De straat was verlaten. Hij hoorde het verkeer in de verte op de snelweg. Een ijzige wind joeg door de kale takken van de bomen langs Banner Street. Maar verder was het overal stil. De opgeschoten knapen waren niet eens bij het wrak van de bruine Chevrolet.

Toen hij Savior House binnenstapte, hoorde hij de weifelende tonen van een saxofoon: iemand probeerde op de bovenverdieping 'Misty' te spelen. Hij trof Maggie aan in de televisiekamer. Ze deed vriendelijk, maar na een uur praten kon hij het raadsel van Aaron Stampier nog niet oplossen.

'Het spijt me,' zei Maggie. 'Maar je moet begrijpen dat vertrouwelijkheid hier heel belangrijk is. Niemand wil over een ander praten. Dat zou de ban verbreken. Daar was de bisschop trouwens heel erg goed in: mensen in bescherming nemen. Daarom geven we ook geen achternamen of geboorteplaatsen.'

'Ik respecteer die privacy, Maggie. Bedankt voor je hulp.'

'Als ik iets te weten kom, zal ik je opbellen,' zei ze tegemoetkomend.

'Wat ben je dan? De moeder van de jeugdherberg?'

'Ik zou eerder de mascotte van de misdienaren zijn,' lachte ze.

Toen hij naar de VW liep, zag hij dat er een papiertje onder de ruitewisser zat. Het was een opgevouwen papieren servet, en met keurige letters was de volgende boodschap opgeschreven: 'Alex. B. Street. Batman en Robin'.

Goodman keek op en door de straat, maar er was niemand te zien. Hij stapte in zij n auto en bleef een minuut lang zitten, wachtend tot de ouderwetse kachel warmte begon te verspreiden. Toen hij naar de gevel van Savior House keek, zag hij een gordijn bewegen op de bovenverdieping.

'Shit,' gromde hij, en reed weg in de richting van B Street. In het verleden was B Street een van de modieuze winkelcentra geweest. Rijke weduwen en jongedames werden door hun chauffeur naar deze straat gereden, waar ze ontvangen werden door knipmessende winkeliers, die prachtige bontjassen presenteerden of modieuze creaties lieten zien. Maar de winkels hadden plaats gemaakt voor wolkenkrabbers, parkeergarages en geüniformeerde bewakers bij de liften. Er waren nog enkele blokken met etalages, hoewel de meeste dichtgetimmerd waren. De enige bedrijvigheid was nog te vinden in pandzaken, horlogewinkels en een winkel waar gebruikte gitaren werden verkocht.

Deze vervallen winkelstraat was de toegang naar een pleisterplaats voor biseksuele en homoseksuele zakenlieden die van kantoor op weg naar huis waren. Het was een snelservice voor jonge prostituées die aan elke wens en elk verlangen konden voldoen.

Goodman voegde zich in de rij Cadillac's en Mercedessen die door de rommelige straat reden, terwijl hun bestuurders gretig speurden naar wat er te koop was: jongens in leren kleding, keurige knapen in blazer of poloshirt, travestieten en tieners, die allemaal hun best deden de aandacht te trekken, is de parade die het drukst was tussen zes en acht uur. Sommige schandknapen hadden een pooier, die obscene foto's van hun pupillen lieten zien aan de potentiële klanten en de onderhandelingen voerden.

'Batman en Robin.' Pooier en schandknaap. Robin zou Alex wel zijn, maar wie was die Alex?

De souteneurs liepen langs de rij auto's en ze spraken de klanten uitnodigend aan: 'Hé, lekkere jongen! Wat dacht je hiervan? Eenentwintig centimeter, helemaal voor jou! Pak hem, want nu is hij nog heet, en volgende week vertrekt hij naar La La Land. Kijk eens naar die rooie banaan...' Telkens als hij aangesproken werd, vroeg Goodman naar Batman en Robin. Na een half uur had hij eindelijk succes.

De knaap was groot, met een kogelrond hoofd. Aan zij n oorlel glinsterde een diamant, de punten van zijn zwarte snor waren met pommade puntig gemaakt en aan zijn dikke vingers glansden ringen. Hij droeg een zwarte leren cape over zijn brede schouders en uiteraard een masker voor zijn ogen.

'Batman?'

'Wie anders, lekkere knul?'

'Ik ben op zoek naar Robin.'

'Jij bent hier nieuw, nietwaar?'

Goodman zuchtte. 'Wat wil je, een aanbevelingsbrief?'

