HOOFDSTUK 7

 

 

 

Tot Stephanie’s grote opluchting kwam Sophia een paar minuten later vertellen dat de lunch was opgediend, met het gevolg dat ze niet met Lucia hoefde te praten. Het zou niet gemakkelijk zijn om vriendschap met het kind te sluiten, ofschoon Stephanie merkwaardig genoeg voelde dat Lucia nu nieuwsgierig naar haar was.

Ze lunchten in een kleine eetkamer, die aan de salon grensde. Ze waren maar met hun drieën, en Stephanie vroeg zich af of Pietro en Mario - en Giulio, wanneer hij er was - samen met het gezin aten. Na het eten zat Santino een sigaar te roken en zijn tweede kop koffie te drinken, toen er een bejaarde vrouw beschroomd het vertrek binnenkwam en hem eerbiedig aansprak. Stephanie veronderstelde dat dit Maria was, en die veronderstelling scheen bevestigd te worden toen Lucia heftig haar hoofd schudde en luid begon te protesteren: ‘Nee! Nee! Nee!’ toen de vrouw op haar toe kwam.

Lucia gleed van haar stoel, stoof naar haar vader, sloeg haar armen om zijn hals en smeekte of ze mocht blijven, maar hij schudde alleen maar krachtig zijn hoofd, maakte haar armen van zijn hals los en gaf haar over aan de kindermeid. Lucia werd gillend weggedragen en Stephanie, verward door deze scène, hield haar ogen vastberaden op de tafel voor haar gericht. Ze had er per slot van rekening niets mee te maken en wilde niet de aandacht op zichzelf vestigen.

Santino keek verscheidene minuten naar haar gebogen hoofd voordat hij zei: ‘Ik voel je afkeuring.’

Stephanie keek vlug op. ‘Je bent abuis. Wat jij met je dochter doet, gaat mij niet aan.’

Santino’s blik versomberde. ‘Daar moet dan verandering in komen. Jij moet per slot van rekening de leiding over haar op je nemen wanneer ik weg ben. Misschien moet je me wat haar betreft haar raad geven.’

‘Wanneer je weg bent, zeg je,’ merkte Stephanie behoedzaam op. ‘Zolang je hier bent, rust de verantwoordelijkheid bij jou.’

Santino kauwde ongeduldig op zijn sigaar. ‘Ik wil niet de dupe zijn van jouw onverschilligheid, Stephanie!’ snauwde hij.

Stephanie keek hem recht aan. ‘Wat kun je doen om dat te veranderen?’

‘Ik geloof dat je het antwoord net zo goed weet als ik,’ antwoordde Santino grimmig, en plotseling kreeg Stephanie een kleur. Toen, alsof hij voldaan was over haar reactie, zei hij wat zachter: ‘Heeft Pietro je verteld dat ik morgen wegga?’

Stephanie schudde haar hoofd. ‘Nee! Had hij dat dan moeten doen?’

‘Ik dacht dat hij vanmorgen, toen jullie - wat zal ik zeggen - aan het - zonnebaden - waren, je misschien zou hebben verteld dat je vanaf morgen elke kans zal krijgen om te doen wat je wilt, zolang Lucia maar niet verwaarloosd wordt.’

‘Dat is een smerige opmerking!’ onderbrak ze hem fel, en hij leunde met duidelijke geamuseerdheid over haar verontwaardiging achteruit in zijn stoel. ‘Ik weet niet wat voor soort mening jij erop na houdt over vrouwen in het algemeen, maar voor zover het mij betreft, hoef je zelfs niet aan zulke mogelijkheden te denken!’

‘Wat voor mogelijkheden, Stephanie?’ Zijn toon was sardonisch.

Stephanie schoof haar koffiekopje opzij. ‘Doe maar niet alsof je niet suggereerde dat Pietro - dat Pietro en ik...’

Santino deed een forse haal aan zijn sigaar en blies een grote rookwolk naar het plafond. ‘Maak je niet zo druk, Stephanie. Met mijn commentaar bedoelde ik echt geen kritiek.’

‘Nee,’ zei Stephanie met trillende stem. ‘Het interesseert je duidelijk geen snars wat ik doe!’

Santino boog zich over de tafel heen naar haar toe. ‘Dat klopt,’ antwoordde hij kil. ‘Wat had jij dan verwacht?’

