HECTOR
Met zijn ogen nog dicht, en een vervliegende droom die hij al niet meer kon terughalen, voelde Hector loom met zijn hand naast zich op het bed. Mooi. Aish was al op. Triomfantelijk liet hij een wind en hij begroef zijn gezicht diep in het kussen om de klamme methaanstank te ontvluchten. Ik wil niet slapen in een jongenskleedkamer, klaagde Aisha altijd op de zeldzame onbewaakte momenten dat hij zich even niet in bedwang had. In de loop der jaren had hij geleerd zijn lichaam onder controle te houden en zich enkel te laten gaan wanneer hij alleen was: scheten laten en pissen onder de douche, boeren wanneer hij in zijn eentje in de auto zat, zich een heel weekend niet wassen en zijn tanden nietpoetsen wanneer zij weg was voor een congres. Niet dat zijn vrouw zo preuts was, ze kon alleen niet zo goed tegen de geuren en eigenaardigheden van het mannelijk lichaam. Zelf zou hij er geen moeite mee hebben om in een meisjeskleedkamer in slaap te vallen, omringd door de vochtige, bedwelmende geur van heerlijk jonge kutjes. Soezend, nog half gevangen in de tedere armen van de slaap, draaide hij zich op zijn rug en duwde hij het laken naar beneden. Heerlijk jonge kutjes. Hij had die woorden hardop uitgesproken.
Connie.
De gedachte aan haar rukte hem uit zijn slaap. Aish zou hem een viezerik hebben gevonden als ze hem had gehoord. Maar dat was hij absoluut niet. Hij hield gewoon van vrouwen. Jong, oud, nog maar net opbloeiend of al verwelkend. En hoewel hij zich haast schaamde voor zijn ijdelheid, wist hij dat vrouwen ook van hem hielden. Vrouwen waren gek op hem.
Opstaan, Hector, zei hij tegen zichzelf. Tijd voor je ochtendritueel.
Dat ochtendritueel bestond uit een reeks oefeningen die hij elke morgen deed. Het kostte hem hooguit twintig minuten. Soms, wanneer hij hoofdpijn of een kater had, of een combinatie van beide, of gewoon lusteloos was, een gevoel dat uit het diepst van wat hij maar zijn ziel noemde leek te komen, lukte het hem om ze in tien minuten te doen. Wat hij belangrijk vond was niet het ritueel zelf, maar dat hij dat volbracht – zelfs als hij ziek was, dwong hij zich om de oefeningen te doen. Dan stond hij op, pakte een trainingsbroek, schoot een vuil T-shirt aan en voerde een stel rekoefeningen uit, elk dertig keer. Daarna ging hij op het kleedje in de slaapkamer liggen en deed hij honderdvijftig sit-ups en vijftig push-ups. Hij rondde het geheel af met een serie van drie rekoefeningen. Vervolgens ging hij naar de keuken en zette het koffieapparaat aan voordat hij naar het buurtwinkeltje aan het einde van de straat ging om de krant en een pakje sigaretten te kopen. Weer thuis schonk hij zich een kop koffie in, liep naar de veranda, stak een sigaret op, sloeg de sportpagina’s open en begon te lezen. Op dat moment, met de krant opengeslagen voor hem, de indringende geur van koffie in zijn neus en de eerste stoot tabaksrook in zijn longen, waren al het gedoe, het gezeik, de spanningen en onzekerheden van de dag die voor hem lag volkomen onbelangrijk. Op dat moment, en alleen op dát moment, was hij gelukkig.
Hector had al op jonge leeftijd ontdekt dat je het lome, verstikkende genoegen van de slaap alleen kon doorbreken door er dwars doorheen te banjeren, je ogen open te doen en meteen uit bed te springen. Maar deze keer bleef hij met zijn hoofd op zijn kussen liggen en liet hij zich door de geluiden van zijn gezin langzaam helemaal wakker maken. Aisha had de keukenradio op een klassieke FM-zender afgestemd: de Negende van Beethoven klonk door het hele huis. Vanuit de zitkamer hoorde hij elektronische piepjes en snerpende echo’s van een computerspelletje. Hij bleef nog even liggen, wierp toen het laken van zich af en bekeek zijn naakte lichaam. Hij tilde zijn rechtervoet op en zag hoe die terugviel op het bed. Vandaag is het zover, Hector, zei hij tegen zichzelf, vandaag is het zover. Hij sprong uit bed en trok een rode onderbroek en een hemd aan, ging lang en luidruchtig pissen in de badkamer en stormde de keuken in. Aisha stond eieren te breken boven een koekenpan, hij kuste haar in haar nek. De keuken rook naar koffie. Hij zette de radio midden in het crescendo uit.
‘Hé, ik was aan het luisteren.’
Hector keek snel de cd’s door die rommelig opgestapeld lagen naast de cd-speler. Hij haalde er een uit het doosje, stopte hem in het apparaat en ging de nummers langs tot hij de track had gevonden die hij wilde horen; hij glimlachte toen de eerste vertrouwde noten van Louis Armstrongs trompet weerklonken. Hij kuste zijn vrouw weer in haar nek.
‘Vandaag is het Satchmo-dag,’ fluisterde hij tegen haar. ‘West End Blues.’
Hij deed zijn oefeningen langzaam en telde traag en gecontroleerd ademend tot dertig. Tussen elke reeks oefeningen wiegde hij even op de klanken van de jazzmuziek, die steeds sensueler werd. Bij iedere sit-up voelde hij zijn buikspieren samentrekken en bij elke push-up voelde hij de druk die op zijn triceps en borstspieren werd uitgeoefend. Hij wilde zich vandaag extra bewust zijn van zijn lichaam. Hij wilde weten dat het actief en sterk was, dat het op scherp stond.
Toen hij klaar was, veegde hij het zweet van zijn voorhoofd, raapte zijn overhemd van de grond waar hij het de vorige avond had neergekwakt en schoot zijn slippers aan.
‘Wil je nog iets uit de winkel?’
Aisha lachte naar hem. ‘Je ziet eruit als een zwerver.’
Ze zou nooit zonder make-up of nette kleren het huis uit gaan. Niet dat ze veel make-up gebruikte, dat had ze niet nodig – dat was een van de dingen die hij vanaf het begin aantrekkelijk aan haar had gevonden. Hij was nooit dol geweest op vrouwen die kwistig omgingen met foundation, poeder en lippenstift. Dat vond hij hoerig. Hij besefte dat zijn reactie belachelijk conservatief was, maar hij vond zwaar opgemaakte vrouwen nu eenmaal niet mooi, hoe knap ze objectief gezien ook waren. Aisha had geen hulp van make-up nodig. Haar donkere huid was soepel en gaaf en haar grote, diepliggende, schuinstaande ogen straalden in haar lange, smalle, mooi gevormde gezicht.
Hector keek naar zijn slippers en glimlachte. ‘Kan deze zwerver dan iets voor je meenemen uit de winkel?’
Ze schudde haar hoofd. ‘Nee. Maar je gaat vanmorgen wel naar de markt, hè?’
‘Dat heb ik toch gezegd?’
Ze wierp een blik op de keukenklok. ‘Ik zou maar opschieten.’
Haar opmerking irriteerde hem en hij zei niets. Hij wilde vanochtend helemaal niet opschieten. Hij wilde het heel rustig aan doen.
Hij pakte de zaterdagkrant en legde een briefje van tien dollar op de toonbank. Meneer Ling wilde al het goudkleurige pakje Peter Jackson Super Mild pakken, maar Hector hield hem tegen.
‘Nee, vandaag niet. Vandaag wil ik een pakje Peter Stuyvesant Red. Het zachte pakje. Maak er maar twee van.’ Hector pakte het briefje van tien terug en legde een twintigje op de toonbank.
‘Verandert u van merk?’
‘Het is mijn laatste dag, meneer Ling. Dit wordt de laatste dag dat ik rook.’
‘Heel goed.’ De oude man glimlachte naar hem. ‘Ik rook er maar drie per dag. ’s Morgens een, eentje na het eten en eentje wanneer ik de winkel sluit.’
‘Kon ik dat maar.’ Maar de laatste vijf jaar was zijn leven een mallemolen geweest van stoppen en weer beginnen, waarbij hij zich telkens voornam er maar vijf per dag te roken; vijf per dag kon toch niet veel kwaad? Maar hij kon zich nooit inhouden en pafte achter elkaar door tot het pakje leeg was. Steeds weer. Hij benijdde de oude Chinees. Drie, vier of vijf sigaretten per dag roken, dat zou hij ook graag kunnen. Maar hij kon het niet. Sigaretten waren voor hem een soort kwaadwillige minnares. Soms was hij zo gedecideerd dat hij zijn pakje onder de kraan hield en het in de vuilnisbak gooide, vastbesloten om nooit meer te roken. Hij had het cold turkey geprobeerd, met hypnose, pleisters, kauwgum; soms kon hij een paar dagen, een week, en een keer zelfs een hele maand alle verleidingen weerstaan. Maar dan snakte hij naar een sigaret op zijn werk, in het café of na het eten en viel hij onmiddellijk terug in de armen van zijn versmade minnares. En haar wraak was niet mals. Hij aanbad haar weer, kwam zonder haar de ochtend niet door. Ze was onweerstaanbaar. Op een zondagochtend, toen de kinderen bij zijn ouders waren en Aisha en hij heerlijk traag en verrukkelijk lagen te vrijen en hij zijn armen om haar heen had geslagen en fluisterde: Ik hou van jou, je bent de grootste vreugde in mijn leven, jij bent mijn steun en toeverlaat, had ze zich met een sardonische glimlach omgedraaid en gezegd: Nee, sigaretten zijn je ware liefde, sigaretten zijn je steun en toeverlaat.
De ruzie was heftig en dodelijk vermoeiend geweest – ze waren urenlang tegen elkaar tekeergegaan. Ze had hem gekrenkt, zijn trots gekwetst, vooral toen hij tot zijn grote schrik had beseft dat hij zich alleen door koortsachtig sigaretten te roken enigszins staande had kunnen houden tijdens de ruzie. Hij had haar ervan beschuldigd zelfingenomen te zijn, een moralistische burgertrut, en zij had bits een litanie aangeheven over zijn zwakheden: hij was lui en ijdel, passief en egoïstisch, bezat geen enkele wilskracht. Haar beschuldigingen kwamen hard aan omdat hij wist dat ze waar waren.
Dus had hij besloten te stoppen. Echt te stoppen deze keer. Hij had geen zin om het haar te vertellen; hij zou haar scepsis niet kunnen verdragen. Maar hij zou stoppen.
Het was een warme ochtend, hij trok zijn overhemd uit en ging met een kop koffie op de veranda zitten. Hij had zijn sigaret nog niet opgestoken of Melissa stormde door de achterdeur naar buiten en stortte zich gillend in zijn armen.
‘Ik mag van Adam niet meespelen.’ Ze huilde met gierende uithalen. Hij nam haar op schoot, streelde haar gezicht en liet haar uithuilen tot ze niet meer kon. Dit kon hij niet gebruiken, hier zat hij niet op te wachten, niet vanochtend. Hij wilde in alle rust zijn sigaret roken. Er was nooit genoeg rust. Maar hij speelde met zijn dochters haar, kuste haar op haar voorhoofd en wachtte tot ze uitgehuild was. Toen hij zijn sigaret uitdrukte, keek Melissa toe hoe die doofde.
‘Je moet niet roken, papa. Daar krijg je kanker van.’
Ze praatte de zedenpreken na die ze op school te horen kreeg. Zijn kinderen hadden moeite met de tafel van acht, maar ze wisten wel dat je van roken longkanker kreeg en van onveilig vrijen een geslachtsziekte. Hij onderdrukte de aanvechting om tegen haar uit te varen. In plaats daarvan tilde hij haar op en droeg haar de zitkamer in. Adam, die helemaal in beslag genomen werd door zijn computerspel, keek niet op.
Hector haalde diep adem. Hij had de neiging om die luie etter op zijn donder te geven, maar hij zette zijn dochter naast zijn zoon en pakte de gameconsole van hem af.
‘Nu is je zusje aan de beurt.’
‘Ze is te klein. Ze kan het niet.’
Adam sloeg zijn armen stijf over elkaar en keek opstandig naar zijn vader; zijn zachte buik puilde uit over de riem van zijn spijkerbroek. Aisha hield vol dat zijn babyvet in de puberteit zou verdwijnen, maar daar was Hector niet van overtuigd. Dat joch was geobsedeerd door beeldschermen: van de tv, zijn computer, zijn Playstation. Zijn luiheid werkte Hector op de zenuwen. Zelf was hij altijd trots geweest op zijn knappe uiterlijk en fitte lichaam. Als tiener was hij goed geweest in voetballen en nog beter in zwemmen. Onwillekeurig ervoer hij de zwaarlijvigheid van zijn zoon als een belediging. Soms geneerde hij zich om in het openbaar met Adam gezien te worden. Omdat hij wel wist hoe verfoeilijk die gedachten waren, had hij er nooit iemand over verteld. Maar hij was teleurgesteld en leek altijd op zijn zoontje te vitten. Moet je nu per se de hele dag voor de tv hangen? Het is mooi weer, ga toch buiten spelen. Adam zei dan niets, mokte alleen maar, en dat irriteerde Hector dan nog meer. Soms keek Adam hem zo gekwetst en verbijsterd aan dat Hector zich rot schaamde.
‘Vooruit, jongen, laat je zusje ook een keer.’
‘Dan verpest ze het.’
‘Nu.’
De jongen smeet de console op de grond, stond moeizaam op en rende naar zijn kamer, waar hij de deur achter zich dichtsloeg.
Melissa pakte haar vaders hand en keek hem na. ‘Ik wil spelen.’ Ze begon weer te huilen.
‘Ga dan in je eentje spelen.’
‘Ik wil met Adam spelen.’
Hector viste het pakje sigaretten uit zijn zak.
‘Het is niet meer dan eerlijk dat jij ook aan de beurt komt om te gamen. Adam was onredelijk. Over een paar minuten wil hij vast wel met je spelen, wacht maar af.’ Hij zorgde ervoor dat hij zijn stem niet verhief, waardoor de platitudes een bijna monotoon kinderlijk ritme kregen, maar Melissa liet zich niet paaien.
‘Ik wil met Adam spelen,’ jammerde ze terwijl ze zijn hand steviger vastgreep. Zijn eerste impuls was om haar weg te duwen. Schuldbewust streek hij zachtjes over haar haar en gaf haar een kusje op haar kruin.
