappen. Ik schoot
er een paar spullen bij in. Daarom heb ik alleen nog die koffer,
maar ik was niet van plan om terug te gaan en hem erom te vragen,'
zei ze.
Iedereen zweeg, we waren verdiept in onze eigen gedachten,
bekeken de zaak ieder vanuit ons eigen standpunt.
'Waarom doe je dat?' vroeg Crystal ten slotte.
'Doe wat?'
'Liften, met vreemden meerijden, er vandoor gaan met vreemde
mannen, dit leven leiden?'
'Ik sta nou eenmaal niet ingeschreven bij een particuliere
school aan de oostkust,' antwoordde Sunshine. 'Ik ben op mezelf
aangewezen.'
'Zoek een baan, leer wat, leef zoals ieder ander,' ging
Crystal verder. 'Een hoop mensen zijn op zichzelf aangewezen, maar
eindigen niet bijna verkracht en vermoord in een of andere
truck.'
Sunshine staarde haar aan en blies toen wat lucht uit tussen
haar lippen.
'Iedereen in dit land weet wat goed is voor een ander Als je
een tijdlang op jezelf aangewezen bent geweest, kom me dan eens
opzoeken. Ik zal wat tijd voor je vrijmaken in mijn drukke
agenda.'
'Wij zijn ons hele leven op onszelf aangewezen geweest,' zei
Crystal. 'Meestal tenminste.'
'Heus?' Sunshine keek naar haar en toen naar ons. Haar
scepticisme maakte plaats voor nieuwe belangstelling. 'Hoe bedoel
je? Wie zijn jullie?'
'Wij zijn échte wezen,' zei Crystal. 'We komen uit een pleeg-
huis. Wel eens van gehoord?'
'Zonder gekheid, heus waar?' zei ze glimlachend, alsof onze
waarde in haar ogen plotseling tot in het tienvoudige was
gestegen.
'Hoe komt het dat jij nooit in een ervan terecht bent
gekomen?' vroeg Raven.
'Het is me bijna een keer gebeurd. Ik werd opgepakt wegens
landloperij in een klein stadje in Oklahoma en de politie wilde me
overdragen aan de staat, maar ik heb er door een truc aan weten te
ontkomen. Ik had een vriend in Phoenix, die net deed of hij mijn
tante was en hij stuurde geld voor de bus. De politie trapte erin.
Ik ben daadwerkelijk met een bus vertrokken en bij de eerste halte
weer uitgestapt. Ze waren niet echt in me geïnteresseerd. Ze wilden
alleen van me af. Zoals ik al zei Pollyanna, je moet leren hoe je
op de weg moet leven.'
'Noem me geen Pollyanna,' snauwde Crystal.
'Overgevoelig, hè? De eerste regel op de weg is dat je niet
overgevoelig moet zijn. Je moet een schild om je heen bouwen zoals
die schildpadden die je ziet voortkruipen. Ik heb er eens een
omgedraaid even buiten El Paso.' 'Wauw, je bent wel overal
geweest,' zei Raven vol ontzag. Zij was nooit ten westen van de
staat New York geweest.
'Niet in New York,' zei ze. 'New York City heb ik vermeden, Je
kunt daar levend worden opgegeten.'
'Wij zijn er net geweest,' zei Butterfly. 'Het is een mooie
stad.'
'O, ja? Hoe lang ben je er geweest?'
'Een paar minuten maar,' zei ik. 'We namen een verkeerde
afslag en eindigden op Broadway.'
'Een hoop mensen proberen te eindigen op Broadway,' zei
Sunshine lachend. Ze gaf Raven een por en Raven lachte met haar
mee. 'Ik mag jullie wel. Hebben jullie geld?'
'Ons spaargeld. We kregen betaald voor werk in het pleeghuis
en in zomerbaantjes,' antwoordde ik.
'Hoeveel hebben jullie?'
'Bijna vijftienhonderd dollar,' zei ik.
'Nu nog maar veertienhonderdtwintig,' bracht Crystal me in
herinnering.
'Ze heeft gelijk. Zij is de kassier,' gaf ik toe.