Stephanie trok haar schouders naar achteren. ‘Ik vergat natuurlijk uw reputatie, signor!’ zei ze met onvaste stem.

‘Mijn naam is Santino!’ snauwde hij, en hij greep ruw haar pols, die op de tafel lag. ‘Vergeet dat niet weer!’

Stephanie schrok van zijn woedende gezicht. ‘Waarom zou ik?’ vroeg ze. ‘Waarom zou ik je bij een naam noemen die vreemd voor me is? In dit zogenaamde huwelijk is totaal niets, geen gevoel en geen vertrouwen. Waarom - waarom zou ik je gehoorzamen?’

‘Omdat ik dat zeg!’ viel hij uit. ‘En als je de manier waarop ik jou behandel zo weerzinwekkend vind, dan stel ik voor dat je mijn afwezigheid gebruikt om je te harden, in plaats van je te gedragen als een emotionele tiener, iedere keer wanneer ik iets zeg dat niet overeenkomt met jouw romantische ideeën over het gedrag van anderen!’ Stephanie wist zich met moeite te beheersen. ‘Moet - moet ik daaruit opmaken dat we geen van beiden gebonden zijn door welke normale huwelijksband dan ook?’ informeerde ze hees.

Santino fronste zijn wenkbrauwen. ‘Als je daarmee bedoelt dat ik mijn tijd in Rome in het bed van een andere vrouw zal doorbrengen, dan hoef je je niet ongerust te maken!’ antwoordde hij koel. ‘Wanneer ik behoefte heb aan een vrouw, dan neem ik er heus wel een, maar niet wanneer ik de halve nacht in conferentie ben geweest!’ Hij liet abrupt haar pols los en stond op. ‘Je bent nog een kind, Stephanie. Ik geloof wel dat je goed bij Lucia zal passen. Zo, en nu hoop ik dat je me wilt verontschuldigen! ’

Hij liep de kamer uit, en met een gekreun begroef Stephanie haar gezicht in haar handen.

Tenslotte stond ze eveneens op. De middag lag triest en oninteressant voor haar, en ze vroeg zich met een gevoel dat aan paniek grensde af hoe ze haar dagen hier moest doorbrengen.

Ten einde raad besloot ze naar het terras te gaan. Er stond daar een van een glazen blad voorziene tafel met een grote kan met ijs gekoeld sinaasappelsap en verscheidene glazen. Lucia zat op het puntje van een rieten stoel uit een van die glazen te drinken. Blijkbaar was ze pas ontwaakt uit haar middagdutje, want haar ogen stonden nog een beetje slaperig. Maria zat ook aan het tafeltje. Zij was de eerste die Stephanie in de deuropening zag staan, en met een beleefd ‘signora’, stond ze op.

Stephanie aarzelde een ogenblik en stapte toen het terras op. ‘Goedemiddag, Maria,’ antwoordde ze, terwijl ze de glimlach van de oudere vrouw beantwoordde. ‘Goedemiddag, Lucia.’

Lucia keek op bij het horen van haar naam en keek Stephanie nieuwsgierig aan. Wat Sophia haar ook had verteld, het was duidelijk aan Lucia te zien dat ze het moeilijk te begrijpen vond waarom er plotseling een andere vrouw in huis was.

Stephanie strengelde haar vingers ineen en ging naast Maria zitten, terwijl ze beduidde dat de vrouw zelf ook weer kon plaatsnemen. Maria ging met duidelijke tegenzin zitten. Stephanie wist echter dat het geen zin had de oudere vrouw weg te sturen, Lucia zou dan ongetwijfeld eveneens verdwijnen.

Dus glimlachte ze bemoedigend tegen hen en zei: ‘Mag ik ook wat sinaasappelsap? Het ziet er verrukkelijk uit!’

Maria begreep door haar gebaren wat ze zei en schonk wat van de vloeistof in een glas, dat ze Stephanie toeschoof. Terwijl ze dronk, zag ze dat Lucia haar scherp zat op te nemen, maar toen Stephanie haar blik opving, keek ze haastig een andere kant uit en begon met haar eigen glas te spelen. Daar het nog bijna vol was, was het resultaat wel te voorzien. De inhoud ging over de tafel, en Stephanie wist nog maar net haar kleren te redden door snel op te springen. Het sinaasappelsap liep in een straaltje op het terras en Lucia begon bij het zien van Stephanies geschokte gezicht luid te giechelen.