'Jij bent zeker de leukste thuis.' De man keek naar de aftandse VW. ik weet niet zeker of er wel drie man in dat karretje kunnen.'

'Waarom proberen we het niet? Het eten staat warm.'

De ogen van Batman vernauwden zich achter het masker.

'Het kost vijftig dollar, en vijfenzeventig als jij hem neemt. Maar ik weet niet of jij wel poen hebt.'

Goodman hield een biljet van honderd dollar omhoog voor het raampje.

'Zullen we wedden?'

Batmans ogen twinkelden. Geld betekent alles in B Street.

'Volg mij, de volgende steeg in. Heb je verwarming in die kar?'

'Hebben we dan een kachel nodig?'

Batman lachte en ging voor. Goodman reed stapvoets een duistere, smalle steeg in. Hij moest een omgevallen vuilnisbak ontwijken, de straatstenen lagen bezaaid met lege flessen en blikjes en het rook er smerig.

Marty, schurk, ik krijg je nog wel voor deze opdracht.

Batman wenkte hem verder de steeg in en stak toen zijn hand op. Goodman stopte. De grote man klopte op een verveloze deur en een ogenblik later stapte Robin naar buiten. Hij knipperde tegen het schelle licht van de koplampen.

'Doe die lichten uit!' beval Batman.

Alex was mager als een lat. Zijn vettige, blonde haren krulden onder een donkere muts uit en hij droeg een versleten suède jasje. Hij had zijn schouders opgetrokken tegen de kou en zijn handen diep weggestopt in zijn jaszakken. Het begin van een vlassig baardje sierde zijn onderkaak. Met doffe ogen keek hij naar de duisternis.

'Gaan we het in dat ding doen?' vroeg hij, met een hoofdknik naar de VW.

Goodman stapte uit zijn auto, met zijn handen losjes langs zijn zijden.

'We gaan het helemaal niet doen,' zei hij. 'Jij bent Alex, nietwaar?'

'Gore schoft,' gromde Batman. De jongen draaide zich snel om en wilde door de deur naar binnen vluchten. Batman deed een uitval naar Goodman, met een vuist zo groot als een grapefruit opgeheven naast zijn oor. Goodman blokkeerde de slag met zijn rechteronderarm en deed snel een stap dichterbij. Met zijn linkerhand gaf hij Batman een harde slag op zijn kin. De grote man wankelde achteruit en belandde tegen de stenen muur. Alex probeerde weg te komen, maar Goodman was een ervaren bokser en haalde snel uit met zijn been, zodat de magere jongen struikelde. Alex viel languit op de stenen.

Batman greep een stuk ijzeren buis uit de afvalemmer en zwaaide er met beide handen mee. Nog voordat hij kon toeslaan, gaf Goodman hem een geweldige stoot op zijn neus, gevolgd door een spervuur van slagen. Het hoofd van de grote man sloeg telkens heen en weer en hij probeerde tevergeefs de slagen te ontwijken. Goodman haalde uit met zijn rechtse, meteen gevolgd door een keiharde linkse. Batman vloog achteruit, een vuilnisemmer omverwerpend, en hij stortte ruggelings in het afval. Bloed spoot uit zijn gehavende neus. Kreunend rolde hij op zijn zij en hield beide handen voor zijn gezicht om het bloeden te stelpen.

'Mijn neus,' jammerde hij. 'Je hebt goddomme mijn neus gebroken.'

'Als jij weer overeind komt, breek ik je knieschijven ook nog,' dreigde Goodman.

Hij hoorde een krakend geluid achter zich en zag dat Alex door de deur vluchtte. Goodman zette de achtervolging in, en eenmaal binnen, dook hij meteen weg. Het was er donker als in een kerker, al schemerde hier en daar vaag wat licht door de gebarsten vensters en de scheuren in de muren. Goodman zat doodstil gehurkt en luisterde scherp. Hij probeerde te zien of er ergens iets bewoog. Hij wachtte geduldig, tot er twee of drie minuten verstreken waren. Toen hoorde hij een vloerplank kraken, links van hem. Zijn spieren spanden zich. Hij zag iets bewegen. Alex sloop behoedzaam door het haveloze interieur. Goodman volgde hem snel, en in de schaduwen blijvend, verkleinde hij de afstand tot zijn doelwit. De jongen zag hem opeens en stoof vooruit. Goodman volgde zijn voorbeeld. Met een snelle beweging raapte hij een eind hout op en smeet het naar Alex. De jongen werd geraakt bij zijn knieën, zodat hij zijn evenwicht verloor en dwars door een dunne scheidingswand viel, in een warreling van stof en gruis. Goodman sprong door de ontstane opening, greep Alex bij zijn kraag, trok hem overeind en duwde hem ruw tegen de stenen muur. Hij voelde de adem van Alex, die hem met wijdopen ogen angstig aanstaarde. Goodman greep de oorring vast.