'O.' Ze keek weer naar Crystal. 'Nou, jullie geld schijnt in
goede handen te zijn. Ik geloof niet dat Pollyanna het type is om
het over de balk te gooien.'
'Als je me nog één keer zo noemt...' Sunshine
lachte.
Plaag haar alsjeblieft niet,' zei ik.
Oké. Ik vind je zelfs aardig... hoe heet je ook weer...'
'Crystal. Ik heet Crystal!'
'Nou ja, dat is bijna hetzelfde als Pollyanna, maar oké,
Crystal.
Ik vind jou echt aardig. Overigens, hoe zijn vier
weeskinderen aan zo'n auto gekomen? Niet dat het zo'n
prachtexemplaar van een auto is.'
Niemand zei iets.
Aha, ik begrijp het. Crystal is niet zo lelieblank als ze zich
voordoet, hè?'
'Het was niet zo prettig waar we waren,' legde ik uit, 'we
zagen daar geen toekomst voor ons.'
'Het heet Lakewood House en de eigenaar heet Gordon. Hij is
een monster,' zei Butterfly. Crystal gaf haar een por, om te
beletten dat ze teveel zei.
'Ja, een geweldige kerel,' zei ik. 'In ieder geval, we hebben
zijn auto geleend om weg te komen.'
'Dat heb ik ook gedaan,' zei ze schouderophalend.
'Wat heb je gedaan?' vroeg Raven.
'Dingen geleend. Het is de enige manier om te overleven als je
rondtrekt. Ik kende een man in Vegas. Leuke stad, Vegas. Hij leende
een auto, maar verwisselde het nummerbord toen hij de stad uitreed.
Hebben jullie dat ook gedaan?'
'Het nummerbord verwisseld?' Ik schudde mijn hoofd.
'De politie kijkt uit naar het kenteken. Als je het verwisselt
met dat van een andere auto, heb je een betere kans. De meeste
mensen merken niet eens dat hun nummerbord is verwisseld.'
'Dat is een goed idee,' zei Raven.
'Nee,' zei Crystal. 'We doen niets wat ons nog meer in de
problemen kan brengen.'
'Als de politie je betrapt in deze auto, Pollyanna, zit je
toch al in de problemen. Het nummerbord verwisselen maakt het niet
veel erger,' zei Sunshine.
ik weet het niet, Sunshine,' begon Raven.
ik zal je helpen,' viel Sunshine haar in de rede. 'Het is
gemakkelijk.'
Toen ik in de achteruitkijkspiegel keek, zag ik dat Crystal me
bezorgd aanstaarde.
'We zien wel,' zei ik. 'Laten we het dat voor dag
bekijken.
'Precies,' zei Sunshine. 'Dat is wat ik altijd doe. Zie je,'
zei ze, terwijl ze zich omdraaide naar Crystal, 'jullie beginnen al
net zo te leven als ik. We zullen net... zussen zijn, zussen op de
weg.'
We stopten voor de lunch bij een restaurant, waar ook
benzinepompen stonden. Ondanks de grootte en de plaats waar
het stond, was het er druk, en spoedig na onze binnenkomst
liep de zal vol. Crystal wilde dat we zuinig waren en zorgvuldig
bestelden, maar Sunshine bleef haar in de rede vallen en ons ver-
tellen wat we moesten bestellen.
'Het is een van de goedkoopste wegrestaurants,' zei ze.
'Profiteer ervan.'
'Ik heb honger,' merkte Raven op.
'We hebben flink ontbeten,' bracht Crystal haar in
herinnering. 'Ik heb toch honger. Ik wil ook een milkshake. En
Sunshine zegt dat de frieten hier zo goed zijn.'
ik ben hier al eens eerder geweest,' legde Sunshine uit.
'Misschien al twee keer.'
Ze bestelde een dubbele burger, frieten, een milkshake en
chocoladeijs voor dessert.
'Betaal jij zolang,' zei ze na het eten tegen Crystal, 'dan
reken ik later met je af.'