Maria haalde een doek uit een van de grote zakken van haar schort en begon er de tafel mee schoon te wrijven.

Lucia’s gegiechel ebde weg en ze schoof haar glas opzij. Blijkbaar wilde ze niet meer drinken, en Stephanie zei er niets van. In plaats daarvan keek ze naar het uitzicht en verbaasde zich over het feit dat ze zo ver kon kijken. Vanaf de plek waar ze zich bevond slingerde de weg zich door de vallei als een grijze slang. Op dit uur van de middag keerden beneden hen de arbeiders de rug naar de velden, en een zwaarbeladen vrachtwagen worstelde zich traag over de onbestrate weg.

‘Wat mooi!’ riep ze uit, wijzend op het panorama, maar Lucia haalde alleen maar haar schouders op en steunde haar kin in haar handen. Stephanie zuchtte. Op de een of andere manier moest ze kontakt met het kind zien te krijgen, en ze pijnigde haar geest om een geschikte Italiaanse zin te vormen. Tenslotte zei ze: ‘Lei deve cercare di parlare inglese, Lucia. Je moet proberen Engels te spreken!’

Lucia zei vlug iets in haar eigen taal en Maria fronste verwijtend haar wenkbrauwen. Stephanie keek hulpeloos naar Maria. ‘Spreek jij Engels, Maria?’

‘Een beetje,’ bekende Maria voorzichtig.

Stephanie slaakte een zucht en wilde de oude vrouw vragen waarom ze dat niet eerder had gezegd, maar ze wist zich te beheersen en zei: ‘II padrone wil dat ik Lucia Engels leer, niet?’

‘Si, signora. Zal ik gaan?’

Stephanie zuchtte opnieuw. ‘Nee, nee, blijf nog even!’ Ze streek peinzend met een hand over haar wang. ‘Kent Lucia helemaal geen Engels?’

‘No, signora.’

‘Hoe moet ik dan in vredesnaam...’ Stephanie brak plotseling af toen de deur van het terras openging en Santino verscheen. Onmiddellijk stoof Lucia op hem af en sloeg haar armen om hem heen. Hij begroette haar op zijn gebruikelijke wijze door haar in zijn armen te nemen en hoog boven zijn hoofd te tillen. Stephanie keek een beetje nors toe. Het was allemaal goed een wel om haar te vertellen dat ze Lucia Engels moest leren, maar hoe konden ze elkaar verstaan voordat ze zelf wat Italiaans had geleerd? Ze voelde zich verontwaardigd en boos, dus stond ze op en liep naar de leuning van de veranda, terwijl ze haar best deed om haar emoties te bedwingen.

Ze hoorde hoe Santino Maria wegstuurde en toen kwamen hij en Lucia op haar toe.

‘Wat is er aan de hand?’ vroeg hij een beetje ruw. ‘Wat heb ik nu weer gedaan waardoor je vijandschap is opgewekt, of ben je nog steeds boos op me om wat ik tijdens de lunch heb gezegd?’

Stephanie beheerste zich en draaide haar hoofd naar hem toe. ‘De reden is eenvoudig dat ik het moeilijk vind om kontakt te krijgen met - met je dochter.’ Ze gebruikte deze woorden met opzet, zodat Lucia niet zou beseffen dat ze het over haar hadden.

Santino keek een ogenblik op het kind neer en daarna weer naar Stephanie op. ‘De taal, veronderstel ik.’

‘Ja - de taal.’

Santino fronste zijn wenkbrauwen. ‘Het moet toch mogelijk zijn om te beginnen met heel eenvoudige woordjes. Ik weet dat Lucia een aantal Engelse woorden kent, die heb ik haar zelf geleerd. Aangezien dat ik echter weet dat een formele methode om een taal te leren niet geschikt is voor een kind, ben ik ervan overtuigd dat, als je jezelf de tijd gunt, je gesprekken vanzelf betekenis voor haar zullen gaan krijgen. Je moet toch beseffen hoe dat wordt gedaan...’

Stephanie staarde hem boos aan. ‘O, ja, ja, ik besef inderdaad hoe het wordt gedaan, maar ik weet niet of Lucia zal meewerken.’