'Hier blijven, jij kleine rat, anders scheur ik je andere oor er ook af,' snauwde hij, terwijl hij in de zak van zijn jasje zocht naar de andere oorhanger, die hij in de hut van Aaron had bemachtigd. Hij hield het kleinood in zijn handpalm en liet het zien.

'Nee!' krijste Alex.

'Wij moeten even praten,' zei Goodman. 'Is dat duidelijk?'

'Doe me geen pijn,' smeekte de knaap.

Goodman priemde met zijn wijsvinger tegen Alex' borst. 'Waar zocht jij naar, in Aarons hut?' vroeg hij.

'Eh... Ik dacht, eh... dat hij misschien een radio of zo had...'

Goodman trok aan de oorhanger, en op het gezicht van de jongen verscheen een gepijnigde grimas.

'Hoe wist jij dat ik daar was?' vroeg hij.

ik woon daar, in het eerste hok aan de rechterkant. Ik hoorde je praten met die ouwe baas en dacht dat je misschien iets wist en daarom...'

'Wat zou ik moeten weten?'

'Nou, gewoon, misschien had Aaron wel gezegd dat hij iets verstopt had.'

'Gelul.' Goodman trok nog harder aan de oorring.

'Auuu! Hé, ik...'

'Nog één keer proberen?'

'Jij weet er geen moer van,' jammerde Robin. 'Je bent trouwens niet eens een smerig...'

ik zal jou vertellen wat ik weet: jij heet Alex, en ik weet dat ik een van jouw oorringen hier heb. En ook dat ik de andere elk moment kan hebben.'

'Doe me toch geen pijn. Alsjeblieft, doe me geen pijn,' smeekte hij.

'Vertel op dan!'

'Hij had een paar boeken...'

Goodman trok wat harder.

'Au! God allemachtig! Hou op!'

'Nog één keer liegen en ik ruk je oor eraf.'

'Het was een videoband!' schreeuwde Alex.

'Wat stond erop?'

'Weet je dat niet?'

'Geef antwoord op mijn vraag: wat stond er op die band?'

'Een show.'

'Wat voor show?'

'Flauwekul met misdienaren.'

'Wat bedoel je daarmee?'

'Je begrijpt het dus écht niet?'

Goodman boog zich dicht naar het gezicht van Alex en trok nog harder aan de oorring. De jongen kronkelde van pij n. 'Je mag nog één keer antwoorden, Alex.'

'Porno!' gilde de jongen.

Goodman deinsde verrast achteruit en liet zijn greep wat verslappen. 'Porno?' herhaalde hij verbaasd.

'Ja, een neukfilm.'

Goodman liet de oorring los en keek Alex aan.

De jongen hijgde. 'Een speciale voorstelling door de misdienaren.'

Goodman kon zijn oren nauwelijks geloven. 'Vertel verder,' drong hij aan.

'We gingen vaak naar een oud gebouw dat eigendom is van de kerk, en daar was alles ingericht om te filmen, met een bed en zo. Dan moesten we het met elkaar doen, en hij gaf daarbij de aanwijzingen. Net als in Hollywood. En als hij zelf echt geil werd, dan deed hij ook mee.' 'Wie is die hij?' vroeg Goodman.

De jongen keek hem met een scheve glimlach aan. 'De bisschop, natuurlijk. Wie anders?'

'Bisschop Rushman?'

'Ja. De heilige zelf. Hij noemde het de duivel verdrijven. Mooi gevonden, hè?'

Goodman kon het nog niet geloven. 'En jij was een van die misdienaren?'

'Ja, ik, Aaron, Billy en Peter.'

'Jullie waren met z'n vieren?'

'Nou, we zullen heus niet de enigen zijn geweest. Maar dat zal niemand ooit toegeven. Trouwens, wie zou ons geloven?'

'Waarom wilde Aaron die band hebben?'

'Omdat het meisje er ook op stond, man.'

'Linda?'

'Tuurlijk. Ze was de enige meid.'