Crystal keek weer naar mij, maar ik wilde geen scène maken aan
tafel, dus knikte ik slechts. Met tegenzin betaalde Crystal de
rekening. We lieten een fooi achter en gingen naar buiten, ik ben
zo terug,' zei Sunshine en ging naar het toilet. 'Laten we
wegrijden en haar daar achterlaten,' zei Crystal zodra we weer in
de auto zaten. 'We krijgen dat geld voor haar lunch nooit terug. Ze
zorgt alleen maar voor moeilijkheden, Brooke.'
'Dat kunnen we niet doen,' zei Raven. 'Haar koffer staat in de
auto.'
'Zet die op de parkeerplaats,' opperde Crystal. 'Iemand zou
hem kunnen stelen.'
Die koffer? Dat betwijfel ik. Misschien dat de wegenwacht hem
zou meenemen om ziekte te voorkomen, maar niemand zal hem stelen,
Butterfly. Laten we het doen, Brooke.' 'Dat kan ik niet, Crystal.
Ze is er even slecht aan toe als wij. nemen haar nog een eindje mee
en zeggen dat we ergens anders naartoe gaan.'
'Dat zal haar geen moer interesseren. Ze blijft zo lang ze
kan bij ons,' waarschuwde Crystal. 'Je zult het zien.'
'Daar komt ze,' zei Raven.
Sunshine kwam snel het restaurant uit en stapte
in.
'Rij maar,' beval ze, en we reden weg. Ze draaide zich om en
overhandigde Crystal wat geld.
'Voor mijn lunch,' zei ze meesmuilend.
Crystal nam het verbaasd aan en keek naar mij voor ze even
over de biljetten wreef, alsof ze dacht dat het vals geld zou zijn.
Toen keek ze nog verbaasder en zelfs geschokt op.
'Hoe kom je aan dat vijf-dollarbiljet?'
'Wat bedoel je, hoe ik eraan kom? Ik had het bij me. Dat is
alles,' zei Sunshine.
'Nee, dat had je niet. Dit is de vijf dollar die ik heb
achtergelaten als fooi. Ik weet het omdat er een inktvlekje zit op
het gezicht van Abraham Lincoln,' zei Crystal langzaam. 'Je hebt de
fooi voor de serveerster weggenomen.'
'Nou en? Ze krijgt wel fooien van mensen die het zich beter
kunnen permitteren,' zei Sunshine.
'Dat is afschuwelijk,' hield Crystal vol.
'O, en ik veronderstel dat het stelen van iemands auto je de
Nobelprijs zal opleveren,' antwoordde Sunshine.
Crystal kreeg een kleur, beet toen op haar lip en leunde
achterover.
'Het is verkeerd,' mompelde ze.
'Geld is geld, vooral als je rondtrekt. Jullie leren het wel.
Blijf maar bij mij, dan kom je er wel achter,' zei Sunshine.
'Dat is precies waar ik bang voor ben,' mompelde
Crystal.
Sunshine lachte.
'Ik zal je vertellen over die keer in Kansas,' zei ze, in
plaats van er verder op in te gaan. 'Over wanhoop gesproken. Ik had
ongeveer twintig cent op zak.'
Ze vertelde het ene verhaal na het andere, over plaatsen en
mensen en gebeurtenissen, over haar tochten kriskras door Amerika,
ze beschreef haar kortstondige liefdesavontuurtjes zonder enige
verlegenheid of spijt. Het werd duidelijk dat in haar ogen mannen
er waren om te worden gebruikt, en seks gewoon en goede manier was
om een maaltijd of een buskaartje te krij- gen of om niet weer een
eenzame nacht door te brengen in een of andere verlaten
uithoek.
Maar voor ons was het méér dan gezellig babbelen tijdens het
rijden. Het was een beschrijving van wat mogelijk ons eigen lot zou
kunnen zijn als we niet oppasten. Het probleem was: hoe kon je
voorzichtig zijn in Sunshines wereld, dezelfde wereld waarin wij
ons nu bevonden? Het maakte dat ik me afvroeg of we niet beter
konden omkeren en dankbaar zijn voor wat we hadden. We stopten pas
weer toen we allemaal naar de wc moesten. Crystal keerde terug tot
haar rol als navigator en leidde ons zo lang mogelijk over wegen
die evenwijdig liepen aan de snelwegen. We hielden onze adem in als
we een politieauto zagen.