‘Ga je met me mee naar de markt?’
Melissa jammerde niet meer, maar wilde zich nog niet gewonnen geven. Verdrietig staarde ze naar de deur die Adam achter zich had dichtgeslagen.
Hector maakte zijn hand los uit de hare. ‘Aan jou de keuze, lieverd. Je kunt hier blijven en in je eentje gamen of je kunt met mij mee naar de markt. Wat wil je het liefst?’
‘Goed.’ Hector haalde zijn schouders op en stak een sigaret tussen zijn lippen. ‘Zelf weten.’ Toen hij naar de keuken liep, begon achter hem het gehuil opnieuw.
Aisha stond haar handen af te drogen. Ze wees naar de klok.
‘Ik weet het. Ik weet het. Ik wil alleen in alle rust een sigaret kunnen roken.’
Hij dacht dat Aisha zich zou aansluiten bij de algemene klaagzang die die ochtend tegen hem werd aangeheven, maar er verscheen een glimlach op haar gezicht en ze gaf hem een kus op zijn wang.
‘Oké, wie is de schuldige van de twee?’
‘Adam. Absoluut.’
Hij ging op de veranda zijn sigaret zitten roken. Hij hoorde Aisha rustig tegen haar dochtertje praten. Hij wist dat ze op haar knieën naast Melissa zat te spelen met de console. Ook wist hij dat Adam over een paar minuten uit zijn kamer zou komen en op de bank zou gaan zitten om naar zijn zusje en zijn moeder te kijken. Even later zouden de kinderen samenspelen en zou Aisha zich weer in de keuken terugtrekken. Hij verbaasde zich over het geduld van zijn vrouw, en besefte dat hij dat niet bezat. Soms vroeg hij zich af of de kinderen later respect voor hem zouden hebben – of ze eigenlijk wel van hem hielden.
Connie hield van hem. Dat had ze tegen hem gezegd. Hij wist dat het haar bijna fysiek pijn had gedaan om daarvoor uit te komen, dat ze er bijna in gestikt was. Haar kwelling versterkte zijn eigen schaamte. Aisha had natuurlijk vaak tegen hem gezegd dat ze van hem hield, maar altijd op bedaarde, nonchalante toon; alsof ze al vanaf het begin van hun relatie zeker had geweten dat hij ook van haar hield. Zeggen dat je van iemand houdt moet altijd met emoties gepaard gaan. Connie had de woorden er verstijfd van angst uit gegooid, zonder te weten hoe hij zou reageren. Ze had hem niet durven aankijken terwijl ze het zei en ze had meteen een haarlok in haar mond gestopt. Hij had die lok voorzichtig weggehaald en haar op haar mond gezoend. ‘Ik hou ook van jou,’ had hij gezegd. En dat was ook zo, echt waar. Al maandenlang had hij nauwelijks aan iets anders kunnen denken. Maar hij had het niet tegen Connie durven zeggen. Zij had het het eerst gezegd. Zij moest het het eerst zeggen.
‘Hebben we nog valium in huis?’
‘Nee.’ Hij hoorde het verwijt in haar antwoord en zag dat ze een blik op de keukenklok wierp.
‘Ik heb nog tijd zat.’
‘Waarvoor heb je valium nodig?’
‘Ik heb het niet nodig. Ik wil het alleen hebben. Dat maakt de barbecue gewoon iets draaglijker.’
Aisha begon opeens te glimlachen, haar ogen glinsterden ondeugend. Hij drukte zijn sigaret uit in de asbak, liep door de openslaande deuren naar binnen en nam zijn vrouw in zijn armen. ‘Ik heb nog tijd zat, tijd zat,’ zong hij. Hij kuste de vingers van haar linkerhand en snoof de zoete, scherpe geur van komijn en limoen op. Ze kuste hem terug en duwde hem toen zachtjes van zich af.
‘Vind je het zo erg?’
‘Nee, natuurlijk niet.’ Eigenlijk had hij zijn zaterdagavond liever niet hoeven opofferen om gastheer te spelen voor een gezelschap van familie, vrienden en collega’s; hij had de laatste dag van zijn rokersbestaan liever iets gedaan waar hij zelf zin in had. Maar voor Aisha was het feestje van vanavond een manier om iets terug te doen voor de talloze uitnodigingen voor etentjes en feestjes. Aisha vond dat ze dat verplicht waren. Hector voelde die verplichting niet. Maar hij was een gastvrij man en begreep dat deze avond belangrijk was voor zijn vrouw. Hij was er altijd trots op geweest dat ze allebei veel belang hechtten aan respect en verdraagzaamheid ten opzichte van familie.
‘Ik vind het niet erg, maar ik zou graag wat valium hebben. Voor het geval mijn moeder me vanavond op mijn zenuwen gaat werken.’
‘Het zullen niet jóúw zenuwen zijn die vanavond worden geteisterd.’ Aisha keek weer even naar de klok. ‘Ik weet niet of ik tijd heb om bij mijn werk langs te gaan om valium te halen.’
‘Dat geeft niet. Ik ga er na de markt wel even langs.’
Onder de douche, terwijl het warme water op zijn hoofd en schouders klaterde en de stoom om hem heen opsteeg, bekeek hij zijn slanke lichaam en zijn dikke slappe lul, en hij vervloekte zichzelf. Wat ben je toch een zak, een godvergeten zak. Tot zijn verbazing sprak hij die woorden hardop uit. Een gevoel van schaamte overviel hem en bruusk draaide hij de warmwaterkraan dicht. Maar de schok van het koude water op zijn hoofd en schouders kon de wroeging niet verdrijven. Zelfs als kind had Hector nooit de tijd genomen om te fantaseren of te rationaliseren. Hij wist dat hij dat valium helemaal niet nodig had en dat hij het alleen had gezegd om Connie te kunnen zien. Hij zou gewoon langs Aisha’s kliniek kunnen rijden zonder te stoppen voor de pillen. Dat zou kunnen, maar hij wist dat hij het niet zou doen. Terwijl hij zich stond af te drogen met de klamme handdoek die rook naar zijn zeep en die van zijn vrouw, meed hij de spiegel. Pas in de slaapkamer, toen hij een beetje wax in zijn haar deed, durfde hij in de spiegel te kijken. Hij zag het grijs bij zijn slapen en zijn ongeschoren kin, de plooien bij zijn mondhoeken. Maar hij zag ook dat hij nog een stevige kaaklijn had en een volle haardos en dat hij er jonger uitzag dan drieënveertig.
Fluitend kuste hij zijn vrouw en pakte hij de boodschappenlijst en zijn autosleutels van de keukentafel.
Toen hij de auto startte, werden zijn oren meteen geteisterd door een afschuwelijk popnummer. Vlug zette hij een andere zender op, geen jazz maar lekker rustige akoestische muziek. De vorige dag had Aisha de kinderen van school gehaald en zij liet hen altijd de zender kiezen. Hij liet de kinderen nooit bepalen wat er werd opgezet in de auto en Aisha maakte er vaak grapjes over dat hij zo streng was.
‘Nee,’ hield hij dan vol. ‘Zodra ze enige smaak hebben ontwikkeld, mogen ze de muziek opzetten die ze willen.’
‘Goeie god, Hector, het zijn kinderen, die hebben nog geen smaak.’
‘Ze mogen van mij niet luisteren naar die top 40-bagger. Voor hun eigen bestwil.’
Daar moest Aisha altijd om lachen.
Het parkeerterrein bij de markt was vol en hij slalomde langzaam door de drukte tot hij een plekje vond. De Commodore – betrouwbaar, comfortabel en saai – was een concessie geweest. De auto’s die ze daarvóór hadden gehad, waren een roestige Peugeot uit eind jaren zestig die geen handrem had en die ze meteen na Adams geboorte weg hadden gedaan; een stoere Datsun 200B uit de jaren zeventig die ergens tussen Coffs Harbour en Byron Bay de geest had gegeven toen Adam zes was en Melissa net geboren was, en een wanstaltig, oud model Chrysler Valiant die onverwoestbaar leek en het gezin meerdere malen van de ene naar de andere kant van het land had gebracht om Aisha’s familie in Perth te bezoeken. De Valiant was gestolen door twee straalbezopen jongemannen die hem in Lalor in een telefooncel hadden geparkeerd, benzine over de bekleding hadden gegoten en hem in de fik hadden gestoken. Hector was bijna in tranen uitgebarsten toen de politie hem dat vertelde. Daarna had Aisha bezworen dat ze nooit meer een auto wilde die ouder was dan tien jaar. Ze wilde een veilige auto die minder duur was in onderhoud. Met tegenzin had Hector zich daarbij neergelegd. Maar hij droomde nog steeds van een Valiant – of een tweedeurs pick-up of een oude EJ Holden.
Hij ging onderuit zitten in zijn stoel, liet het raampje naar beneden zakken, stak een sigaret op en haalde de boodschappenlijst tevoorschijn. Gedegen en precies als Aisha was had ze de exacte hoeveelheden opgeschreven van de spullen die ze nodig had. Vijfentwintig gram groene kardemomzaadjes (ze kocht nooit specerijen in grote hoeveelheden omdat ze volgens haar snel oud werden). Negenhonderd gram pijlinktvis (Hector zou een kilo vragen: hij rondde altijd af naar boven, nooit naar beneden). Vier aubergines (daarachter stond tussen haakjes en onderstreept dat ze Europese en geen Aziatische aubergines wilde). Glimlachend las Hector de lijst door. De ordelijkheid van Aisha bracht hem soms tot wanhoop, maar hij bewonderde haar efficiëntie en had respect voor haar ontspannen aanpak. Als het aan hem had gelegen zou de voorbereiding voor de barbecue chaotisch zijn geweest en zijn uitgelopen op regelrechte paniek. Maar Aisha had een verbluffend organisatietalent en dat nam hij haar in dank af. Hij wist dat zonder haar zijn leven een puinhoop zou worden. Aisha’s degelijkheid en intelligentie hadden een weldadig effect op hem, dat besefte hij maar al te goed. Haar kalmte beteugelde zijn riskante impulsiviteit. Zelfs zijn moeder, die in het begin uiterst gekant was geweest tegen zijn relatie met een Indiaas meisje, moest dat toegeven.
‘Je boft maar met haar,’ zei ze dan tegen hem in het Grieks. ‘Joost mag weten aan wat voor zwerfster je anders was blijven hangen als je haar niet had ontmoet. Je hebt geen zelfbeheersing. Nooit gehad.’
Hij dacht aan zijn moeders woorden toen hij de doos met groenten en fruit achter in de auto had gezet en terugslenterde naar de delicatessenzaak. De spijkerbroek van de jonge vrouw die voor hem liep zat strak om haar ronde, uitdagende kontje. Ze had lang, zwierig, steil haar en Hector vermoedde dat ze Vietnamese was. Langzaam liep hij achter haar aan. Het geluid en het geroezemoes van de markt waren weggevallen, alleen de prachtig deinende billen bestonden nog. Maar toen de vrouw een bakker binnen schoot, keerde Hector terug in de werkelijkheid. Hij moest pissen.
Terwijl hij zijn handen waste en in de gore spiegel keek, schudde hij peinzend zijn hoofd.
‘Je hebt geen zelfbeheersing.’
Buiten voor de kliniek zat hij rokend in de auto naar Art Blakey en de Messengers te luisteren. Hij vond de scherpe dissonant van de blazers in A Night in Tunisia seksueel geladen maar tegelijkertijd rustgevend. Toen hij een derde sigaret wilde pakken, zette hij plotseling de muziek uit, sprong uit de auto en stak de straat over.
De wachtkamer zat vol. Een magere bejaarde vrouw hield stevig een kartonnen poezendoos tegen zich aan geklemd waaruit voortdurend angstig, zielig gejank kwam. Twee jonge vrouwen, met aan hun voeten een ongelukkige zwarte dwergkees, zaten op de bank in tijdschriften te bladeren. Connie was aan het bellen. Toen ze hem binnen zag komen, glimlachte ze even gespannen en keek meteen weg. Ze zette een andere beller in de wacht en vervolgde het gesprek.
‘Ik loop door naar achteren,’ fluisterde hij tegen haar en wees naar de gang.
Ze knikte. Toen hij langs de dichte deur van de spreekkamer de behandelkamer in liep, stokte zijn adem. Connie maakte hem zenuwachtig. Als hij haar zag, voelde hij zich altijd ongemakkelijk, verward, alsof ze de jaren van zijn volwassenheid afpelde tot er van hem alleen het verlegen, stamelende jongetje overbleef dat hij vroeger op school was geweest. Maar hij voelde ook een diep genot, een warmte die zijn hele lichaam overspoelde: wanneer hij bij haar was, was het alsof hij vanuit de schaduw de warme, verkwikkende zon in stapte. Hij vond de wereld kouder wanneer Connie niet in de buurt was. Ze maakte hem gelukkig.
‘Wat kom je doen?’ Er ging niets vijandigs uit van haar vraag. Ze stond met haar armen over elkaar en haar blonde haar zat in een dikke staart.
‘Het is druk.’
‘Altijd op zaterdag.’
Ze liep naar de röntgentafel en plukte pluisjes van het vaalblauwe laken dat over het apparaat hing. Hij hoorde een hond grommen in de spreekkamer.
Ze weigerde hem aan te kijken. Wanneer ze in het openbaar samen werden gezien, wist ze zich tegenover hem geen houding te geven, en daardoor werd hij zich pijnlijk bewust van haar leeftijd: de pukkeltjes links onder haar mond, de sproetjes op haar neus, de ongemakkelijk hangende schouders. Recht je rug, wilde hij tegen haar zeggen, schaam je niet voor je lengte.
‘Aisha vroeg of ik wat valium wilde ophalen.’
Toen hij de naam van zijn vrouw noemde, keek Connie hem aan en kwam ze tot leven.
‘Die bewaren we in de spreekkamer.’
‘Het kan wel even wachten tot Brendan klaar is met zijn patiënt.’
‘Dat hoeft niet, ik haal ze wel even.’ Ze liep snel de gang in en kwam terug met vijf pilletjes in een plastic zakje. ‘Is dit genoeg?’
‘Ja hoor.’ Toen hij het zakje aannam, streelde hij zachtjes haar pols. Ze keek de andere kant op, maar trok haar arm niet weg.