‘Laten we het in elk geval proberen,’ zei Santino koel. ‘Je bent alles bij elkaar nog maar vierentwintig uur hier! Die tijd is te kort om een oordeel te vellen. Je kunt niet verwachten dat het kind meteen al reageert. Jij wilt de taak achter de rug hebben voordat je ermee begonnen bent!’

Stephanie boog haar hoofd en beet bitter op haar lip. Natuurlijk had hij gelijk, en dat was de reden waarom ze zich zo gefrustreerd voelde. Ze wist dat, zolang Lucia’s houding afwijzend bleef, haar kansen om het kind te winnen, om met haar te praten, nihil waren.

‘Maar hoe lang denk je dan dat het zal duren?’ riep ze uit, niet in staat zich te beheersen.

Santino’s frons werd dieper. ‘Ongetwijfeld zal het vele maanden duren, Stephanie, misschien wel jaren voordat ze een voldoende woordenschat heeft om alles te begrijpen. Maar wat hindert dat? Ze heeft een leven voor zich om te leren! ’

Stephanie perste opstandig haar lippen opeen. ‘Een leven?’ herhaalde ze.

‘Ja, een leven.’ Hij haalde onverschillig zijn schouders op. ‘Opnieuw moet ik je er op wijzen, dat, ongeacht de ideeën die jij in je hoofd hebt, onze regeling van blijvende aard is, Stephanie?’

Stephanie uitte een gesmoorde kreet en liep snel weg. Ze wilde niet dat hij iets merkte van de bitterheid of van de troosteloosheid die zijn woorden bij haar hadden opgewekt.

Ze zag Santino niet meer voordat hij vertrok. Ze wist zelfs niet waar hij heen was. Hij had het haar niet verteld, en ze voelde er niets voor het aan Pietro te vragen.

De volgende morgen bleef ze lang in bed liggen, en het was over negenen voordat ze de marmeren trap afliep. Ze ontmoette een jong meisje in de hal en besefte dat dit het hulpje uit het dorp moest zijn waarover Pietro had gesproken. Stephanie glimlachte en zei: 'Buon giorno!’

Buon giorno, signora.’ Het meisje maakte een lichte kniebuiging. ‘Avete fatto colazione?’

Stephanie schudde fronsend haar hoofd. ‘Colazione’ was haar bekend. Het betekende een maaltijd, en ze veronderstelde dat het meisje haar vroeg of ze wilde ontbijten. Glimlachend zei ze: ‘Si, grazie.’ Blij dat ze erin geslaagd was haar te begrijpen.

Het meisje glimlachte echter, knikte en ging verder met stof afnemen. Stephanie zuchtte en zag Pietro in de deur van de studeerkamer staan. Hij lachte zwijgend.

Met gefronste wenkbrauwen liep ze op hem toe. ‘Wat is er zo grappig?’ vroeg ze verontwaardigd. ‘Bovendien dacht ik dat je vandaag zou weggaan.’

Pietro schudde zijn hoofd. ‘Hoe kom je daarbij?’

‘Ik dacht - Santino zei...’

‘O, Santino is weg, en Mario eveneens. Maar bij mij ben je in bekwame handen.’

Stephanie kreeg een kleur en onderdrukte haar boosheid. ‘Goed, maar waarom lachte je nu?’ drong ze aan.

Pietro richtte zich op. ‘Je hebt nog niet gegeten, hè?’

‘Natuurlijk niet.’

‘Waarom zei je dan tegen Teresa dat je dat wel had gedaan?’

‘Dat heb ik niet gedaan - dat wil zeggen - ik dacht...’ Stephanie zuchtte. ‘Wat zei ze?’

‘Ze vroeg of je al ontbeten had, en jij zei ja.’

‘Verdorie!’ Stephanie slaakte een diepe zucht. ‘Ik dacht dat ze me vroeg of ik wilde ontbijten.’

‘Dat dacht ik al. Dat was dan ook de reden waarom ik lachte.’ Pietro zei op bevelende toon: ‘Teresa!’

Het meisje draaide zich om en trok haar wenkbrauwen op bij Pietro’s instructies. Toen hij verder sprak, begon ze eveneens te glimlachen, knikte en verdween door een deur achter de trap.