'Wacht even. Heb ik goed begrepen dat jullie het met z'n vieren deden, plus de bisschop en dat meisje?' Goodman voelde zich duizelig-

'Zo is het.'

'En jullie waren allemaal in het huis van de bisschop, op de avond dat hij vermoord werd?'

Er verscheen een angstige blik in Alex' ogen. 'Die avond was er geen speciale bijeenkomst. Dat was een maand eerder afgelopen.'

'Het staat in de agenda van de bisschop.'

'Daar weet ik niets van. Misschien probeerde hij een nieuw groepje bijeen te krijgen. Kijk eens, eerst kapten Aaron en Linda ermee, ja? En toen had ik het ook wel gezien. Niet lang daarna gaf Linda Aaron de bons, en ze verdween. Misschien werd er wel een nieuwe club bij elkaar gebracht en deed Aaron dat voor die oude viezerik.'

'Dus je wist niet zeker of Aaron die videoband had?'

'Ik weet alleen dat Aaron de laatste keer dat ik hem zag, een week geleden, zei dat hij naar de bisschop zou gaan, omdat hij het niet leuk vond dat Linda ook in beeld was.'

'Was er maar één band?'

'Ja. We deden het, en als de opname bij de volgende bijeenkomst vertoond werd, dan rukten we ons allemaal af.' Hij trok een grimas. 'De bisschop vond het heel belangrijk dat de duivel grondig uitgedreven werd. Daarna werd de band gewist.'

'Dus daarna is er geen bijeenkomst meer geweest? Jij hebt die laatste opname niet gezien?'

'Inderdaad. Aaron ging bij Linda wonen, en ik dacht shit, als ik dit doe, dan kan ik me er evengoed voor laten betalen.' 'Je zult dit allemaal als getuige moeten herhalen, als Aaron voor de rechter moet verschijnen.'

'O, nee! Je denkt toch niet dat ik dit aan iemand ga vertellen? Ik ontken alles! Dat doet toch niemand? Dacht je soms dat Linda of Billy en Peter ooit hun mond opendoen? Nooit van z'n leven!'

'En als je Aarons leven ermee redt?'

'Ik heb geen moer met hem te maken. Hij was altijd al zo'n eigenwijze betweter. Hij vond zichzelf beter dan ons.'

'We vinden wel iemand die wil praten, en dan ben je er toch bij.'

'O ja? Wat dacht je dan te doen? Zeker een advertentie in de krant zetten? Je weet geen achternamen, niets. Je kunt toch niks bewijzen zolang je die band niet hebt. En trouwens, de bisschop was niet in beeld. De laatste keer zijn er alleen opnamen gemaakt van Billy Jordan, Peter en Linda. En die zijn allemaal weg.'

'Waarom zou Aaron het gedaan hebben? Ik bedoel dat hij de bisschop zo ongeveer aan stukken heeft gehakt.'

'Hoe moet ik dat weten?'

'Was hij opvliegend?'

'Dat niet bepaald. Hij had een riem, en als we hem niet overeind konden krijgen, dan kregen we ervan langs. Hij beweerde dat de duivel ons in zijn greep had.'

ik bedoelde Aaron.'

'O, ik dacht zijne eminentie,' zei Alex schouderophalend. 'Die was niet slechter dan de anderen. Nee, Aaron en de bisschop konden het erg goed met elkaar vinden. Maar het kan zijn dat die ouwe een nieuw vriendje had gevonden en dat Aaron daar pissig over was.'

'Zo pissig dat hij Rushman zevenenzeventig keer met een mes heeft gestoken?'

'God allemachtig!'

'En zijn pik af te snijden, om die vervolgens in zijn mond te proppen?'

'Jezus! Ik wist niet dat Aaron zó geschift was.'

'Nou, hoe geschift was hij dan wel?'

'Ach, hij had altijd van die geleerde zinnen. Alsof hij een soort genie was. Hij wist ook altijd alles.'

'Vond hij het erg dat Linda het ook met die andere jongens deed?'

'Nee, ik dacht het niet. Volgens mij geilde hij daar juist op. Dat deden we allemaal, toen we er eenmaal aan gewend waren.'

'Jezus!' zei Goodman, half voor zich uit. 'Wanneer is dit allemaal begonnen?' vroeg hij.

'Bijna twee jaar geleden.'

'Maar dan was Linda amper...'

'Ze was net veertien geworden,' maakte Alex de zin af.

'En jullie?'