‘Mag ik een sigaret van je?’ Ze keek hem met haar helblauwe ogen uitdagend aan. Brendan stond erom bekend dat hij fel gekant was tegen roken en hij zou het afkeuren dat Hector een tiener een sigaret gaf. Nee, geen tiener, Connie was een jonge vrouw. Connies uitdagende houding leek weloverwogen, provocerend: haar doordringende blik wond hem op. Hij gaf haar een sigaret. Connie deed de deur naar de veranda open en hij wilde met haar meelopen.
‘Let even op of Brendan eraan komt. Of iemand uit de wachtkamer.’ Wanneer ze bevelen uitdeelde, hoorde je haar Londense accent. Toen hij knikte, sloeg ze de hordeur achter zich dicht.
Door het raam van de behandelkamer zag hij haar roken en nam hij ieder detail van haar in zich op. Haar dikke, blonde haar, haar ferme billen, haar lange, stevige benen in een te strakke zwarte spijkerbroek, de sierlijke welving van haar hals. Toen de telefoon ging, gooide ze de sigaret op de grond, trapte hem uit, raapte de peuk op en deed hem in de afvalcontainer. Daarna liep ze langs Hector heen om de telefoon op te nemen.
‘Goedemorgen, u spreekt met dierenkliniek Hogarth Road, met Connie. Een momentje, alstublieft.’ Ze draaide zich naar hem om. ‘Wil je verder nog iets?’
Hij schudde zijn hoofd. ‘Tot vanmiddag.’
De verwarring was van haar gezicht af te lezen en weer werd hij getroffen door haar jeugdigheid, haar meisjesgedrag, haar naïviteit die ze zelf zo verfoeide. Hij wilde haar een compliment geven dat ze de sigarettenpeuk in de container had gegooid, maar zag daarvan af omdat hij wist dat ze elke opmerking betuttelend zou vinden. Wat gedeeltelijk ook waar was.
‘De barbecue, bij ons thuis,’ hielp hij haar herinneren.
Zonder een woord te zeggen draaide ze zich om.
‘Dank u wel voor het wachten, wat kan ik voor u doen?’
Thuis hielp hij Aisha met het uitpakken van de boodschappen en daarna ging hij naar het toilet om boven de pot driftig te masturberen. Hij dacht niet aan Connie. Hij zag de goddelijke billen van de Vietnamese vrouw voor zich die hij had bewonderd op de markt. Hij kwam heel snel klaar, veegde het sperma van de bril, kwakte het wc-papiertje in de pot, piste en trok door. Over Connie hoefde hij niet te fantaseren. Connie zat in hem. Terwijl hij zijn handen waste, keek hij in de badkamerspiegel en weer viel hem het grijs op tussen de zwarte stoppels op zijn kin. Hij had zin om het gezicht dat naar hem terugstaarde een dreun te verkopen.
Vlak voordat de gasten zouden komen, kregen Adam en Melissa ruzie. Aisha had op de keukentafel een waar feestmaal klaargezet: een linzendahl, samosa’s en auberginecurry, aardappelsalade en een salade van zwarte bonen met dille. Hij stond voor het fornuis te wachten tot hij de calamaris in de spetterende pan zou doen, toen hij Melissa’s eerste boze kreet hoorde. Hij wilde hun iets toeroepen, maar toen hoorde hij Aisha de badkamer uit komen rennen. Ze begon te bemiddelen tussen de kinderen, maar Melissa huilde steeds harder en hij hoorde dat Adam ook begon te jammeren. Zijn vrouw was met al die commotie niet meer te horen. Hector deed de helft van de inktvisringetjes in de pan, zette het vuur laag en ging kijken wat er aan de hand was.
Melissa had haar armen om haar moeders nek geslagen en Adam zat opstandig te mokken op zijn bed.
‘Wat is er gebeurd?’
Dat was een stomme vraag. Beide kinderen begonnen meteen te roepen. Hector stak zijn hand op. ‘Stil!’
Melissa hield ogenblikkelijk op en snikte alleen nog verdrietig wat na. De tranen liepen nog over haar gezicht.
Hij richtte zich tot zijn zoon. ‘Wat is er gebeurd?’
‘Ze zei dikzak tegen me.’
Je bent ook dik.
‘Wat heb je met haar gedaan?’
Aisha kwam tussenbeide. ‘Luister, ik wil dat jullie je vanmiddag gedragen. Het kan me niet schelen wie er is begonnen. Ik wil dat jullie in de woonkamer gaan zitten en televisie kijken tot de gasten komen. Afgesproken?’
Melissa knikte, maar Adam keek nog steeds boos. ‘Er brandt iets aan,’ mopperde hij.
‘Verdomme!’ Hector rende naar de keuken en draaide de ringetjes snel om; de olie spatte op de voorkant van zijn hemd. Hij vloekte. Aisha stond in de deuropening en begon te lachen.
‘Wat is er zo grappig? Ik had net een schoon hemd aangetrokken.’
Heel even overwoog hij de koekenpan naar haar hoofd te gooien. Ze liep naar hem toe en schoof sussend haar koele hand onder zijn hemd.
‘Ik doe het wel,’ fluisterde ze. ‘Ga jij je maar weer omkleden.’
Het kietelde waar ze hem had aangeraakt.
Zijn ouders kwamen als eersten. Door het slaapkamerraam zag hij hen tassen en dozen uit de kofferbak van de auto pakken. Hij ging naar buiten om hen te begroeten.
‘Waarom hebben jullie dat allemaal meegenomen?’ Zijn vader had een schaal met koteletten en biefstuk in zijn handen. ‘Ik heb vanmorgen op de markt al genoeg vlees gekocht.’
‘Het is goed hoor, Ecttora,’ antwoordde zijn moeder in het Grieks, en met twee grote schalen salade in haar handen kuste ze hem op beide wangen. ‘We zijn geen barbaren of Engelsen die met lege handen bij een barbecue komen aanzetten. Wat vandaag niet op gaat, kunnen jullie en de kinderen morgen opeten.’
Mórgen? Daar konden ze nog tot volgend weekend van eten.
Zijn ouders zetten hun schalen en kommen op het aanrecht. Zijn moeder aaide Aisha even over haar wang en snelde toen naar de zitkamer om de kinderen te begroeten. Zijn vader omhelsde Aisha hartelijk.
‘Ik ga de rest van het eten uit de auto halen.’
‘Is er nog meer?’ Aisha’s stem klonk vriendelijk, maar Hector zag een grimmig trekje om haar mond.
‘Alleen dipsauzen en zo?’ vroeg Hector.
‘Ja,’ antwoordde zijn vader. ‘Wat dipsauzen en drank en nog wat kaas en fruit.’
‘We hebben veel te veel eten,’ fluisterde Aisha.
Laat maar, wilde hij zeggen, zo zijn ze altijd geweest. En zo zullen ze altijd blijven. Waarom verbaas je je daar nog over?
‘Dat geeft niet,’ fluisterde hij terug. ‘Wat we vandaag niet op krijgen, eten we de komende week als lunch.’
Binnen een uur was het huis vol. Elisabeth, zijn zus, kwam met haar twee kinderen, Sava en Angeliki. Aisha stopte Toy Story in de dvd-speler; die film deed het altijd goed. Hector besteedde veel aandacht aan zijn neefje Sava, die maar een jaar jonger was dan Adam, maar al een zelfverzekerdere en wijzere indruk maakte en ondernemender was dan zijn zoon. Sava bewoog zich soepel en lenig, vol zelfvertrouwen. Hij zat vlak voor de tv, mimede de dialoog uit zijn hoofd mee en deed net alsof hij Buzz Lightyear was. Adam zat in kleermakerszit naast hem. De meisjes, Melissa en Angeliki, zaten naast elkaar op de bank naar de film te kijken en met elkaar te fluisteren.
‘Het is prachtig weer, ga toch lekker buiten spelen.’
De vier kinderen negeerden hun oma.
‘Het geeft niet, Koula, laat ze maar naar die film kijken.’
Zijn moeder negeerde Aisha en richtte zich in het Grieks tot Hector: ‘Ze zitten altijd voor die rottelevisie.’
‘Wij vroeger ook, mam.’
‘Dat is niet waar.’ Met die woorden duwde zijn moeder hem opzij en ze liep de keuken in. Ze pakte het mes uit Aisha’s handen. ‘Dat doe ik wel, kind.’
Hij zag de rug van zijn vrouw verstrakken.
Het weer was prachtig, een weldadige nazomermiddag, met een heldere blauwe lucht. Zijn neef Harry arriveerde met zijn vrouw Sandi en hun zoontje, Rocco van acht, en vlak daarna kwamen Bilal en Shamira met hun twee kinderen. Kleine Ibby holde meteen de zitkamer in en plofte neer naast Adam en Sava. Hij sloeg nauwelijks acht op hen, zijn ogen waren strak op de tv gericht. De peuter, Sonja, wilde eerst niet bij de andere kinderen gaan zitten en klampte zich zenuwachtig vast aan haar moeders knieën, maar het gelach uit de zitkamer lokte haar langzaam weg bij de vrouwen in de keuken en uiteindelijk ging ze stilletjes op de grond zitten, naast de meisjes. Aisha zette een schaal met kleine pasteitjes en saucijzenbroodjes op de salontafel en de kinderen stortten zich erop.
Hector liep samen met Bilal de achtertuin in, en zijn vader reikte hun beiden een biertje aan.
Bilal schudde even zijn hoofd en sloeg het af.
‘Toe nou, één drankje maar.’
‘Ik drink geen alcohol meer, Manoli, dat weet je.’
Hectors vader lachte. ‘Jij bent vast de enige aboriginal in Australië die niet drinkt.’
‘Nee, dat is niet zo. In Townsville schijnt er nog een te wonen.’
‘Ik haal even een cola voor je.’
Terwijl zijn vader langzaam naar de veranda schuifelde, trok Hector zijn vriend opzij en verontschuldigde zich.
Met een handgebaar onderbrak Bilal hem. ‘Maak je niet druk. Hij kent me nog uit de tijd dat ik voortdurend dronken was.’
‘Ja, wij allebei, hè?’
Dat was toen ze allebei een jaar of achttien waren. Het was het laatste jaar van school, toen Bilal nog Terry heette. In Hectors herinnering was het een tijd geweest van nachtenlang feesten, disco’s, optredens van bandjes, drugs, drank, meiden versieren.
Soms werd er gevochten – zoals die avond voor de deur van Inflation in King Street, toen een uitsmijter na één blik op Terry’s trotse, zwarte, pokdalige gezicht te hebben geworpen, hem de toegang had ontzegd. Hector had uitgehaald naar de kolossale uitsmijter en hem vol op zijn neus geslagen. Brullend had de man zich op hen beiden gestort: Hector was tegen een geparkeerde auto gekwakt – een Jaguar, wist hij nog – en daarna had de kerel hem, terwijl hij Terry met één arm van zich af hield, waar hij maar kon gestompt: op zijn rug, zijn gezicht, zijn buik, zijn kruis, zijn kaak. Een week lang had hij mank gelopen en was Terry ook nog eens kwaad op hem geweest omdat hij die knokpartij was begonnen. ‘Stomme wog*, heb ik je gevraagd het voor me op te nemen?’
Hectors moeder had Terry natuurlijk de schuld van alles gegeven. ‘Die Terry is een beest,’ riep ze. ‘Waarom ben je bevriend met die mavraki, die zwarte zuiplap.’ Maar sinds ze samen in groep acht hadden gezeten, waren ze altijd goede vrienden gebleven, ook toen Terry van school af ging om in de leer te gaan als sierbeletteraar; de vriendschap bleef ook hecht toen Hector naar de universiteit ging om bedrijfseconomie te studeren. En nu ze de veertig waren gepasseerd en nog steeds in de buurt woonden waar ze samen waren opgegroeid en op school hadden gezeten, waren ze nog altijd goede vrienden. Ze koesterden hun vriendschap allebei, ook al zagen ze elkaar weinig. Terry had zich tot de islam bekeerd, zijn naam veranderd en was gestopt met drinken; hij wijdde zich aan zijn nieuwe geloof en de bescherming van zijn gezin. Vertederd zag Hector hoe zijn vriend de cola van Manolis aanpakte en hem bedankte in het schoolplein-Grieks dat Hector hem had geleerd toen ze veertien waren. Hij wist dat zijn vriend tegenwoordig gelukkiger was dan hij ooit was geweest. Bilal liet zich niet meer gaan in destructieve woede-uitbarstingen, richtte zich niet langer met ware doodsverachting te gronde. Maar Hector miste ook het nachtenlang drinken, lachen en stoned naar muziek luisteren. Kon hij zijn vriend maar in tweeën splitsen: meestal wilde hij dat hij Bilal was, maar soms wilde hij een avond met Terry. Het was zo lang geleden dat hij zo’n avond had gehad.
Hectors collega’s van de State Trustees Office kwamen binnen. Dedj had een krat bier bij zich. Leanna liep naast hem en had een fles wijn in haar hand. Een man met een donker gezicht liep stilletjes achter hen aan. Hij was jonger dan de anderen – Hector schatte hem op dertig –, had zich niet geschoren en keek nors. Zijn gezicht kwam Hector bekend voor. Hij vroeg zich af of de man met Dedj of met Leanna was meegekomen. Dedj zette de biertjes op het gras en pakte Manolis beet, omhelsde hem en kuste hem op de Balkanmanier drie maal op de wangen. Dedj gebaarde naar de onbekende man.
Hectors vader begon een praatje in het Grieks, maar Ari sprak dat gebrekkig, zodat Manolis zich maar weer omdraaide en zijn aandacht op de houtskool richtte.
‘Laat maar, pap. Er is nog tijd genoeg voor we gaan eten.’
‘Nee, Manoli, let jij op de barbecue. Het duurt een paar uur voordat die door en door gloeit.’
‘Zie je wel?’ zei zijn vader triomfantelijk. ‘Je vrouw is slimmer dan jij.’ De oude man legde een arm om de schouder van zijn schoondochter en Aisha kneep in zijn hand.
‘Aish, dit is Ari.’
Hector zag de bewonderende blik van de jongeman en was trots op zijn mooie vrouw.
‘Volgens mij ken ik je ergens van, Ari. Klopt dat?’
De man knikte. ‘Ja, we gaan naar dezelfde sportschool.’ Ari wees in westelijke richting. ‘Hier net om de hoek.’
