Jackson Memorial Hospital, Miami
Zaterdag, 11.17 uur
Mulder was netjes geschoren, had zich netjes aangekleed en had prima geslapen. Toen hij het Jackson Memorial Hospital in Miami inliep, voelde hij zich dan ook of hij bij een familielid op bezoek ging. Cassandra Rubicon was erheen gebracht om van haar verwondingen te herstellen. Eenmaal terug in de beschaving leek het dichte oerwoud met zijn insecten en schorpioenen, slangen en ellendige regenbuien een volstrekt andere wereld ... hoewel het nog maar twee dagen geleden was. Hun beproevingen waren nog lang niet vergeten. Dankzij de computerkaart in de terreinwagen was het hem en Scully gelukt om naar het oosten te rijden en een van de verharde wegen van Quintana Roo te vinden. Mulder jakkerde vervolgens over de weg als een waaghalzige bejaarde in een auto met een val me niet lastig, anders doe ik je wat!-sticker erop. De schaapherders en voetgangers, donkerharige indianen in kleurrijke, geborduurde mayakleding, waren zich doodgeschrokken.
Scully had Cassandra's ernstigste verwondingen verzorgd met pijnstillers en desinfecterende middelen uit de kleine ehbo-kist die ze in de terreinwagen vond. Meer kon ze pas doen als ze een echt ziekenhuis vonden.
Uiteindelijk waren ze staande gehouden door een Mexicaanse politiewagen, en de agent had willen weten wat ze daar in een Amerikaans legervoertuig deden. Scully had beleefd verzocht naar het dichtstbijzijnde Amerikaanse consulaat te worden gebracht. Tijdens hun afschuwelijke rit door het ongebaande oerwoud hadden ze in het vrachtgedeelte kkm-rantsoenen - kant-en-klaarmaaltijden - en flessen water gevonden. Cassandra kon blijkbaar niets eten of drinken en was na alles wat ze had doorgemaakt, zo versuft dat Mulder betwijfelde of ze zich iets zou herinneren als ondersteuning van zijn theorie over de redding door een buitenaards ruimteschip. Ook bij de commando's verwachtte hij geen getuigen te vinden. Scully en Mulder aten echter een paar van de rantsoenen, en toen ze gearresteerd werden, waren ze weer min of meer boven Jan en klaar voor de thuisreis. Cassandra was in een Mexicaans EHBO-centrum behandeld, terwijl Mulder de vereiste telefoontjes pleegde en Scully de stapel formulieren invulde. Na hun aankomst in Miami was Cassandra voor observatie en herstel naar het Jackson Memorial gebracht. De jonge vrouw was na al haar beproevingen zo moe, dat ze haar gedwongen verblijf in een ziekenhuis geen last, maar een verademing vond. Terwijl hij door de gang met linoleumtegels liep, vroeg Mulder zich af of de dochter van de archeoloog hem zou herkennen nu hij zich gewassen en verkleed had. Ze had hem nog nooit in zijn fbi-uniform van pak en das gezien.
Hij drukte in de lift op een knop. Cassandra lag op een bovenverdieping. De zware deuren gingen achter hem dicht. Ze sloten hem in de kleine kooi op, en hij werd onverwacht bang bij de gedachte aan Carlos Barreio ... die gevangenzat in de reddingbootnis aan boord van het neergestorte schip en samen met het geborgen wrak omhoog, naar de sterren gesleept werd.
Gelukkig bleek de ziekenhuislift heel wat minder bedreigend. Cassandra Rubicon lag half zittend in bed, omringd door spierwitte lakens en met het hoofdverband van een veteraan uit de burgeroorlog. Met een blik waarin verveling en pret om voorrang streden, staarde ze naar de tv, die hoog aan de muur hing. Er was een praatprogramma voor vrouwen aan de gang, en het onderwerp van de verhitte discussie luidde: 'Vrouwen die beweren dat ze met een ruimtewezen getrouwd zijn'. 'Ik ben vergeten om mijn video aan te zetten,' zei Mulder. 'Ik had dit programma willen opnemen.'
Cassandra zag hem in de deuropening van haar kamer staan en haar
gezicht lichtte op. 'Sommige dingen mis ik in het oerwoud niet,' zei ze.
Ze pakte de afstandsbediening en drukte op de uit/aan-knop. Met een
kreetje van ontzetting floepte het beeld op de buis uit.
'Voel je je een beetje beter?' vroeg hij, terwijl hij naast haar bed kwam
staan.'
'Stukken,' zei ze. 'En jouw uiterlijk is ook stukken verbeterd.' Hij wierp een blik op de smakeloze, onaangeroerde maaltijd op het dienblad naast haar bed. 'Maar eet dan minstens je geleipudding op, want je hebt het zwaar te verduren gehad.'
Ze dwong zich terwille van hem tot een glimlach. Het dikke verband bedekte een groot deel van haar verwarde, kaneelkleurige haar. 'Nou ja, archeologie is geen vak voor slappelingen, meneer Mulder.' 'Noem me alsjeblieft gewoon Mulder,' zei hij. 'Onwillekeurig denk ik
nog altijd dat meneer Mulder mijn vader is.'
Bij Mulders verwijzing naar zijn vader verstrakte haar gezicht weer.
'Ik moet je iets vragen, Cassandra,' zei hij ernstig. 'Alles wat we gezien
hebben, is namelijk vernietigd zonder dat er ook maar iets van over is.
Heeft jouw team aantekeningen, foto's of andere harde bewijzen uit
Xitaclán kunnen meesmokkelen?'
Ze schudde haar hoofd en kromp ineen. Heel even flitste pijn in haar blik. 'Nee, niets. Mijn hele team is daar omgekomen: John en Cait, Christopher en Kelly - allemaal dood, aan het begin van hun carrière vermoord. Mijn eigen vader is vermoord vanwege mij, vanwege Xitaclán.' Ze slikte en keek toen weer naar de tv alsof ze zich veel liever wilde laten afleiden - alles liever dan dit gesprek met Mulder. 'Nee, Mulder. Alles is weg, zelfs onze verslagen. Alleen mijn herinneringen heb ik nog, en zelfs die zijn niet erg helder.'
Mulder stond nog steeds naast haar. In een poging om de juiste woorden te vinden wijdde hij zijn aandacht even aan het lege tv-scherm. Cassandra leek afwezig alsof ze in haar innerlijk krachtreserves zocht, maar toen ze weer begon te praten, verraste ze hem. 'Er liggen in Yucatán nog duizend onopgegraven vindplaatsen. Als ik weer op de been ben, stel ik misschien wel een nieuwe expeditie samen. Wie weet wat we nog vinden.'
Mulder gunde zich een glimlachje. 'Ja, wie weet.'