Pingelen

Maart 1996

Thuis citeerde zijn vader – die een manufacturenwinkeltje dreef – Nietzsche, Kierkegaard en Schopenhauer aan de lopende band. Maar Hans van Heelsbergen, die later profvoetballer wilde worden, dweepte met Servaas Wilkes en Rinus Terlouw, namen die zijn vader weer niets zeiden. Hans wilde ook niets te maken hebben met dat bedompte winkeltje vol steunbeha’s, onderbroeken en theedoeken, net zo min als met zijn belezen vader die hij om de oren had kunnen slaan met een van diens favoriete citaten. ‘En alleen is leven leven als het tot de dood ontroert.’ Inderdaad, Boutens. Hans vond dat je vooral moest uitkijken dat je niet oud werd achter een houten toonbank.

Daarom ging hij profvoetballer worden. Bij de junioren van het clubje waar hij speelde, openbaarde zich op de linkervleugel een talentvol solist. Hans van Heelsbergen speelde de bal zelden af. Misschien dat hij Wilkes te zeer wilde nadoen. Pingelen was ook zijn handelsmerk. Pingelen was het enige dat hij kon.

Twee keer kreeg hij zijn vader zo gek om mee te gaan naar een voetbalwedstrijd van Sparta. De eerste keer regende het zo hard dat zijn vader hem probeerde om te kopen met een briefje van tien, veel geld in de jaren vijftig. Maar Hans liet zich niet paaien met geld. De andere keer kwam zijn vader naast een man te zitten die alles afwist van textiel. Hans begreep niet hoe je daar tijdens een voetbalwedstrijd begeesterd over kon praten, maar een jaar of acht later, hij moet een jaar of 22 zijn geweest, moest hij noodgedwongen (zijn vader was ziek) de winkel draaiende houden.

Dat ene manufacturenwinkeltje is dank zij Hans van Heelsbergen uitgegroeid tot een keten van honderd textielsupermarkten met meer dan zeshonderd werknemers. De verwachte omzet van Hans Textiel in 1996: een slordige 120 miljoen gulden!

Zijn vader hing tot aan zijn dood in 1995 aan wijsbegeerte, religie en filosofie, was zowaar ook van voetbal gaan houden en sloeg op het laatst geen wedstrijd op televisie over. Hans beweert dat hijzelf geen spat is veranderd. Hoewel hij geen profvoetballer is geworden, komt het in Azië – waar zijn kleding wordt geproduceerd – voornamelijk aan op pingelen, pingelen en nog eens pingelen.

Najaar 2004 kocht Van Heelsbergen het Kasteel, het oudste deel van het stadion van Sparta, de club die hij met enkele andere vermogende ondernemers en het gemeentebestuur van Rotterdam van een faillissement redde.