‘Nou je het zegt.’ Hector herkende hem nu. Het was zo’n man die altijd in die stomme sportschool te vinden was. Hector kwam er slechts heel af en toe. Zijn ochtendoefeningen waren de enige lichaamsbeweging die hij onverdroten volhield. Deze week zou hij weer naar de sportschool moeten om de calorieën van vanavond kwijt te raken. En dan zouden er weken overheen gaan voor hij weer ging. Ari was vast zo’n wog die niet weg te slaan was uit fitnessclub Northcote, waar zijn hele sociale leven zich afspeelde.
Daarna kwamen Aisha’s vrienden Rosie en Gary binnen met hun zoontje Hugo van drie. Hugo zag eruit als een verrukkelijk engelachtig kind. Hij had Rosies stroblonde haar en dezelfde bijna transparant blauwe ogen. Het was een prachtig jochie om te zien, maar Hector mocht hem niet zo omdat hij een keer gezien had hoe opvliegend het jongetje was. Als dreumes had Hugo Aisha geschopt toen ze op hem pasten. Voor hun eigen kinderen hielden ze altijd een strikte bedtijd aan, maar Hugo kende die regel niet. Hij had gehuild en gegild, en toen Aisha hem oppakte om hem naar bed te brengen, begon hij haar te schoppen. Als een wild dier had hij om zich heen getrapt en had hij haar telefoonbotje geraakt. Ze had een gil gegeven van de pijn en had het kind bijna laten vallen. Hector had het joch wel kunnen vermoorden. In plaats daarvan had hij Hugo uit de armen van zijn vrouw geplukt en hem zonder iets te zeggen naar zijn slaapkamer gedragen en op bed gekwakt. Hij wist niet meer wat hij tegen hem had gezegd, maar hij had hem zo hard en zo dicht bij zijn oor toegeschreeuwd dat het jongetje in elkaar was gedoken en vol ongeloof was gaan snikken. Toen Hector besefte dat hij de jongen doodsbang had gemaakt, had hij hem in zijn armen genomen en in slaap gewiegd.
‘Wat is er te drinken?’ Gary wreef zich in zijn handen en keek Hector verwachtingsvol aan.
‘Ik haal het wel even,’ antwoordde zijn vader. ‘Wil je bier?’
‘Ja graag, Manny, wat je hebt.’
‘Laat maar, pap. Ik pak het wel.’
Gary zou dronken worden. Gary werd altijd dronken. Dat was een terugkerende grap in zijn familie, die Aisha niet leuk vond uit loyaliteit tegenover haar vriendin. Al jaren kwamen Gary en Rosie met enige regelmaat met Kerstmis op hun familiefeestje, en als ze net naar huis waren gegaan, waarbij Rosie meestal haar wankelende echtgenoot probeerde te ondersteunen, riep Hectors moeder iedere keer weer met opgetrokken wenkbrauwen tegen de andere Grieken: Australezi, wat kun je anders verwachten? Het zit ze in het bloed!
Hector pakte een biertje uit de berg flessen die in het ijs in de badkuip lagen. Hij kon de dvd in de zitkamer horen, en toen hij Adam Hugo hoorde voorstellen aan zijn neefjes en nichtjes, moest hij glimlachen. Zo klonk hij net als Aisha: beleefd, vriendelijk, gastvrij.
Anouk en Rhys waren ook gearriveerd. Anouk leek wel gekleed voor een cocktailparty, niet voor een simpele barbecue. Haar zwarte spijkerrok kwam tot net boven de knie, waardoor er boven haar zwarte lakleren laarzen een strookje parelwitte huid zichtbaar was. Ze droeg een zijden, chocoladebruin doorkijkhemdje met daaronder een zwarte kanten beha met een ingewikkeld motief. Hector merkte op dat zijn moeder haar lippen op elkaar klemde toen ze Anouk zag en op het aanrecht driftig de sla in stukken begon te snijden. Maar haar gezicht klaarde op toen ze werd voorgesteld aan de vriend van Anouk. Rhys was acteur in de soapserie waarvan Anouk het script schreef, en hoewel Hector nooit naar de serie keek, kwam Rhys’ gezicht hem enigszins bekend voor. Hij gaf hem een hand. Anouk kuste Hector op de wang. Haar adem rook zoet en haar parfum was bedwelmend: hij rook honing, maar ook een vleugje van iets scherps. Vast heel duur.
Hector wilde net Sonny Rollins opzetten toen hij een tikje op zijn schouder voelde. Hij keek op en zag Anouk zwaaien met een cd.
‘Geen jazz. Aisha heeft genoeg van jazz.’ Ze klonk resoluut, en gehoorzaam pakte hij de cd aan. Hij was gebrand en in vette blauwe letters stond er Broken Social Scene op gekrabbeld.
‘Zet deze maar op. Hij is van Rhys. Laat maar ’s horen waar de jeugd van tegenwoordig naar luistert.’
Hij schoof de cd erin, drukte op PLAY en kwam grijnzend overeind. ‘De jeugd van tegenwoordig, hè? Dan is het vast van die stomme r&b.’
Er steeg nu rook op van de barbecue en hij onderdrukte de aanvechting om tegen zijn vader uit te vallen. In plaats daarvan mengde hij zich onder de gasten en schonk nog wat drankjes in terwijl Aisha de samosa’s opdiende. Geleidelijk aan kwamen de vrouwen naar buiten, en iedereen stond nu op het gras of op de veranda te drinken of de heerlijke hapjes te eten. Hector zag dat Ari zich van de groep had losgemaakt en de tuin aan het bekijken was. Harry vertelde dat hij Rocco had ingeschreven op een particuliere school in Beachside en Gary zette daar meteen vraagtekens bij. Hector hield zijn mond. Sandi betoogde dat de buurtschool niet geschikt was voor hun zoon, dat de voorzieningen verouderd waren en de klassen te groot. Ze had haar kind liever naar een openbare school gestuurd, maar er was geen behoorlijke openbare school in de buurt. Hector wist dat dat onmogelijk waar kon zijn. Sandi en Harry hadden hun kinder- en tienerjaren in een westelijke voorstad van Sydney ver achter zich gelaten: ze woonden tegenwoordig op stand in een prachtig huis.
‘Luister nou eens,’ onderbrak Harry zijn vrouw, en Hector kon horen dat zijn neef geïrriteerd was door de kritiek van Gary. ‘Je hoeft mij niets te vertellen over openbare scholen, ik heb zelf op een openbare middelbare school gezeten. Dat was prima toen, maar ik wil niet dat Rocco naar zo’n achterlijke school gaat. Het zijn andere tijden – of de regering nou links of rechts is, het hele onderwijs kan ze geen flikker schelen. Er zijn drugs, er is een lerarentekort.’
‘Drugs heb je overal.’
Harry keerde zich van Gary af en fluisterde in het Grieks tegen Manolis: ‘Die Australiërs geven geen donder om hun kinderen.’
Zijn vader moest lachen, maar Hectors moeder deed plotseling haar mond open.
‘Stel nou dat iedereen zijn kinderen op een particuliere school doet. Dat is slecht voor de openbare scholen. Alleen de allerarmsten gaan daar dan nog heen, en dan geeft de regering geen geld meer. Dat vind ik een ramp. Ik ben blij dat mijn kinderen op een openbare school hebben gezeten.’
‘Dat waren andere tijden, Thea. De wereld is naar de filistijnen. Het is ieder voor zich. Ik sta nog steeds achter het idee van openbaar onderwijs, maar ik wil niet dat Rocco de dupe wordt van mijn opvattingen. Sandi en ik zijn nog steeds voor openbaar onderwijs – dat verandert niet.’
‘Kan dat dan?’ Bilal, die had staan luisteren, bemoeide zich er plotseling mee. ‘Je hebt geen idee hoe het op de middelbare school toegaat. Hoe weet je met wat voor problemen mijn kinderen te maken zullen krijgen?’
‘Ik lees nog steeds de krant, hoor.’
Bilal glimlachte en zei niets meer. Aisha hield haar mond. Hector wist dat ze een hekel had aan zulke gesprekken. Het was een discussie die tot haar ongenoegen steeds vaker de kop opstak. Ze maakte zich zorgen over Adams zwakke leervermogen en wilde hem inschrijven op een particuliere school. Hector betwijfelde of de schoolkeuze iets zou uitmaken; het joch was gewoon niet zo slim. Bij Melissa lag het anders. Ze was lui, maar ze zou het op school waarschijnlijk prima doen. Daarom was de schoolkeuze voor hun dochter ook geen punt van discussie. Zij zou het wel redden op Northcote High, zeker wel. Hij was een omgekeerde snob. Hij was van mening dat particulier onderwijs niet goed was voor de karaktervorming van een kind. De jongens van een particuliere school vond hij altijd een beetje slap en de meisjes arrogant en kil.
‘Maakt het jou niet uit wat voor invloed zo’n school op je kind heeft?’
Het was alsof Gary zijn gedachten had gelezen.
Harry negeerde Gary en vroeg Hector in het Grieks om nog een biertje.
Gary liet zich niet afschepen. ‘Het kan jou niet schelen dat hij tussen al die rijkeluiszoontjes zit?’
‘Rocco’s grootouders van beide kanten waren fabrieksarbeiders. Zijn pa is monteur. Hij zal zijn afkomst vast niet vergeten.’
‘Je hebt toch een eigen garage?’
Hector wist dat Gary met zijn vragen geen kwaad in de zin had, maar dat hij oprecht nieuwsgierig was naar mensen en hoe ze leefden, dat hij probeerde erachter te komen waar Harry en zijn gezin precies stonden op de maatschappelijke ladder. Maar het leek Hector, die wist dat zijn neef een bloedhekel had aan opdringerige vragen over zijn privéleven, beter om nu tussenbeide te komen.
‘Volgens mij is het tijd voor de worstjes. Wat denk jij, pap?’
‘Nog vijf minuten.’
Gary hield zijn mond. Harry had hem de rug toegekeerd en praatte met Dedjan over sport. Als verzoeningsgebaar begon Sandi met Rosie een gesprek over de kinderen.
Aanvankelijk praatte Gary een beetje nukkig mee, maar al gauw raakte hij enthousiast en beschreef hij hoe heerlijk hij het vond Hugo te zien opgroeien en hoe leuk hij het vond om te proberen antwoorden te vinden op de steeds ingewikkeldere vragen van zijn zoontje. ‘Weet je wat hij me laatst vroeg toen we naar het park bij ons in de buurt liepen om te gaan schommelen? Hij vroeg hoe je voeten wisten hoe ze moesten lopen. Ik stond met mijn mond vol tanden. Het duurde een hele tijd voor ik die vraag kon beantwoorden.’
Ja, hoor. Welk kind had die vraag nou niet gesteld? Hector liep naar Ari, die een sigaret stond te roken en naar de moestuin stond te kijken, naar de rijpe, zwarte aubergines die van hun dikke, bleke stengels dreigden te vallen.
‘Wil je iets drinken?’
‘Ik heb nog bier.’
‘Dit zijn de laatste melitzanes, die moeten de komende weken op.’
‘Dan zul je moussaka moeten maken.’
‘Misschien. Aisha gebruikt ze vaak. Indiërs zijn er dol op.’
Er viel een stilte. Hector zocht naarstig naar een gespreksonderwerp. Ari’s gezicht bleef onbewogen, zijn blik verried niets.
‘Wat doe je voor werk?’
‘Koerier.’ Eén woord, meer liet de jongeman niet los. Geen aanwijzing of hij voor zichzelf werkte, voor een bedrijf of samen met iemand anders. Toe nou, man, wilde Hector hem smeken, help me nu een beetje.
‘Ben jij ook ambtenaar?’ Ari wees naar Dedj, die nog steeds met Harry stond te praten.
‘Ik vrees van wel.’ Belachelijk. Waarom schaamde hij zich altijd wanneer hij vertelde wat hij deed, alsof het niet helemaal geaccepteerd was, geen echt werk?
Ari’s houding veranderde. ‘Je boft,’ zei hij, en daarna grijnsde hij vals. ‘Goeie baan,’ voegde hij eraan toe, met een opzettelijk overdreven Grieks accent.
Hector moest lachen. ‘Goeie baan,’ herhaalde hij met hetzelfde accent – dat was precies wat zijn ouders tegen hem hadden gezegd. En dat was ook zo. Rot op met die schaamte. Wat wilde hij dan? Popster worden, jazzmusicus? Daar had hij als tiener van gedroomd.
Hij keek naar Dedj en Leanna, die zijn neef aan het lachen maakten. Toen hij afstudeerde, was Hector drieëntwintig geweest en vol idealen. Hij had werk gevonden als hoofd administratie bij een gerespecteerde buitenlandse hulporganisatie. Hij had het er nog geen jaar uitgehouden; hij had een hekel aan de chaos op het kantoor, aan de tegenwerking van zijn collega’s: de boeken moeten wel kloppen als je de wereld van voedsel wil voorzien, sukkels. En het salaris was beroerd. Daarna was hij stage gaan lopen bij een internationale verzekeringsmaatschappij. Hij werkte graag met cijfers, was gek op de orde en zuiverheid ervan, maar hij vond de mensen met wie hij samenwerkte slaapverwekkend conservatief. Hij zat lekker in zijn vel en had het daarom niet nodig om mee te doen aan wedstrijdjes vérpiesen of onderbroekenlol. In de periode tussen de geboortes van Adam en Melissa was hij vier keer van baan veranderd. Later was hij drie maanden gedetacheerd geweest bij de rijksoverheid. Dedj was bij zijn team de contactpersoon namens de overheid geweest en de twee mannen hadden het vanaf het begin heel goed met elkaar kunnen vinden. Dedjan was een stevige drinker, een feestbeest en een muziekfreak, net als hij. Ook was hij gedisciplineerd en goed gehumeurd op het werk. Hector had een jaarcontract aangeboden gekregen, en hoewel Aisha vraagtekens zette bij zijn doorgroeimogelijkheden, had ze er toch schoorvoetend mee ingestemd dat hij de baan nam. Hij had ontdekt dat hij genoot van de organisatiestructuur van de rijksoverheid. Twintig jaar gezond economisch denken had de meeste wildgroei weggesnoeid. Het was niet bepaald rock-’n-roll, het was niet sexy, maar hij werd gewaardeerd, deed zijn werk heel precies en had steeds meer leidinggevende verantwoordelijkheid gekregen. Tegenwoordig zocht hij vanuit een comfortabele positie boven in de bureaucratische hiërarchie naar een compromis tussen de aanhangers van de ouderwetse zachte lijn en de jonge voorstanders van de kapitalistische harde lijn. Hij had een vaste aanstelling gekregen, de ‘Heilige Graal’, en had binnenkort recht op extra vrije dagen vanwege zijn vele dienstjaren. Maar het belangrijkste voor Hector was dat Dedj en Leanna, samen met drie of vier anderen, als familie voor hem waren.