'Maak je toch niet zo ongerust,' zei Sunshine. 'Er worden elke
dag zoveel auto's gestolen in dit land, dat de politie het niet kan
bijbenen en het ze nauwelijks interesseert. Je moet leren een
masker op te zetten,' ging ze verder. Ze gedroeg zich of ze onze
docent was, en ons moest leren hoe we konden bestaan zonder iets te
bezitten.
'Een masker?' vroeg Butterfly. Ze leek minder verontrust over
Sunshines gedrag dan wij, en dat zat me niet lekker.
'Het uiterlijk,' antwoordde ze. 'Kijk.' Ze draaide zich om,
knipperde met haar wimpers en keek heel lief en onschuldig. 'Je
moet je onschuldig voordoen en nooit iemand het gevoel geven dat je
bang bent dat ze iets slechts over je zullen ontdekken. Ontspan je,
doe achteloos.' 'Hoe?' drong Butterfly aan.
Hou jezelf voor dat alle anderen ook een masker dragen, en
prent jezelf in dat jij het ook kunt. Iedereen doet het, weet je.
Iedereen pakt iets af van een ander. Sommigen doen het wettig,
omdat ze de regering achter zich hebben of omdat ze weten hoe
ze de wet moeten gebruiken om van mensen te profiteren Ik HEB
het vaak genoeg gezien. Ken je die uitdrukking: wie niet zondig is
kan met stenen gooien?'
'Wie uwer zonder zonden is werpe de eerste steen,' zei Crystel
droog. 'Dat staat in de bijbel. Dat heeft Jezus gezegd.'
'Ik wist dat het in de bijbel stond,' antwoordde Sunshine
scherp, in ieder geval is dat de manier waarop je moet denken dan
heb je je masker. Niemand kan een steen gooien, schat' Geloof
me.'
'Het verbaast me dat je jezelf Sunshine noemt met die sombere,
negatieve denkwijze van je,' merkte Crystal op.
Sunshine draaide zich glimlachend naar haar om.
'Dat is het masker, Pollyanna. Je begint het door te krijgen.
Zie je, ze is slimmer dan jullie allemaal dachten.'
Zelfs ik moest erom lachen. Crystal zat met een zuur gezicht
voor zich uit te kijken. Het duurde niet lang of Raven begon
Sunshine steeds meer over ons te vertellen. Ik zag dat het Crystal
zenuwachtig maakte, maar ik zag niet in waarom het belangrijk zou
zijn. Waarom zou Sunshine ons kwaad willen doen? Ze was een
geroutineerde wegloopster. Wij waren pas beginnelingen. Ze praatte
alsof ze jaren geleden aan de academie voor harde optaters was
afgestudeerd.
Toen het donker begon te worden, dachten we aan eten en
slapen. Het was allemaal gecompliceerder geworden nu Sunshine bij
ons was.
'Waar hebben jullie vannacht geslapen?' vroeg ze, en Raven
vertelde haar wat er gebeurd was.
'Nou, vanavond hebben we ook geluk,' verklaarde ze, en haalde
een creditcard uit haar tas. 'We kunnen ons een motelkamer
permitteren.'
'Van wie is die kaart?' vroeg Crystal wantrouwend.
'Van mij,' zei ze.
'Dat geloof ik niet,' zei Crystal.
Sunshine haalde haar schouders op. Ze had een muur om heen
opgetrokken. Niets wat Crystal zei raakte haar.
'Als we er een kamer mee krijgen, zul je het heus wel
geloven, Pollyanna.'
'We moeten gewoon in de auto slapen,' hield Crystal vol.
'Ik weet niet, Sunshine, we kunnen gepakt worden als je met
een gestolen creditcard betaalt,' zei Raven, en ik wist dat ze al
be- zorgd was over de paar keer dat ik Gordons creditcard voor de
benzine had gebruikt.