'Aaron was al zeventien. Ik en Peter waren vijftien jaar. Ik geloof dat Billy Jordan de oudste was. Misschien was hij toen al achttien. Hij was een forse kerel, met een grote pik. Ik denk dat de bisschop hem er graag bij hield.'

'Waarom denk je dat jullie niet de eersten waren die het deden?'

'Nou, die oude bisschop wist wel waar hij mee bezig was.' Alex sloeg zijn ogen neer. 'Eh... die eerste keer met ons was niet de eerste keer voor hem.'

Goodman was zó verdiept in het gesprek met Alex dat hij Batman pas hoorde naderen toen die nog vier meter bij hem vandaan was. Hij draaide zich razendsnel om en zag de grote man naar hem toe komen, met een eind hout als een honkbalknuppel boven zijn hoofd geheven. Maar in plaats van achteruit te deinzen, ging Goodman meteen in de aanval. De grote man maakte dezelfde fout als de eerste keer. Hij zwaaide te laat met zijn knuppel. Goodman bewoog en sloeg de arm weg, om meteen daarna tegen de knieschijf van Batman te trappen. De grote man brulde als een gewonde leeuw. Het eind hout verdween in het duister en zonder erbij na te denken, gaf Goodman zij n belager een harde vuistslag tegen diens onderkaak. De grote man kreunde en viel ruggelings achterover op de grond. Hij bleef met gespreide benen liggen.

'Jij leert ook niets, hè?' zei Goodman tegen de gevloerde pooier.

Hij hoorde geluid achter zich en draaide zich snel om: juist op tijd om Alex te zien wegvluchten naar de achterkant van het gebouw, waar hij een krakende deur openduwde en naar buiten sprong. Goodman ging hem niet achterna. Hij moest iets anders doen.

Een half uur later stond Goodman opgewonden en kwaad in een telefooncel en bladerde driftig in de gids. Hij vond een elektronicawinkel in Plains Avenue, reed erheen en kocht een videoband. Zodra hij weer in de auto zat, haalde hij het cellofaan van de doos en verborg de band onder zijn sweater. Daarna reed hij terug in de richting van Lakeview, naar de kathedraal.

De agent bij de deur van de woning van de bisschop zat onderuit in een luie stoel, met zijn ene been over de leuning. Hij las een pocketboek.

'Hallo,' groette Goodman, ik wil de plaats des onheils even bekijken.' Hij hield het huiszoekingsbevel omhoog en de agent keek er argwanend naar.

'Wel een beetje laat, nietwaar?'

'Zeg dat. We hebben kennelijk allebei late dienst, nietwaar? Is de officier al klaar?'

'Hoe moet ik dat weten? Wie bent u eigenlijk?'

Goodman pakte zijn portefeuille en liet zijn officiële vergunning zien. 'Mijn naam is Goodman. Ik ben privé-detective en werk voor de advocaat van de verdachte.'

De agent keek hem met onverholen minachting aan. 'Ze hadden die kleine rat meteen aan flarden moeten schieten toen ze hem vonden. Dat zou ons allemaal een hoop moeite bespaard hebben.'

'In de kerk?' vroeg Goodman quasi onnozel.

'Je begrijpt me best, wijsneus. Bij wijze van spreken, bedoelde ik.' Met tegenzin haalde hij de verzegeling van de deur en maakte het slot open.

'Eigenlijk heb je wel gelijk. Ik ben ook maar een gewone sukkel die zijn brood moet verdienen,' zei Goodman.

'Waarom word je dan geen hondevanger?' zei de agent zuur.

Goodman verstarde, maar zijn stem bleef vriendelijk. 'Om dezelfde reden als jij: ik heb ook geen zin om buiten rond te scharrelen. Ik zit ook liever binnen in een luie stoel met een goed boek.'

'Ik moet je wèl eerst fouilleren.'

Goodman stak gedwee zijn armen op. De agent klopte even plichtmatig en wenkte toen dat Goodman naar binnen kon gaan. In de kamer rook het vaag naar wierook en bedompt. De agent volgde hem, maar Goodman zei dat hij geen hulp nodig had. Hij had toestemming de woning alleen te bezoeken.

'Niets aanraken, niets verplaatsen en ook niets meenemen,' waarschuwde de agent.

'Weet ik.'

'De deur moet wel openblijven,' zei de agent.

'Mij best,' antwoordde Goodman.