‘Wat is dat?’ De lage basstem van de man rukte Hector uit zijn overpeinzingen. Ari wees naar het achterhek, naar het verweerde, zelfgemaakte kruis dat ze op Molly’s graf hadden geplaatst.
‘Daar hebben we onze hond begraven. Ze was van mij, een ontzettend domme Ierse Setter die ik jaren heb gehad. De kinderen waren ook dol op haar. Aish had een hekel aan het beest, gaf mij er de schuld van dat ik haar niet had opgevoed. Maar, entaxi, je weet hoe Grieken zijn. Alsof mijn ouders zouden betalen voor een gehoorzaamheidstraining voor zo’n stomme hond.’
‘Ierse setters zijn toch duur?’
‘Van een vriend van een vriend van een vriend. Ik heb haar vernoemd naar Molly Ringwald. Ken je die nog?’
‘Pretty in Pink.’
‘Ja, uit die klotejaren tachtig. Tien keer niks.’
Ari draaide zich nu naar hem om en Hector schrok van de felle blik in zijn gitzwarte ogen.
‘Ik heb speed bij me. Dedj zei dat jij misschien ook wel wat zou willen.’
Hector aarzelde. Het was lang geleden dat hij speed had gebruikt. De laatste keer was waarschijnlijk met Dedjan geweest, op een kerstborrel van zijn werk. Net toen hij het aanbod wilde afslaan, schoot hem te binnen dat hij de volgende dag zou stoppen met roken. Daarna zou hij zich lange tijd verre van de drugs moeten houden.
‘Ja graag, ik wil wel wat.’
‘Honderd per capsule.’
‘Voor één zo’n rotcapsule? Vroeger was het zestig voor een gram.’
‘Dat was in die klotejaren tachtig, hè, malaka?’
Ze moesten allebei lachen. ‘Het is goed spul. Echt goed.’
‘Ja, ja.’
‘Nee.’ Ari gaf niet op en klonk serieus. ‘Echt waar. Het is goed spul.’
Hector tikte de helft van de speed uit op de toiletdeksel. Opeens leek het erg veel, nu hij het in twee dikke lijnen had verdeeld. Hij rolde een briefje van twintig op en snoof de twee lijntjes snel op. Het kwam meteen hard aan – hij wist niet of het aan de amfetamine lag of aan die ouderwetse onvergetelijke kick die je kreeg als je je te buiten ging aan iets illegaals – maar hij voelde zich high en zijn hart ging hevig tekeer. Rhys’ cd stond nog steeds op en de jankmuziek werkte op zijn zenuwen. Onderweg naar buiten zette hij de cd midden in een nummer af en stopte Sly and The Family Stone in de speler. Hij zette het geluid harder. In de achtertuin draaide Anouk zich om en schudde quasimisprijzend haar hoofd. Naast haar knikte Rhys met zijn hoofd mee op de maat van de muziek.
‘De jeugd is er gek op,’ riep hij naar haar.
Een zwak namiddagzonnetje stond laag aan de hemel en zette de wolkenflarden aan de horizon in vuur en vlam. Hector ging op de veranda staan en stak een sigaret op.
Achter hem, vanuit het huis, kwamen kibbelgeluiden, daarna hoorde hij een kind huilen. Rosie rende langs hem heen.
Hugo was in de keuken, ontroostbaar. Rosie tilde hem op en sloeg haar armen stevig om hem heen. Het kind kon niets zeggen, kreeg geen lucht.
Hector liep de zitkamer in, waar de vier jongens zwijgend en in bange afwachting op de bank zaten. Melissa had gehuild, maar droogde nu haar tranen. Angeliki nam het woord.
‘Hij wilde niet naar de dvd kijken.’
Plotseling vlogen de beschuldigingen over en weer.
‘Wij wilden Spiderman kijken.’
‘Hij sloeg me.’
‘Wij hebben niets gedaan.’
‘Hij kneep me.’
‘Nietes.’
Aisha kwam de zitkamer binnen. De kinderen hielden meteen weer hun mond.
‘Spiderman is voor twaalf jaar en ouder. Ik wil niet dat jullie er vandaag naar kijken.’
‘Mam!’ Adam was woedend.
‘Wat heb ik gezegd?’
De jongen sloeg zijn armen over elkaar, maar wist dat verder protesteren geen zin had.
‘Hugo mag kijken wat hij wil. En dat is een bevel.’
‘Hij wil Pinokkio kijken.’ Sava stak zijn afschuw niet onder stoelen of banken.
‘Dan kijken jullie allemaal Pinokkio.’
Hector liep achter Aisha aan de keuken in. Hugo was nu rustig en sabbelde tevreden aan Rosies borst.
‘Waarom rook je binnen?’
Hector keek naar zijn sigaret. ‘Ik kwam even kijken waar die herrie vandaan kwam.’
Zijn moeder liep op hem af, pakte de sigaret uit zijn mond en doofde hem onder de keukenkraan. ‘Afgelopen,’ zei ze misprijzend, en gooide de doorweekte peuk in de vuilnisbak. ‘Kinderen hebben altijd ruzie om niets. Niks ernstigs.’ Zijn moeder kon haar ogen niet van het sabbelende kind afhouden. Hij wist dat ze het verafschuwde dat Rosie Hugo op zijn leeftijd nog steeds de borst gaf. Hij was met haar eens.
Brendan was de volgende gast die binnenkwam. Connie was er niet bij. Hector gaf hem een hand en verwelkomde hem op het feest. Hij wilde vragen: Waar is ze? Waarom is ze niet met jou meegekomen?
Brendan gaf Aisha een kus. ‘Connie komt wat later. Ze is even naar huis om zich om te kleden.’
Connie kwam toch. Een golf van pure vreugde joeg door Hector heen. Hij kon het wel uitschreeuwen, wilde zingen en alle mensen in de achtertuin, iedereen in het huis – ja, zelfs Rosie en dat rotjoch van een Hugo – beetpakken en omhelzen.
‘Het is goed spul,’ fluisterde hij tegen Ari.
‘Ik heb altijd iets op voorraad, mocht je het nodig hebben.’
Hector grijnsde breeduit en zei niets. Hij dacht: ik niet, ik heb het na vanavond niet meer nodig. Ik niet, ik heb het nooit echt nodig gehad.
Aisha’s broer kwam binnen. Ravi was bij wijze van werkvakantie een paar dagen over uit Perth en verbleef in een chic hotel in de stad. Hij was afgevallen en droeg een strak, lichtblauw overhemd met korte mouwen waarin hij kon pronken met zijn kersvers gespierde borst en armen. Zijn donkere haar was gemillimeterd.
Ravi omhelsde zijn zwager en ging daarna meteen naar Koula en Manolis, omhelsde hen ook en kuste Koula op beide wangen.
‘Fijn om je weer eens te zien, Ravi.’
‘Ik vind het zoals altijd ook fijn om u weer te zien, mevrouw S. Wanneer komt u me opzoeken in Perth? Mijn ouders vragen altijd naar u.’
‘Hoe gaat het met je vader en moeder?’
‘Goed, goed.’
Hoeveel moeite zijn moeder ook mocht hebben met haar schoondochter, ze was gek op Aisha’s jongere broer. Hector wist dat zijn moeder vanavond op een gegeven moment naast hem zou gaan zitten en in het Grieks zou fluisteren: Wat is die zwager van je toch knap. Zijn huid is zo licht, helemaal niet donker. Daar zou ze verder niet op doorgaan, maar haar bedoeling was duidelijk. Niet zoals je vrouw.
Adam en Melissa renden naar buiten en vielen hun oom om de hals. Hij tilde zijn nichtje boven zijn hoofd en pakte zijn neefje stevig bij de schouder. ‘Kom eens mee naar mijn auto.’
Ravi verwende de kinderen. Ze liepen met hem mee en Hector hoorde ze gillen en lachen. Ze kwamen allebei terug met een doos in hun armen. Terwijl de andere kinderen de veranda op kwamen, scheurden Adam en Melissa hun cadeaus open.
‘Wat is het?’ Sava ging naast Adam op zijn knieën zitten. De verpakking werd weggegooid en er kwam een nieuwe game tevoorschijn. Melissa, die altijd wat geduldiger was, verwijderde voorzichtig het plakband en legde het pakpapier netjes opgevouwen naast zich neer. Ravi had haar een roze met wit poppenhuis gegeven. Ze omhelsde haar oom, pakte met haar ene hand Sonja beet en hield met de andere de doos vast. Vervolgens zei ze tegen haar nichtje: ‘Kom mee naar mijn kamer, dan gaan we ermee spelen.’ Angeliki liep meteen met haar mee.
De jongens draaiden zich vliegensvlug om en keken naar Hector. Hij moest erom lachen: hun stralende gezichten, de verwachtingsvolle blik in hun glanzende ogen. Adam hield zijn cadeau stevig vast.
‘Mogen we hiermee gaan spelen?’
Hector knikte. Onder het slaken van woeste kreten renden de jongens naar binnen.
‘Je verwent ze.’
‘Schei toch uit, zus, het zijn nog maar kinderen.’
Aisha nam het hem niet kwalijk. Hector wist dat ze dolblij was dat haar broer in Melbourne was, dat hij op het feestje kon zijn. Ravi sloeg zijn arm om Hector heen en samen liepen ze naar de barbecue.
Gary was een nieuwe discussie begonnen, deze keer met Rhys en Anouk.
Manolis stootte Hector aan en zei in het Grieks: ‘Haal de koteletten maar.’
‘Is het al zover?’
‘Het is zover. Die Australiër is al aan het drinken vanaf het moment dat hij binnenkwam. Hij moet iets eten.’
Gary’s gezicht was inderdaad verhit en hij sprak al enigszins met dubbele tong. Terwijl hij vragen afvuurde op Anouk, prikte hij beschuldigend met zijn vinger in haar borst. ‘Het is pure rotzooi. Zo gaat het er in echte gezinnen niet aan toe.’
‘Het is televisie, Gary, commerciële tv.’ Anouk klonk sarcastisch en verveeld tegelijk. ‘Nee, zo gaat het er in echte gezinnen niet aan toe.’
‘Maar je produceert rotzooi die door miljoenen mensen over de hele wereld wordt bekeken! Iedereen denkt dat gezinnen in Australië net zo zijn als in die serie. Wil je niet iets beters schrijven?’
‘Dat doe ik ook. Daarom werk ik als scenarioschrijver voor die serie. Zodat ik geld verdien om te kunnen schrijven wat ik werkelijk wil.’
‘En hoeveel heb je al geschreven?’
‘Veertigduizend woorden tot nu toe.’
Anouk draaide zich om naar haar vriend. ‘Hou je erbuiten, Rhys.’
‘Waarom? Het is toch zo?’ En tegen Hector zei hij: ‘Dat heeft ze me vanmorgen verteld. Ze zit al op veertigduizend woorden.’
Gary schudde zijn hoofd en keek somber naar zijn biertje. ‘Ik snap niet hoe je die troep kunt schrijven.’
‘Makkie, Gazza. Dat kun jij ook.’
‘Maar ik wil het niet. Ik wil geen deel uitmaken van die giftige klote-industrie.’
Harry knipoogde naar Anouk. ‘Ik vind het een leuke serie.’
‘Wat vind je er zo leuk aan?’
Harry negeerde Gary.
‘Wat vind je er zo leuk aan?’ vroeg Gary nu luider.
Wat een zeikerd. Daar heeft Hugo het van. Hector zag de knipoog van zijn neef. ‘Lekker om even bij onderuit te zakken. Soms wil je je gewoon een halfuurtje laten vermaken.’
Sandi stak haar arm door die van haar man. Ze glimlachte naar Rhys, die haar glimlach beantwoordde. ‘En ik vind dat je het heel goed doet,’ voegde ze er verlegen aan toe.
Hector hield zijn lach in. Hij keek naar de gasten die in hun tuinstoel nieuwsgierig naar de discussie zaten te luisteren. Hij ving Dedjans blik en gaf hem spottend een knipoogje. Ik vind dat je het heel goed doet, mimede Dedj sarcastisch. Hector, die de vrouw van zijn neef echt graag mocht, reageerde niet. Hij draaide zich weer om naar het groepje bij Gary en glimlachte vriendelijk naar Sandi. Ze was bijna net zo groot als haar echtgenoot, was slank en had lange benen. De combinatie van haar modellen-figuur en de uitstraling van een wog-vrouw – het getoupeerde, geverfde haar, de lange gelakte nagels, de te felle make-up – gaf haar iets van een dom poppetje. Maar dat klopte niet. Sandi mocht dan geen academische titel hebben, ze was slim, hartelijk en loyaal. Harry bofte maar. Een paar dagen per week werkte ze achter de balie van een van Harry’s garages. Dat hoefde ze niet te doen; Harry bracht heel wat geld binnen, profiterend van de economische hausse waar geen einde aan leek te komen. Zijn neef was gewoon een enorme mazzelpik.
Hector voelde een golf van opwinding door zich heen gaan, een stroomstoot van zijn tenen tot de puntjes van zijn haar. Zijn blik schoot naar het hek tussen de achtertuin en de oprit. Waar bleef ze nou? Ze had er al moeten zijn.
‘Waarom vind je dat hij het goed doet?’ Gary was net een hond met een bot: hij beet zich in de discussie vast. Hij keek Sandi aan, die zenuwachtig werd van de felle blik in zijn ogen en niet wist of hij haar in de maling nam. Hector dacht hij het weleens kon menen. Gary’s wereld was niet de zijne en dat was de reden waarom Hector zo weinig mogelijk met hem te maken wilde hebben, waarom hij altijd conflicten met hem had gemeden. Voor koetjes en kalfjes en andere luchtigheid was in een gesprek met Gary geen plaats; zelfs zijn ogenschijnlijk onschuldige, argeloze vragen en opmerkingen hadden iets dreigends. Gary vertrouwde hun wereld niet, dat was overduidelijk.
In haar verwarring kon Sandi geen woord uitbrengen. Hector legde een hand op haar schouder en plotseling keek ze op. Ze negeerde Gary en keek nu naar Rhys.