'Nou, ik boek een kamer. Als jullie in de auto willen slapen,
ga je gang dan maar,' zei Sunshine schouderophalend. 'Maar het is
niet erg veilig om in een auto te slapen, weet je,' ging ze verder,
met een blik op Butterfly, iemand kan de auto stelen met jullie
erin!'
Butterfly's ogen puilden bijna uit haar hoofd.
'Dat is belachelijk,' zei Crystal.
'Goed, dan is het belachelijk. Leer het maar op de harde
manier, als je dat zo graag wilt,' antwoordde Sunshine.
We reden zwijgend verder. De lucht verduisterde toen er zware
onweerswolken kwamen aandrijven. Eindelijk kwam er een motel in
zicht.
'Dit is een goed motel, niet te druk. Ze zullen blij zijn ons
te zien. Laten we een kamer boeken en een paar pizza's bestellen,'
zei Sunshine.
'Het zal wel in orde zijn,' zei Raven met enige tegenzin. Ze
keek naar mij. Ik keek naar Crystal, die woedend, met over elkaar
geslagen armen uit het raam zat te staren.
Dit is een democratie,' verklaarde ik. 'We zullen stemmen. Wie
ervoor is om vannacht hier te slapen zegt ja.' Iedereen zei ja,
behalve Crystal. 'De voorstemmers zijn in de meerderheid.'
'Sinds wanneer stemt zij voor ons?' vroeg Crystal.
Ze mag stemmen. Zij betaalt,' zei Raven.
'Doe wat je wilt,' kermde Crystal.
Parkeerde voor het motel en Sunshine stapte uit.
'Het duurt niet lang,' zei ze. We zagen haar het kantoor
binnengaan.
'Hoe kan zij nou een creditcard hebben, Brooke? Ze heeft geen
vast adres. Ze heeft hem natuurlijk gestolen en wij laten toe dat
ze hem gebruikt,' merkte Crystal op.
'Zij tekent, wij niet,' merkte Raven op.
'Je laat haar de leiding nemen. We raken in steeds grote
moeilijkheden,' voorspelde Crystal.
'We trekken rond. We moeten overleven. Ik wil niet terug, jij
soms?' daagde Raven haar uit. 'Jij, Brooke?'
'Natuurlijk niet,' zei ik.
ik ook niet,' zei Butterfly.
'Laat ze maar eens iets terugdoen, uit dank dat we haar
opgepikt hebben,' besloot Raven. Het was duidelijk dat Raven niet
wilde dat we overhaaste conclusies trokken over Sunshine - ze
geloofde dat iedereen een kans verdiende.
We keken naar de deur van het kantoor. Vijf minuten later kwam
Sunshine te voorschijn en hield lachend een sleutel omhoog. Ze
stapte in de auto.
'Nummer 32,' zei ze. 'Rechtuit.'
'Had je geen probleem?' vroeg ik.
'Nee. Waarom zou ik?'
'Had je een identiteitsbewijs?' vroeg Crystal sceptisch.
'Zeker. Ik heb hopen identiteitsbewijzen,' zei Sunshine
lachend. Ze maakte haar tas open en haalde er een paar rijbewijzen,
nog meer creditcards en zelfs een identiteitsbewijs van de
universiteit uit.
'Waar heb je die allemaal vandaan?' vroeg Raven.
'Waar denk je?' antwoordde ze lachend. 'Sommige heb ik van
vrienden gekregen. Andere heb ik me zelf bezorgd. Als jullie lief
zijn, zal ik je vertellen hoe je het moet doen. En wat denk je, de
manager zei dat er een grote pizzatent in de buurt is die ze
thuisbrengt. Ik snak naar een warme douche. O, de manager wil ook
een veldbed brengen. Ik denk dat jullie gewend zijn bij elkaar
te slapen, dus neem ik het veldbed.' Niemand protesteerde.
Zoals Sunshine had gezegd, kwam de manager, een jonge, kalende man,
met een veldbed naar onze kamer. Hij overhandigde Sunshine het
extra beddengoed. 'Dank u,' zei ze met een verleidelijke glimlach.
Hij lachte terug. 'Tot straks,' ging ze verder.
'Wat gebeurt er straks?' vroeg ik, toen hij weg was. 'Niets.