Hij liep de kamer verder in en bleef met zijn handen in zijn zakken staan, kijkend naar het gehavende interieur. Er waren stukken uit de vloerbedekking gesneden. De bloedspatten op de wanden waren bruin verkleurd. Goodman haalde zijn notitieboekje te voorschijn en hij schetste de indeling van de kamer, liep langs het bed en keek naar het met wit krijt afgetekende silhouet. Het tapijt was hier hard geworden van het geronnen bloed. De omgevallen tafel en de lamp lagen nog op dezelfde plaats. Goodman voelde een kille huivering. In deze kamer waren de pijn en de angst bijna voelbaar aanwezig, maar ook haat, woede en wraak.

Het met krijt getekende silhouet leek nog deel uit te maken van de man die vermoord was. Onbewust dacht Goodman aan de laatste ogenblikken van bisschop Rushman, en hij vroeg zich af of de geestelijke beseft had dat zijn leven een leugen was en dat hij over de drempel van de hel zou stappen.

Goodman schudde de gedachten van zich af en wendde zich naar de garderoberuimte. Hij stapte daar naar binnen en zag de bandrecorder in de hoek. Hij tastte tussen de gewaden van Rushman, keurig opgehangen, en keek naar het stalen schoenenrek en in de lade met sweaters en shirts. Achter in de kast vond hij de banden: twee stapels, die keurig op een plank naast de recorder stonden. Het waren er in totaal ongeveer dertig. Snel keek hij naar de met de hand geschreven titels. Meestal stond er 'Preek' op genoteerd, en dan een datum. Maar onderaan de stapel bleef zijn blik rusten op het label: 'Misdienaren, 2/9/ 83'.

Dat was de band! Hij bleef secondenlang naar het etiket staren en keek toen spiedend naar de kamer. De agent was weer verdiept in zijn lectuur. Goodman trok snel een paar nylon handschoenen aan, knielde om het etiket van de band te halen en op de nieuwe band te plakken. Hij streek het etiket glad met zijn duim. Voorzichtig trok hij de band uit de stapel, maar toch klonk er geluid. De stoel van de agent kraakte. Goodman liet een paar banden van de stapel op de vloer vallen en legde de onbespeelde band met het etiket dat hij erop had geplakt daarbij.

De opname van de misdienaren verstopte hij onder zijn kleren en hij trok zijn trui naar beneden, terwijl hij de gevallen cassettes begon op te rapen. De agent was opgestaan om te zien wat er aan de hand was.

'Wat heeft dat te betekenen?' vroeg hij geïrriteerd.

'Niks aan de hand,' suste Goodman, terwijl hij de cassettes weer opstapelde, ik was alleen een beetje onhandig.'

'Kijk wel een beetje uit, ja? Als hier iets beschadigd wordt, dan krijg ik de wind van voren.'

'Ik zal nóg beter opletten,' beloofde Goodman.

De agent liep weer terug naar zijn stoel en Goodman begon in de badkamer rond te kijken. Hij opende kasten en deed de deuren weer dicht, kabaal makend en voortdurend fluitend. Met een snelle beweging maakte hij het raam in de badkamer open en keek naar beneden. Er stond een vuilnisbak precies onder het raam. Hij haalde de cassette onder zijn kleren vandaan en liet die in de vuilnisbak vallen. Daarna sloot hij het raam en keerde terug naar de gang, met zijn notitieboekje in de hand, zogenaamd aantekeningen makend.

'Zo, heb je alles gezien?' vroeg de agent.

'Ik dacht van wel. Is de keuken daar beneden?'

'Ja.'

'Dan ga daar ook nog even kijken. En buiten ook. Is dat goed?'

'Ja. Maar je hebt wel een zaklantaarn nodig, want het is aardedonker.'

ik heb een zaklantaarn meegenomen,' zei hij en haalde het ding uit zijn zak.

Goodman keek even rond in de keuken en ging toen door de achterdeur naar buiten. Hij keek in de diepte.

‘Ik vraag me af waarom hij weer naar de kerk vluchtte,' zei Goodman, half tegen zichzelf.

ik heb gehoord dat er toevallig politie in de buurt was. Dat was nog een geluk, want anders was die rat gewoon weggelopen en verdwenen.'

ik ga even beneden kijken. Je kunt de deur achter mij op slot doen. En nog bedankt.'

'Buiten is het anders verdomde koud,' zei de agent.

'Zeg dat wel.'

Goodman daalde de trap af en liep doelloos enige tijd rond voordat hij naar de vuilnisemmer ging om de cassette eruit te vissen, die hij weer onder zijn kleren stopte.

Tien minuten later was hij op weg naar Vails huis.