‘Ik vond je vorig jaar heel goed in de scènes waarin ze jou ten onrechte arresteerden voor de moord op Sioban.’ In haar glimlach school iets flirterigs. ‘Zelf was ik er ook niet van overtuigd dat je het niet had gedaan.’
Goeie god, keek ze echt naar die troep?
Gary knikte, liet haar woorden kennelijk tot zich doordringen. Daarna wendde hij zich tot de acteur en bekeek hem van top tot teen: een sportief maar duur cowboyhemd van fijne katoen, een zwarte spijkerbroek, een broekriem met op de gesp de vlag van de Geconfereerde troepen.
‘Je had toch in Vermont een man neergeschoten? Alleen om hem te zien sterven?’
Hector kon zich niet inhouden, hij barstte in lachen uit. Hij was ervan overtuigd dat Anouk een verontwaardigde maar verraderlijke grijns probeerde te onderdrukken. Gary was een lul, maar wel een scherpzinnige lul. Hector had flarden van de soapserie gezien, alleen maar op de achtergrond, maar dat was genoeg geweest om te weten dat Rhys het nooit echt zou maken. Hij was een tweederangs Joaquin Phoenix die Johnny Cash speelde. Hij was voorbestemd lifestyleprogramma’s te presenteren over vakanties of het verbouwen van je huis. Vermont was prachtig, midden in de roos. De jonge acteur straalde aan alle kanten uit dat hij het product was van particulier onderwijs, voedzame ontbijten als kind en de door en door kleurloze buitenwijken in het oosten van Sydney.
Rhys had wel het fatsoen om te blozen.
‘Ik snap het niet.’
‘Dat is een regel uit een nummer van Johnny Cash,’ legde Hector uit aan Sandi.
‘Ik snap het nog steeds niet.’
Gary hief zijn bierflesje naar Rhys. ‘Ik betuig slechts mijn waardering voor de gekwelde kunstenaar in ons midden.’
Kwam het door de amfetamine? Hector had het idee dat Anouk ieder moment kon opspringen en uithalen. Snel en gevaarlijk als een haai.
‘Gary is ook een gekwelde kunstenaar. Uiterst gekweld.’
‘Ik ben maar een gewone arbeider, Anouk,’ grauwde Gary. ‘Dat weet je.’
‘Overdag, ja.’ Anouk klonk dodelijk en onschuldig tegelijk. ‘Gary wil meer zijn dan het zout der aarde. Hij is eigenlijk schilder, een visueel kunstenaar.’ Ze was Cleopatra en de aspisadder ineen, waardig en kalm, maar haar woorden waren giftig. Toen Rosie lang geleden Gary aan hen had voorgesteld, had hij zichzelf schilder genoemd. Hector betwijfelde of Gary de laatste jaren nog aan een schilderij had gewerkt – en dat was maar goed ook: hij was een prutser.
Anouks woorden hadden inderdaad doel getroffen. Gary zag eruit alsof hij elk moment kon ontploffen. Hector overzag het tafereel van een afstandje. Hij wachtte tot de bom zou barsten en Gary door het lint zou gaan. Zonder een ruzie tussen Gary en Anouk zou het geen feest zijn. Zijn vader trok zich van niemand iets aan en keerde de koteletten en de worstjes. Ik ben echt een zoon van mijn vader, dacht Hector, ik wil erbuiten blijven. Ik wil er gewoon buiten blijven.
Hij kwam met een dreun terug in de werkelijkheid. Binnen klonk hysterisch gejammer. Met een ijzige glimlach draaide Anouk Gary de rug toe. ‘Volgens mij is dat jouw kind weer.’
Hugo had de gameconsole weggegrist en keihard op de tafel gesmeten. Er zat een barst in het zwarte plastic en een melkkleurige jaap in het roodhouten tafelblad. Verrassend genoeg huilde Adam niet en was hij ook niet razend geworden. Hij leek eerder oprecht verbaasd, alsof hij zijn ogen niet kon geloven. Rosie klemde Hugo, die zijn gezicht hard tegen haar aan drukte alsof hij wilde verdwijnen in haar lichaam, stijf tegen haar borst. Ook Rocco staarde ongelovig naar Rosie en Hugo, maar zijn drift lag net als bij Harry – alle zonen waren precies hun vader – op de loer. De andere jongetjes keken verstijfd van angst naar de grond; de meisjes waren uit Melissa’s slaapkamer gekomen en stonden zwijgend in de deuropening. Sonja huilde zachtjes, angstig, niet-begrijpend. Hector was binnengekomen en stond achter Aisha en Elisabeth.
Zijn moeder kwam met een mes in haar ene hand en een souvlakispies in haar andere achter hem staan. ‘Zie je nu wel? Van die stomme computerspelletjes komt alleen maar ellende.’
Adam werd rood van woede. ‘Dat is niet waar, giagia, we waren gewoon aan het spelen.’ Hij stak beschuldigend een vinger uit naar Hugo, die zich nog steeds verstopte in Rosies armen. ‘Hij werd razend omdat hij er niet zo goed in is.’
‘Hij is nog klein,’ flapte Rosie eruit. ‘Hij wil heel graag dingen leren, met de grote jongens spelen. Dan leren jullie hem dat spelletje toch?’
‘Krijgt hij straf?’
Hector schudde waarschuwend zijn hoofd. Rocco deed alsof hij het niet zag.
‘Hij heeft hem stukgemaakt. Daar moet hij straf voor krijgen.’
‘Hij deed het niet expres.’
Rocco’s gezicht was rood van woede. ‘Godverdomme, dat vind ik oneerlijk.’
Hector zag dat Sandi stilletjes de kamer binnen was geglipt. Ze liep naar Rocco toe om hem een standje te geven, waarna hij naar de kamer van zijn neefje rende. Adam wierp een blik op de volwassenen – vader en zoon keken elkaar aan; Hectors knikje was nauwelijks waarneembaar – en toen holde hij achter zijn neefje aan. Sonja begon te snikken en haar moeder ging haar snel troosten. Aisha en Hectors moeder probeerden de meisjes weer in Melissa’s kamer te krijgen, terwijl Sandi Rocco uitfoeterde. Hector draaide zich om en liep weg. Hij had het helemaal gehad met Rosie, kon haar wel door elkaar rammelen. Hij was die kinderen spuugzat. Laat de vrouwen het maar oplossen.
Gary stond nog steeds bij de barbecue. Met een norse blik had hij net weer een biertje opengemaakt.
‘Wat was er aan de hand?’
Hector haalde zijn schouders op en gaf Anouk geen antwoord. Ze richtte zich tot Gary. ‘Moet jij niet binnen gaan kijken?’
Hector besefte dat Gary doodmoe was, van die rotbaan, waar hij geen eigen baas was, van het onderhouden van zijn gezin. Anouk had daar geen idee van.
‘Laat Rosie het maar opknappen. Zij is degene die hem verwent, dus mag zij het opknappen ook, verdomme.’ Zijn stem werd milder; er klonk onmiskenbaar iets droevigs in door. ‘Je had gelijk, ’Nouks, ik had geen kind moeten nemen. Ik ben geen goede vader.’
‘Wat een onzin. Je bent een heel goede vader. Je zoon is dol op je.’ Manolis pakte een aangebrand worstje van de barbecue en gaf dat aan Gary. Hector ging naast zijn vader staan, hun lichamen raakten elkaar. Hij was veel groter dan Manolis. Er was een tijd geweest dat hij zijn vader een reus had gevonden. ‘Heb je hulp nodig, pap?’ vroeg hij in Grieks.
‘Het is bijna klaar. Zeg dat maar tegen je moeder.’
In de keuken waren de vrouwen druk bezig borden en glazen klaar te zetten en de salades te husselen. Rosie had een betraand gezicht, net als haar zoontje, dat hard aan haar tepel zoog.
‘Pa zegt dat het vlees klaar is. We kunnen eten.’
In de zitkamer lagen de jongens languit op de bank en op de grond een dvd te kijken, Spiderman. Hector wist niet hoe ze zo rustig waren gekregen, maar hij nam aan dat Aisha daar een hand in had gehad.
‘Zet die dvd uit,’ beval hij. ‘We gaan eten.’ De jongens gehoorzaamden. Plotseling hoorde hij een ritme, een sensueel dreunende bas. Een melodie uit het verleden, een nummer dat hij in geen jaren meer had gehoord – uit de tijd vóór de kinderen, vóór de plukjes grijs in zijn haar en op zijn borst. De stem van Neneh Cherry klonk op. Iemand had een andere cd opgezet, waarschijnlijk Anouk. Het was de juiste keuze.
Het was een feestmaal. Knapperige lamskoteletjes en sappige tournedos. Een stoofschotel met aubergine en tomaat, bestrooid met brokjes romige gesmolten feta. Er was een dahl van zwarte bonen en spinaziepilav uit de oven. Er was koolsla en een kom Griekse salade met stevige kerstomaatjes en dikke plakken feta, aardappelsalade met koriander en een schaal grote sappige garnalen. Alle drukte in de keuken was volledig aan Hector voorbijgegaan. Zijn moeder had pasticcio meegebracht, Aisha had lamscurry klaargemaakt met een dikke kardemomsaus, en samen hadden ze twee kippen gebraden en aardappelen met citroen uit de oven gemaakt. Er was tzatziki en uienchutney; een roze geurige taramasalata en een schotel geroosterde paprika waarvan het vel voorzichtig was verwijderd, in een dressing van olijfolie en balsamico-azijn. De gasten stonden in de rij voor hun bord en bestek, de kinderen zaten om de salontafel. Er werd bijna geen woord gezegd: iedereen had het te druk met eten en drinken; dat onderbraken ze zo af en toe alleen even om zijn vrouw en zijn moeder een compliment te maken over het eten.
Hector nam overal een klein hapje van maar proefde niets. De amfetamine joeg nog door zijn lijf en elke hap die hij nam, was droog en flauw van smaak. Maar hij was trots op wat zijn vrouw voor elkaar had gekregen. Toen hij een autoportier hoorde dichtslaan, keek hij nieuwsgierig op, telde de stappen op de oprit en sprong op om het verandahekje open te doen. Tasha kuste hem op de wang. Connie en haar tante leken weinig op elkaar; Tasha was klein en gedrongen en had steil donker haar. Connie had een blauwe trui aan die veel te groot voor haar was; haar hele lichaam ging erin schuil. Toen Hector haar wilde kussen, deinsde ze achteruit en botste ze tegen de verlegen tiener die achter hen stond. Aanvankelijk herkende Hector de jongen niet, maar toen realiseerde hij zich dat het de zoon was van Tracey, de dikke dierenverzorgster uit de praktijk van Aisha. Hij zat onder de acne en was intens verlegen, zijn ogen gingen bijna schuil onder een blauw met rood honkbalpetje dat hij diep over zijn voorhoofd had getrokken. Werktuiglijk gaf Hector de jongen een hand. Zijn ogen waren op Connie gericht en zij staarde naar hem terug. De uitdagende blik in haar ogen joeg een golf van opwinding door hem heen.
Hij ging het drietal voor naar de keuken. ‘Er is heel veel eten,’ barstte hij los. ‘Ik haal wel iets voor jullie.’
‘Dat kunnen ze zelf wel, regel jij de drankjes maar.’ Aisha gaf hun een kus. De jongen kreeg een dieprode kleur, zijn puistjes vlamden vurig op.
‘Waar is je moeder, Richie?’
Tasha antwoordde voor hem. ‘Trace redt het niet. Haar zus is overgekomen uit Adelaide.’
‘Maar ik had tegen Tracey gezegd dat ze haar mee moest nemen. Er is eten en drinken genoeg. Daar hebben Hectors ouders wel voor gezorgd.’
Richie mompelde iets onverstaanbaars en er viel een ongemakkelijke stilte. De jongen schraapte zijn keel en begon opnieuw. Hij sprak in korte zinnen, warrig, en hij struikelde over zijn woorden.
‘Eén avond maar. Daarna met vrienden naar Lakes Entrance. Ze blijft maar één avond. Ma en zij moeten bijpraten.’
Aisha vond die bijna niet te volgen zinnetjes wel grappig, maar liet dat niet blijken; ze glimlachte vriendelijk naar de jongen, die haar opeens stralend aankeek.
‘Fijn dat jij er wel bent,’ zei Aisha tegen hem, en tegen Hector: ‘Haal jij iets te drinken voor ze?’
Richie vroeg een sapje en Connie vroeg verlegen om bier. Hector keek snel even naar de tante van het meisje, maar Tasha had het waarschijnlijk niet gehoord. Hij keek weer naar Connie en zag een lichte teleurstelling achter haar geforceerde glimlach. Hij had niet moeten proberen haar tante om toestemming te vragen.
Hij volgde Connie met zijn ogen. Hij zag haar eten opscheppen, bekeek de kleine golfbeweginkjes in haar lange, bleke hals wanneer ze een slok van haar bier nam. Ze at langzaam, maar genoot duidelijk van het overvloedige maal. Ze veegde haar mond af, nonchalant, onbezorgd. De jongen liet het zich goed smaken; binnen enkele minuten glommen zijn lippen en zijn kin. Opeens voelde Hector een steek van jaloezie. Connie en Richie waren achter in de tuin gaan zitten, op de hardstenen tegels langs de moestuin. Zwijgend zaten ze onder de vijgenboom te eten en te drinken. Maar even snel als de jaloezie was opgekomen, zakte die ook weer weg. Er was geen enkele reden om zich bedreigd te voelen door de zoon van de dierenverzorgster. De jongen zat nog midden in die afschuwelijke verwarring van de puberteit, dat bleek duidelijk uit alles wat hij deed. Net als zijn moeder had hij een lichte huid met sproetjes. Hij werd vast een aantrekkelijke man. Zijn fijne gezicht had krachtige trekken, met hoge jukbeenderen en mooie, vriendelijke ogen. Maar het arme joch had nog geen flauw idee dat hij een knappe vent zou kunnen worden. Hector stak een sigaret tussen zijn lippen. Ari rookte ook. Net als Hector had hij weinig gegeten. Leanna had ook niet veel trek. Hector glimlachte naar haar en ze grijnsde verontschuldigend terug.
‘Het is verrukkelijk eten,’ fluisterde ze. ‘Maar ik heb gewoon geen trek.’
Hij ging naast haar op de deken zitten. Haar ogen, die haar Birmese afkomst verrieden, glinsterden ondeugend.
Hij gaf een tikje op haar neus. ‘Ik weet waarom je geen honger hebt.’