Ik had hem beloofd dat ik na het werk een borrel met hem zal gaan
drinken in een naburige bar. Misschien doe ik het wel,' zei
ze.
'Maar je zei dat je het beloofd had,' zei Butterfly. Ze
lachte. 'Het zal niet de eerste belofte zijn die ik heb verbroken,
en ook niet de laatste. Laten we de pizza's bestellen. Ik
rammel.'
We bestelden twee pizza's en een paar frisdranken. Terwijl we
wachtten namen we om de beurt een douche. De pizza's werden
gebracht en Crystal betaalde. We maakten er een feestje van;
iedereen praatte door elkaar heen, behalve Crystal, die zich nog
steeds ergerde. Later keken we televisie en toen, even na elf uur,
zei Sunshine dat ze besloten had naar de manager te gaan en haar
belofte na te komen.
ik blijf niet lang weg,' zei ze. 'Kan ik je autosleutels
lenen, Brooke? Ik wil mijn koffer halen en iets anders
aantrekken'.
Crystal keek bezorgd, dus volgde ik Sunshine naar buiten en
maakte zelf de auto open. Ze pakte haar koffer, nam hem mee naar
binnen en verwisselde haar minirok en shirt voor een spijkerbroek
en een blauw sweatshirt.
Ik hoop dat ik niet te chique gekleed ben voor die bar,' zei
ze lachend. 'Slaap lekker, meiden. Ik zal jullie niet wakker maken
als ik terugkom,' beloofde Sunshine en ging weg. 'Opgeruimd staat
netjes,' mompelde Crystal. Wil je alsjeblieft aanbinden, Crystal,'
zei Raven. 'Tot dusver heeft ze ons alleen maar goede adviezen
gegeven en geholpen.' De regen die de hele dag gedreigd had begon
te vallen. De druppels kletterden zo hard tegen het raam en op
het dak, dat het wel hagel leek.
Ik hoop niet dat ze die bui op haar hoofd krijgt,' zei
Raven.
'Haar verdiende loon,' antwoordde Crystal.
ik ben uitgeput,' zei ik, voor ze ruzie konden maken.
Butterfly sliep al. 'Maak Butterfly niet wakker,' fluisterde
ik.
Crystal deed het licht uit.
ik vind Sunshine aardig,' fluisterde Raven. 'Ze is een beetje
maf, maar je kunt plezier met haar hebben, hè, Brooke?'
'Ja, maar Crystal heeft ook gelijk. We kunnen haar niet eeuwig
meenemen, Raven. Ik maak me een beetje bezorgd hoe we haar straks
kwijt moeten raken,' zei ik.
Maar het bleek dat we ons geen zorgen hoefden te maken hoe we
afscheid van haar moesten nemen.
Zodra we onze ogen sloten vielen we in slaap. Toen we ze weer
opendeden, onthulde het eerste daglicht dat Sunshine geen gebruik
had gemaakt van haar bed. Het beddengoed lag er nog opgevouwen
naast. Raven was de eerste die het zag, toen ze rechtop in bed ging
zitten.
'Kijk,' zei ze. 'Sunshine is gisteravond niet
teruggekomen!'
Crystal kreunde en stond langzaam op. Butterfly kwam overeind
en ik volgde haar voorbeeld. Iedereen staarde naar het ongebruikte
bed.
'Wacht eens,' zei Crystal. 'Haar koffer... die stond toch hier
bij de deur?'
'Ja,' zei ik.
'Ze is teruggekomen, heeft hem gepakt en ons toen alleen
gelaten,' zei Raven. 'Waarom?'
Crystal schudde haar hoofd.
ik weet het niet, maar ik ben blij toe, en...'
Iets anders trok haar aandacht. Ze liet een verschrikte kreet
ren.
'Wat is er?' vroeg ik.
Crystal liep langzaam de kamer door. Ik had het gevoel dat ik
nog droomde. Ze raapte haar blouse van de grond naast de stoel
waarop ze die had neergelegd samen met haar rok. Haar portemonnee
was verdwenen.
'Ons geld!' riep ze uit en draaide zich naar mij om. 'Brooke,
al ons geld is weg!'