91 Lyon
‘Wie is die dokter?’ vroeg Bernadette. ‘Heeft die ook geholpen mij te redden? Wat is er toch gebeurd? Ik had het zo koud. Was ik ziek geworden of zo?’
Moeizaam draaide Bernadette zich op haar zij.
‘Mijn rug doet zo'n pijn,’ zei ze.
Ismael legde voorzichtig zijn hand op het voorhoofd van Bernadette.
‘Je bent inderdaad in levensgevaar geweest Bernadette. Maar nu moet je eerst uitrusten. We brengen je naar een ander ziekenhuis en dan vertellen we je daarna het hele verhaal.’
Met grote moeite door de pijn glimlachte ze naar Ismael. Ondertussen was Roos naar de gang gelopen. Ze probeerde haar ouders te bellen maar kreeg geen gehoor, ook niet op het nummer van Annelies en Martin. Uit de lift kwamen twee ambulance broeders met een brancard.
‘Wij zoeken Bernadette,’ zei één van hen tegen Roos.
Ze begeleidde hen terug de operatiekamer in, waar ook de zusters en de anesthesist inmiddels handboeien om hadden. Ismael hielp mee Bernadette op de brancard te leggen en duwde haar naar de lift, en vervolgens naar buiten, waar drie ziekenwagens klaarstonden. In één ervan zagen ze Stan liggen, met een grote kraag om zijn nek. Toen hij Ismael zag gaf hij hem een knipoog. Emma stapte meteen bij hem in, en ging op het bankje zitten.
‘Zonder jou was het nooit gelukt,’ zei ze.
Stan probeerde te knikken, maar vertrok zijn gezicht van de pijn.
‘Rijd je met ons mee?’ vroeg de ziekenbroeder.
Emma knikte.
Naast hen werd Genia de Landon met couveuse en al in de derde ambulance geladen.
Een stoet van drie ziekenwagens en het autootje van Lucien reed even later naar het grote academische ziekenhuis in Lyon, het Hôtel Dieu.
Bernadette kwam op de eerste hulp afdeling terecht, maar Stan moest meteen de scanner in vanwege zijn nekklachten. Een chirurg van het ziekenhuis kwam de wond van Bernadette inspecteren. Voorzichtig haalde zij het verband los en keek naar de nauwelijks zichtbare streep die vlak langs de wervelkolom liep.
‘Wat is er nou eigenlijk gebeurd?’
‘Dat is een lang verhaal,’ zei Ismael. Hij wilde het gaan uitleggen, maar de chirurg onderbrak hem.
‘Dat komt later wel,’ zei zij. ‘Voorlopig is het belangrijkste dat haar wond er goed uitziet.’
Ismael knikte, terwijl de anderen toekeken. De chirurg keek hem aan.
‘Ze heeft geluk gehad,’ zei ze. ‘Over een paar weken zie je hier bijna niets meer van. De chirurg die haar behandeld heeft moet een hele goede zijn. Die heeft een mooie fles wijn verdiend.’
Zelfs Roos was te verbouwereerd om iets terug te zeggen.
Inmiddels kwam Emma aangelopen, die bij Stan gebleven was.
‘Het valt allemaal erg mee,’ zei ze. ‘Er is niets gebroken. Er wordt boven een kamer in orde gemaakt voor hun samen.’
Halverwege de avond lagen Bernadette en Stan allebei op een bed in een vierpersoonskamer die verder leeg was. Het was helemaal stil.
Roos, Lucia, Ismael en Emma hadden met hun vieren het hele verhaal aan Bernadette verteld. Lucien zat er ook bij, maar kon het allemaal maar half volgen.
‘Dus Louise zat ook in het complot?’ vroeg Bernadette nadat ze over alles had nagedacht.
‘Ja,’ zei Lucia. ‘En Nikkie ook.’
‘Waar is Nikkie dan nu?’ Zei Bernadette.
‘Wil je dat echt weten?’ vroeg Lucia.
Bernadette schudde haar hoofd. Voorlopig was het allemaal wel even genoeg.