Boris Akoenin

Zuster Pelagia

De witte buldog

2000

Een onhandige, maar intelligente non uit een Russisch provinciestadje krijgt eind 19e eeuw te maken met twee hoofdloze lijken en twee gedode witte buldoggen.

NBD|Biblion recensie

Na de zevendelige serie historische misdaadromans over speurder Fandorin uit Moskou is hier de vertaling van deel 1 van Akoenins detectivetrilogie over zuster Pelagia. Het verhaal speelt zich af eind 19e eeuw. De spichtige Pelagia is een pittige, nieuwsgierige non uit een Russisch provinciestadje waar ze letterkunde en gymnastiek geeft op de lokale meisjesschool. De roodharige Pelagia (een kruising tussen Maria uit “The sound of music” en Miss Marple) is wat onhandig en niet erg “nonnerig” (“ze was geen non maar een sproetig misverstand”) maar speurderskwaliteiten heeft ze wel. Al bezig met haar excentrieke breiwerkjes (“een ceintuurtje voor zuster Jemilia met een werkje van schedels en beenderen erop”) werken haar hersens op volle toeren. Ze reist voor de bisschop af naar het landgoed van zijn rijke, aristocratische tante om erachter te komen wie tantes zeldzame witte buldoggen heeft vergiftigd. Ook duiken er twee hoofdloze lijken op. Een barokke, sfeervolle en kleurrijke misdaadroman, die het niet van de spanning moet hebben maar van de humor, sfeer, plot en vele verwikkelingen en uitweidingen die je een boeiend inkijkje in het Russische, 19e-eeuwse provincieleven geven. Akoenins (Georgië, 1956) werk is in vele talen vertaald.

Deel 1

Ziet op de honden