Ze giechelde en keek naar Dedjan, die voor de tweede keer stond op te scheppen. ‘Dedj laat zich nergens door tegenhouden.’
Dedjan schrokte zijn eten naar binnen. Op het werk maakte iedereen er grappen over dat hij zoveel at en toch zo slank wist te blijven. Maar terwijl hij zo naar hem keek, bedacht Hector dat je ook kon zien dat hij een jaartje ouder werd. Hij was wat voller in zijn gezicht, en zag hij daar de eerste tekenen van een buikje?
Hector stak een sigaret op en nam zich voor te gaan zwemmen nu hij eindelijk zou stoppen met roken. Hij voelde dat Connie naar hem keek, dat ze een sigaret wilde. Expres keek hij niet haar kant op.
Toen zijn moeder begon af te ruimen, zag Hector Ravi opstaan en naar binnen lopen. Even later kwam hij weer naar buiten, met achter hem een polonaisesliert van kinderen. Een lachende Adam liep vlak achter zijn oom. Als Hector geen speed had gebruikt, zou hij misschien gekwetst hebben gedacht: hij houdt onvoorwaardelijk van zijn oom, zo zal hij nooit van mij houden. Zo zal ik nooit van hem houden.
‘We hebben geen wickets, oom Raf.’
‘Gebruik je fantasie, amigo. Hebben jullie een emmer?’
Meteen holden Sava en Adam naar de garage. Even later kwam Adam weer tevoorschijn met een groene emmer. Sava liep achter hem met een oud gebutst kinderbat waar groene schimmelvlekken op zaten, doordat ze het in de winter vaak buiten in de regen hadden laten liggen. Het was Hectors bat geweest. Melissa had tussen de struiken een tennisbal opgescharreld. Handig en snel verdeelde Ravi de kinderen in twee teams. De volwassenen verdwenen langzaam naar binnen. Hector, die zijn handen vol had met borden, keek om en zag dat Connie en Richie in de vijgenboom waren geklauterd en naar de kinderen keken, die de hun toegewezen posities innamen. In de keuken was Aisha koffie aan het zetten.
‘Nee! Nee nee nee nee nee!’ Het klonk alsof het kind volkomen opging in dat ene woord, alsof de hele wereld opgesloten zat in het uitschreeuwen van die ene negatieve lettergreep. ‘Nee nee nee nee nee!’ Het was Hugo. Iedereen zou zo langzamerhand toch moeten weten dat het alleen maar Hugo kon zijn, dacht Hector. De mannen renden naar buiten, alsof het geschreeuw van het kind op de een of andere manier deel uitmaakte van de spelregels en de mannen daarom als scheidsrechter moesten optreden. Onhandig sloeg Hugo met het bat op de grond; hij had er twee handen voor nodig, maar hij hield het stevig vast, hij liet het niet los. Ravi probeerde het knulletje te kalmeren. Rocco stond achter het wicket en keek boos.
‘Het is al goed, Hugo, je bent niet uit.’
‘Wel waar.’ Rocco hield voet bij stuk. ‘Hij stond met zijn been voor het wicket.’
Ravi glimlachte naar de oudere jongen. ‘Hoor eens, hij weet niet eens dat dat niet mag.’
Gary sprong van de veranda af en liep naar zijn zoon toe. ‘Kom eens hier, Hugo, dan zal ik je uitleggen waarom je uit bent.’
‘Nee!’ Hetzelfde doordringende geschreeuw. Het leek alsof de jongen zijn vader een klap zou geven met het bat.
‘Leg dat bat weg.’
De jongen bleef doodstil staan.
Stilte. Hector merkte dat hij zijn adem inhield.
‘Je bent uit, Hugo, stomme spelbreker.’ Rocco’s geduld was op en hij probeerde het bat van het jochie af te pakken. Schreeuwend ontweek Hugo hem en met zijn bovenlichaam iets naar achteren tilde hij het bat op. Hector verstijfde. Hij gaat hem slaan. Hij gaat Rocco een opduvel verkopen met dat bat.
In die ene tel die het Hector kostte om uit te ademen, zag hij Ravi op de jongens af snellen, hoorde hij Gary vloeken en zag hij Harry iedereen opzij duwen en Hugo beetpakken. Hij tilde het joch op en geschrokken liet Hugo het bat vallen.
‘Laat me los,’ brulde Hugo.
Harry zette hem op de grond. Hugo’s gezicht was vertrokken van woede. Hij tilde zijn voet op en trapte hard tegen Harry’s scheen. De speed joeg door Hectors aderen, zijn nekharen stonden recht overeind. Hij zag zijn neef zijn hand hoog opheffen en daarna de jongen met vlakke hand een klap geven. Het leek alsof op die klap een echo volgde. Hij weerklonk in de schemering. Geschokt keek Hugo de man aan. Er volgde een lange stilte. Het was alsof hij niet begreep wat er net was gebeurd, dat er een verband was tussen de beweging van die man en de pijn die hij voelde. De stilte werd verbroken, het gezicht van de jongen vertrok tot een grimas en deze keer weerklonk er geen gejammer: toen de tranen kwamen, rolden ze geruisloos over zijn wangen.
‘Schoft die je bent!’ Gary gaf Harry een zet en duwde hem bijna omver. Er klonk een gil. Rosie wrong zich langs de mannen en nam haar kind in haar armen. Gary en zij scholden Harry, die met zijn rug tegen de garagemuur stond en zelf ook geschrokken leek, de huid vol. De kinderen keken overduidelijk gefascineerd toe. Rocco’s gezicht glom van trots. Hector voelde dat Aisha naast hem kwam staan en hij wist dat hij als gastheer iets moest doen. Maar hij wist niet wat – greep zijn vrouw maar in, zij zou dat goed doen, beheerst en rechtvaardig en onpartijdig. Hij kon niet onpartijdig zijn. Hij zou de vreugde niet kunnen vergeten die hij had gevoeld toen het geluid van de klap door zijn lijf dreunde. Het was een schok geweest, heftig en opwindend; hij had er bijna een stijve van gekregen. Die klap had hij zelf willen geven. Het deed hem goed dat dat joch was gestraft, dat hij hevig geschrokken was en moest huilen. Hij zag dat Connie uit de boom was gesprongen en snel naar de huilende moeder en haar kind liep. Hij kon haar er niet voor laten opdraaien. Vlug ging hij tussen zijn neef en de woedende ouders in staan.
‘Kom mee. We gaan allemaal naar binnen.’
Gary draaide zich nu naar hem om. Zijn gezicht was verwrongen, hij siste en het spuug vloog Hector om de oren. ‘Geen sprake van, godverdomme.’
‘Ik bel de politie.’ Rosies vuisten waren gebald.
Harry’s shock veranderde in woede. ‘Bel de politie maar als je durft.’
‘Dit is mishandeling. Je reinste kindermishandeling.’
‘Je kind verdiende het. Maar dat neem ik hém niet kwalijk, dat neem ik zijn aso-ouders kwalijk.’
Connie was dichterbij gekomen en legde een hand op Rosies schouders. De vrouw draaide zich kwaad om.
‘We kunnen hem beter even opfrissen.’
Rosie knikte. Iedereen stond nu op de veranda, en ze gingen opzij zodat de drie erlangs konden. Hugo snikte nog steeds.
Hector zei tegen zijn neef: ‘Ik denk dat je maar beter kunt gaan.’
Harry was woedend maar Hector zei vlug in het Grieks tegen hem: ‘Hij heeft te veel gedronken. Er valt niet met hem te praten.’
‘Wat zei je tegen hem?’
Gary stond vlak voor hem, hun neuzen raakten elkaar bijna. Hector rook de scherpe zweetlucht van de man en de muffe dranklucht.
‘Ik zeg net dat Harry beter naar huis kan gaan.’
‘Hij gaat verdomme helemaal nergens heen. Ik bel de politie.’ Gary pakte zijn mobieltje uit zijn zak en hield dat omhoog.
‘Kijk. Ik bel de politie. Jullie zijn allemaal getuige.’
‘Dat kan straks ook nog wel.’ Sandi’s stem klonk onvast terwijl ze op Gary af liep. ‘Ik zal je ons telefoonnummer geven. Als je dan later een aanklacht wilt indienen, kan dat alsnog. Maar volgens mij is het voor onze kinderen beter als we nu allemaal naar huis gaan.’ Ze begon te huilen.
Gary had een vijandige blik in zijn ogen en grijnsde, alsof hij nu op háár zou gaan schelden, maar toen kwam Rocco stilletjes naast zijn moeder staan. Hij keek de man uitdagend aan.
Gary sprak daarna heel zacht. ‘Waarom blijf je bij die schoft? Slaat hij jou soms ook?’
Hector pakte zijn neef stevig bij zijn schouder.
‘Mijn man is een goed mens.’
‘Hij heeft een kind geslagen.’
Sandi zei niets.
‘Wat is jullie adres?’
Sandi schudde haar hoofd. ‘Ik zal je ons telefoonnummer geven.’
‘Ik wil je adres.’
Aisha kwam naast hem staan.
‘Gary, ik heb hun adres en telefoonnummer. Sandi heeft gelijk, jullie kunnen beter allemaal naar huis gaan.’ Ze legde haar hand op zijn schouder, en dat kleine gebaar kalmeerde hem.
Hector werd vervuld van liefde voor zijn vrouw. Zoals altijd wist Aisha precies wat ze moest doen. Hij wilde haar in haar nek kussen, haar alleen even vasthouden. Melissa was naar haar moeder toe gekomen en begon ook te huilen. Troostend hield Aisha de hand van haar dochter vast. Adam kwam naast hem staan. Hector pakte zijn hand.
Waar ben ik in godsnaam mee bezig? Waarom zou ik alles wat ik heb, alles waarmee ik gezegend ben, in de waagschaal stellen? De klamme hand van zijn zoontje leek aan zijn huid te plakken.
Plotseling liet Hector de hand van zijn zoon los en liep naar binnen.
Toen hij in de keuken langs zijn moeder liep, fluisterde ze hem in het Grieks toe: ‘Je neef had geen ongelijk.’
‘Sst, Koula,’ waarschuwde Manolis. ‘Maak het niet erger dan het is.’ Zijn vader keek angstig. Of misschien had hij gewoon genoeg van deze nieuwe wereld.
Hector liep zijn slaapkamer in en bleef verstijfd staan. Hugo zoog aan Rosies borst; Connie zat naast haar en streelde het kind over zijn hoofd.
‘Ik kan er niet bij dat die schoft zoiets deed. Ik heb Hugo nog nooit geslagen – Gary ook niet. Nog nooit.’
Hector voelde dat Hugo naar hem keek.
Hugo liet Rosies tepel los. ‘Niemand mag zonder mijn toestemming mijn lichaam aanraken.’ Zijn stem klonk schril en zelfverzekerd. Hector vroeg zich af van wie hij die tekst had. Van Rosie? Van de kinderopvang? Ideële reclame op die stomme tv?
‘Zo is het, lieverd. Zo is het.’ Rosie gaf haar zoontje een kus op zijn voorhoofd.
Hoe zit het dan wanneer hij iemand een trap geeft of een ander kind slaat? Wie geeft hem daarvoor toestemming?
‘Ja.’ Connie knikte heftig. ‘Zo is het, Hugo,’ zei ze instemmend. ‘Niemand mag dat zomaar doen.’
Ze was nog zo jong. Plotseling stond hem dat tegen.
‘Gary wil naar huis.’
Rosie pakte haar handtas van het bed, tilde Hugo op en liep langs Hector heen. Ze wisselden geen woord.
Hector deed de deur dicht en was nu alleen met Connie. Hij wilde iets aardigs zeggen, maar wist niet wat.
‘We kunnen niet meer met elkaar omgaan. Niet op deze manier. Begrijp je dat?’
Het meisje keek van hem weg en snoof minachtend. ‘Niet te geloven dat hij hem heeft geslagen. Welke lul slaat nu een kind?’
Hij kon niet geloven wat hij allemaal op het spel had gezet. Het was nu heel duidelijk voor hem. Hij wilde weg uit deze kamer, weg uit dit huis. Hij wilde haar uit zijn leven.
‘Begrijp je dat?’ Zijn toon werd nu milder.
‘Ja hoor.’ Ze kon hem nog steeds niet aankijken.
‘Je bent heel bijzonder, Connie. Maar ik hou van Aisha, echt waar.’
Ze reageerde bijna gewelddadig. Ze begon te beven. ‘Je weet toch dat ik haar ook aardig vind? Ik vind het vreselijk wat wij haar aandoen.’ Bibberend haalde ze adem. ‘Het is…’ Moeizaam zocht ze naar het juiste woord. ‘Het is walgelijk.’
Ze was nog zo jong. Ze overdreef alles. Hij wilde haar het liefst de kamer uit duwen, zijn leven uit. Ze was onvolwassen. Ze was verdomme nog een kind.
‘Het spijt me.’
Zul je het aan niemand vertellen? Dat was de angst waarmee hij maanden had geleefd; die altijd in de schaduw van de opwinding aanwezig was geweest. Maandenlang had hij zich de schande voorgesteld: politie, scheiding, gevangenis, zelfmoord.
Ze las zijn gedachten. ‘Niemand komt het te weten.’
‘Het spijt me,’ zei hij nog eens.
Ze keek hem niet aan. In plaats daarvan wiebelde ze met haar voet en pulkte ze aan een haarlok in haar mond. Een kind, ze was nog een kind.
Ze zei iets tegen hem, zo zacht dat hij haar niet kon verstaan.
‘Wat zei je?’
Nu keek ze hem vernietigend aan. ‘Ik zei dat je lelijke armen hebt, met al die haren. Je lijkt wel een gorilla.’
Hij was geschokt. Maar eigenlijk moest hij ook lachen. Hij ging naast haar op het bed zitten, waarbij hij ervoor zorgde dat hun lichamen elkaar niet raakten. ‘Connie, er is niets gebeurd tussen ons.’
Ze schoot achteruit. Hij rook haar goedkope parfum: te zwaar, mierzoet, het prikte in zijn neus. Het was het parfum van een jong meisje. Kon hij haar maar aanraken, haar haar strelen, haar nog één keer kussen. Maar hij kon het niet opbrengen om ook maar enig gevoel te tonen. Hij zou gruwen van zichzelf bij elke aanraking. Toen hij in de spiegel keek, zag hij een man en een kind op het bed zitten. Op dat moment keek zij ook. Haar blik was smekend, gekweld, en bijna werktuiglijk, omdat hij haar niet nog meer wilde kwetsen, schudde hij zijn hoofd.
Connie sprong van het bed af, rukte de deur open en stormde weg. Even bleef hij roerloos zitten en voelde hij zich alleen maar opgelucht. Hij had het gedaan, hij had er een punt achter gezet. Hij deed de deur achter haar dicht en ging weer op bed zitten. Hij had pijn in zijn borst, er zat een koord strak om zijn longen gespannen. Hij probeerde adem te halen, maar dat lukte niet. Hij wist dat hij niet in paniek moest raken, dit was geen hartaanval, dat kon niet, dat mocht niet, hij moest gewoon ademhalen. Die rotkeel, hij kreeg zijn keel niet open. Het zweet droop van zijn lijf, hij zag zichzelf niet meer in de spiegel. Hij was er niet, waar was hij? Waar was hij gebleven, verdomme?
Snakkend naar adem belandde hij stuiptrekkend op de grond en daar zoog hij het zoete leven weer in zijn longen. Hij wiegde heen en weer en wist weer hoe hij moest ademhalen. Met een zakdoek veegde hij zijn gezicht en zijn hals af en vond zichzelf terug in de spiegel. Zijn gezicht zag bleek, zijn ogen waren rood. Hij zag er opgeblazen, grijs en oud uit. Opeens besefte hij dat hij huilde. Het snot druppelde uit zijn neus, de tranen rolden over zijn wangen. Hij huilde nooit – de laatste keer dat hij had gehuild was als kind geweest. Hij masseerde zijn borst. Ik ga veranderen, nam hij zich voor. Ik ga veranderen.
Toen Hector weer buiten kwam, was Richie als enige nog in de achtertuin; hij zat nog steeds op een tak van de vijgenboom. Gary, Rosie en Hugo waren vertrokken. Zwijgend was iedereen zijn spullen aan het verzamelen en zei elkaar zachtjes mompelend gedag. Buiten op straat vroeg Hector waar Leanna, Dedjan en Ari naartoe gingen. Ze zeiden iets over nog wat drinken in een café in High Street, misschien nog dansen. Hij voelde een diepe kloof gapen tussen hemzelf en hun kinderloze bestaan.
Weer in huis zag hij dat ook Harry het huilen nader stond dan het lachen; het was vreselijk om zijn neef zo ongelukkig te zien. Woede maakte zich van hem meester. Hij was blij dat Gary en Rosie weg waren. Hij zou het niet aankunnen om hen nog te zien, om net te doen alsof ze vrienden van hem waren en hij met hen te doen had. Rocco stond bij zijn vader, dicht tegen hem aan. Sandi gaf Hector en Aisha een kus, maar het waren zijn ouders die met het gezin mee naar hun auto liepen. Bij het afscheid had Hector zijn neef extra de hand gedrukt, maar hij wist niet precies wat Aisha van hem verwachtte, aan wiens kant ze stond. Hij wist dat zijn vader en moeder Harry kalmerend toespraken in het Grieks toen ze met hem naar zijn auto liepen, dat hun boosheid zich zou richten op die verdomde Australiërs. Hector was het met hen eens, maar had geen idee wat Aisha ervan vond. Hij zag op tegen de ruzie straks.
In de achtertuin riep Connie iets naar Richie.
De jongen bleef zitten waar hij zat. Hector stak een sigaret op en bood Tasha er een aan.
Ze sloeg een arm om hem heen. ‘Ik vind het heel rot voor jullie.’
‘Wat?’
‘Dat het zo vervelend moest eindigen.’
Hector haalde zijn schouders op.
Richie keek om en staarde over de daken naar de steeg. Hij riep naar Connie: ‘Volgens mij kan ik van hieruit jullie huis zien.’
‘Kom naar beneden, Richie,’ beval Tasha geduldig.
De jongen sprong. Hector deed zijn ogen dicht; half en half verwachtte hij een bot te horen kraken, maar Richie kwam op zijn voeten terecht, struikelde en kwam overeind. Hij had een grote grijns op zijn gezicht. Hij rende naar de veranda en bleef plotseling voor Hector staan. Richie gaf hem een stevige hand.
‘Het was heel leuk. Het eten was te gek.’ Toen begon hij net zo plotseling te blozen en deed hij een stap achteruit.
Hector wist niet hoe hij moest reageren, maar gelukkig kwam Aisha net naar buiten. ‘Dank je wel, Richie. Maar volgens mij is het feest afgelopen.’
‘Dan helpen we met opruimen.’
‘Nee, Tasha, dat hoeft niet. We redden het wel.’
Connie gaf hem een slap handje en keek hem niet aan. Maar ze omhelsde Aisha en drukte zich stevig tegen haar aan. Hector staarde naar het donker. Pas toen hij Tasha de auto hoorde starten, ademde hij weer uit. Hij trok Aisha naar zich toe. Ze zei niets maar leunde tegen hem aan, en hij hield zijn arm stevig om haar middel. Haar haar rook naar barbecue en citroensap. Hij was blij dat ze even zonder iets te zeggen bij elkaar stonden, een rust die werd verbroken toen hij zijn sigaret uittrapte.
Ze maakte zich van hem los. ‘Ik ga de kinderen naar bed brengen.’
‘Het is nog vroeg.’
‘Ik wil ze in bed hebben.’
‘Het is zaterdagavond.’
‘Alsjeblieft, Hector, werk nu een keer mee.’
Hij aarzelde, wilde het onvermijdelijke gesprek uitstellen, de weldadige, ongecompliceerde stilte behouden. ‘Waar denk je aan?’
‘Ik ben razend.’
‘Op wie?’
Ze wierp hem een woedende blik toe. ‘Op je neef, natuurlijk.’
‘Ik niet.’
‘Als het jouw kind was geweest, had je het nooit over je kant laten gaan.’
Maar het was hun kind niet geweest en het zou hun kind ook nooit geweest zijn. Niet dankzij hem, dat wist hij ook wel, helemaal niet dankzij hem, maar dankzij haar. Ze was een fantastische moeder. Aisha keek hem bedachtzaam aan; hij wist dat ze haar argumenten op een rijtje aan het zetten was. Opeens was hij blij dat hij drugs had gebruikt. Hij wilde geen ruzie – hij was niet in de stemming om zich te ergeren of op te komen voor zijn gelijk. Zij wel, wist hij, zij maakte zich op voor de strijd. Zij wilde Harry beledigen en hem met de grond gelijk maken, deels omdat Harry familie van hem was. Hij had Ravi niet eens zien weggaan, en pas op dat moment drong het tot hem door – hoe had hij zo stom kunnen zijn? – dat het feest van vandaag mede was georganiseerd ter ere van het feit dat haar broer was overgekomen.
Aisha’s ogen schitterden fel, ze had haar rechterhand gebald. Zijn enige gedachte was dat hij haar wilde verleiden.
‘Klopt,’ zei hij rustig. ‘Harry had dat kind niet mogen slaan.’
Dat verraste haar; hij meende zelfs een spoor van teleurstelling op haar gezicht te zien. Ze ontspande haar vuist. ‘Nee, inderdaad.’ Maar haar reactie was lauwtjes, weinig overtuigend.
‘Breng jij de kinderen naar bed, dan begin ik met opruimen.’
Hij was de vaatwasser aan het inruimen en had zin om te dansen. Hij stopte Benny Goodman in de dvd-speler, omdat hij iets vrolijks, maar ook iets stevigs wilde horen. Fluitend deed hij de machine dicht en begon het aanrecht leeg te ruimen.
‘Hoe kun jij zo vrolijk zijn?’ Aisha stond met haar handen in haar zij en keek geïrriteerd. Hij danste naar haar toe en kuste haar op de mond. ‘Omdat ik jou heb, schat.’
En zo was het ook. Verdomd als het niet waar was. Hij sloeg zijn armen om haar heen en liet zijn handen naar beneden glijden om haar billen beet te pakken. Hij kuste haar ogen, haar wangen, haar oorlelletjes en pakte haar steviger beet.
‘Ze slapen nog niet.’
‘Kan me geen reet schelen,’ fluisterde hij. Zijn lul was stijf en hij pakte haar hand en legde die op zijn kruis. Ze begon te giechelen, en dat deed hem aan Connie denken. Hij sloot zijn ogen en besefte dat hij had gehoopt dat ze voorgoed uit zijn gedachten was verdwenen. Maar dat was natuurlijk niet zo. Hij liet zijn fantasie de vrije loop. Hij maakte de riem van zijn vrouw los, schoof haar rok naar beneden, streelde haar buik en pakte haar borsten beet. Met zijn ogen dicht zag hij weer de paar zachte stoppeltjes van Connies kut voor zich.
‘Een condoom is nu toch niet nodig, hè?’
Aisha schudde van nee. ‘Het kan nu geen kwaad,’ fluisterde ze dicht bij zijn oor. Hij huiverde, dat geluid, haar adem die zijn lichaam binnendrong, de ene golf van gelukzaligheid na de andere buitelde door hem heen.
‘Kom mee naar de slaapkamer.’
Hij ging daar niet op in, maar deed Aisha’s armen omhoog en begon haar hals te kussen. Hij schoof haar topje omhoog, omvatte haar borsten en begon ze te kussen. Ze probeerde zich los te rukken, maar dat stond hij niet toe. Zijn lippen sloten zich om een dankbaar opspringende tepel; hij zoog erop, beet erin, tot Aisha zachtjes een pijnkreetje slaakte en hij met tegenzin ophield. Hij rechtte zijn rug, keek haar aan, haar ogen fonkelden en toen begonnen ze allebei opeens te giechelen. Even vroeg hij zich af of de kinderen hen konden horen, maar die gedachte was snel verdwenen. Zijn gulp was open, zijn lul was bevrijd uit de benauwenis van zijn slip en hij rook Aisha’s begeerte. Hij schoof een vinger bij haar naar binnen, ze kreunde en hij duwde zijn spijkerbroek naar beneden en zijn lul was in haar. Op deze manier, staand, zij met haar rok in een hoopje rond haar enkels, hij met zijn spijkerbroek op zijn knieën en met een stijve die niet verslapte dankzij de speed, waardoor hij ook het orgasme kon uitstellen, neukten ze samen eindeloos kreunend door. Toen hij klaarkwam, kon hij zijn extasekreten niet inhouden en Aisha legde lachend een hand over zijn mond. Zijn slap wordende lul liet hij in haar en hij stootte zachtjes, fluisterde dat hij van haar hield, fluisterde haar naam. Hij hoorde haar hijgen, toen kuste ze hem zo hevig dat ze hem bijna in zijn lip beet. Zijn ogen waren nog steeds dicht, hij wilde in haar blijven. Elke gedachte aan Connie had hij uitgebannen, nu hij was klaargekomen. Daarvóór niet, daarvoor kon hij dat niet. Tijdens het neuken waren ze in zijn fantasie één geworden: hij neukte zijn vrouw, neukte Connie, allebei tegelijk, hun lichamen, hun kutten, hun huid, één en toch apart. Aisha bewoog en zijn lul gleed uit haar. Nog steeds grijnzend trokken ze hun kleren weer aan.
Aisha ging even kijken bij de kinderen en kwam terug. ‘Volgens mij slapen ze.’ Hij had haar in jaren niet zo schaapachtig zien kijken.
‘We deden het zachtjes.’
‘Niet waar.’ Ze liep naar het aanrecht en begon de restanten van de salades in de vuilnisbak te gooien.
Hij ging achter haar staan en pakte haar stevig beet. ‘Laat mij maar. Ik ruim wel op.’
‘Dat doen we samen.’
‘Ik doe het wel.’ Hij was vastbesloten. De speed zat nog steeds in zijn bloed, hoewel het effect niet meer zo sterk was, en hij wilde bewegen, actief zijn. De seks had hem nieuwe energie gegeven.
‘Wat moet ik dan doen? Het is nog te vroeg om te gaan slapen.’
‘Televisiekijken, lezen. Ik ruim op.’ Hij zou een valiumpje nemen en genieten van de ontnuchtering terwijl hij het huis aan kant maakte.
Hij hield haar nog steeds stevig vast terwijl ze zich omdraaide. Ze keek hem recht aan. Ze was kalm, maar de zweetdruppeltjes parelden nog boven haar mond. Hij likte ze weg.
‘Wat ga je tegen je neef zeggen?’
Niets.
‘Ik weet het niet.’
‘Hector.’ Ze zei alleen zijn naam. Maar het klonk ernstig en dwingend. Hij vroeg zich af of hij haar nog een keer zou kunnen neuken, hier ter plekke, met haar kont tegen het aanrecht.
Ze zei zijn naam nog een keer. ‘Ik wil dat je aardiger doet tegen Adam.’
Waar kwam dat opeens vandaan? Hij liet haar los en zocht naarstig naar zijn sigaretten. Hij opende de schuifdeur en ging in de deuropening tussen de keuken en de veranda staan. Ze liep hem achterna en griste de sigaret uit zijn hand. Hij kon zich niet meer herinneren wanneer hij haar voor het laatst had zien roken, in elk geval voordat ze zwanger was van Lissie. Het was net alsof hij die avond haar en hun leven samen in een ander perspectief bekeek. Hij zou graag alles bekennen, haar vertellen over de afgelopen maanden, hoe hij haar had bedrogen, hoe zijn gevoelens voor haar bijna waren weggeëbd. Hij wilde alles opbiechten, omdat hij op dat moment zeker was van zijn liefde voor haar en voor alles wat ze samen hadden. Dit huis, hun kinderen, hun tuin, het nog steeds aangename tweepersoonsbed dat in het midden begon door te zakken na al die jaren dat hij tegen haar aan had gelegen, altijd met zijn armen om haar heen; hij ging alleen verliggen wanneer ze hem in haar slaap een por gaf omdat hij moest opschuiven en ophouden met snurken. Zonder haar zou hij niet kunnen leven. Zijn hart kromp ineen, maar vastberaden balde hij zijn vuisten. Hij wilde niet dat zij zijn angst kon zien.
‘Ik beloof je dat ik zal veranderen. Ik zal hem niet meer zo op zijn huid zitten.’
* Wog: aanvankelijk scheldnaam voor immigranten uit Italië en Zuid-Oost Europa, later ook door geïntegreerde Europeanen gebruikt voor nieuwkomers uit het Midden-Oosten en Zuid-Azië. Het woord wordt vaak als geuzennaam gebruikt, maar kan ook een racistische of anti-moslim gevoelswaarde hebben. (vert.)