‘Bene!’ Pietro wendde zich weer tot Stephanie. ‘Ik heb haar gevraagd je maaltijd naar de studeerkamer te brengen. Dan kan ik daar een kopje koffie met je drinken.’

Stephanie perste haar lippen op elkaar, haalde toen haar schouders op en volgde hem naar Santino’s werkkamer. Die was precies zoals ze had verwacht, eenvoudig ingericht en bezaaid met paperassen. De leunstoelen waren echter comfortabel, en op Pietro’s suggestie ging ze in een ervan zitten. Ze zuchtte en keek nogal verslagen.

‘Kom, vertel me nu eerst maar eens wat er aan de hand is,’ drong hij aan.

Stephanie schudde haar hoofd. ‘Hoe moet ik Lucia in vredesnaam Engels leren terwijl ik zelf niets afweet van Italiaans?’

‘Dat leer je gauw genoeg. Ik zal je wel een beetje helpen.’ Hij schoof wat papieren opzij en ging bij haar op de rand van het bureau zitten. ‘Het is echt niet moeilijk. We kunnen een schemaatje maken met uitdrukkingen zoals bijvoorbeeld ‘ik heb honger’!’

Stephanie glimlachte. Pietro mocht zijn wat hij was, in elk geval haalde hij haar een beetje uit haar neerslachtigheid.

‘Waar is Lucia?’ vroeg Stephanie nu.

Pietro haalde zijn schouders op. ‘Bij Maria, denk ik. Ze ontbijten even na achten, en daarna gaat Lucia spelen.’

‘Speelt ze dan ooit met iemand?’

‘Soms. Teresa heeft een aantal jonge broertjes en zusjes, en soms nodigt Santino er een of twee van uit om met haar te spelen.’

‘Maar toch zeker alleen wanneer hij hier is om toezicht te houden?’

‘Gewoonlijk wel, ja.’

Stephanie knikte. ‘Nou,’ zei ze nogal vastberaden. ‘Aangezien ik nu de leiding heb, kunnen we net zo goed beginnen met daar verandering in te brengen.’

Een tikje op de deur van de studeerkamer kondigde Teresa’s terugkeer aan met het dienblad, dat ze op een lage tafel voor haar nieuwe meesteres plaatste. Stephanie schonk twee kopjes koffie in en gaf er een aan Pietro, voordat ze aan de verrukkelijke warme broodjes begon. Ze genoot meer van deze maaltijd dan alles wat ze sinds haar aankomst gekregen had.

Na het ontbijt liet Pietro haar de kamer van Lucia zien, waar hij haar alleen liet met haar taak. Ze had hem het liefst gevraagd om haar te vergezellen en het een en ander voor haar te vertalen, maar het had geen zin om steeds op hem terug te vallen. Dus stapte ze, gewapend met haar woordenboek, recht op haar doel af.

Lucia had vier kamers tot haar beschikking, ontdekte ze toen Maria haar beleefd rondleidde. Er waren een grote speelkamer, een kleiner vertrek dat gemeubileerd was als zitkamer en waar een groot televisietoestel stond, haar slaapkamer en natuurlijk ook een badkamer.

Stephanie verbaasde zich om het verheugde gevoel dat ze kreeg toen Lucia haar al haar speelgoed liet zien.

Na een poosje probeerde Stephanie de belangstelling van het kind van haar speelgoed af te leiden, maar dat bleek totaal geen succes te hebben. Al gauw besefte ze dat Santino gelijk had en dat dit soort dingen niet geforceerd kon worden.

Nadat ze de kinderkamer verlaten had ging ze naar haar eigen kamer om zich gereed te maken voor de lunch. De ochtend was gelukkig vrij vlot omgegaan, en haar humeur was daardoor snel verbeterd.

Die middag zag ze Lucia echter weinig. Na haar middagslaapje speelde het kind in de tuin met Maria en Teresa, maar toen Stephanie verscheen, verloor ze haar belangstelling en bleef ze haar nieuwe moeder met argwanende blikken gadeslaan.

Ofschoon Stephanie haar lunch alleen genuttigd had, voegde Pietro zich bij haar voor het diner, en ze besteedden een abnormaal lange tijd aan de maaltijd, pratend over Lucia, het kasteel en Santino’s veelvuldige afwezigheid.

Het was heel gemakkelijk, merkte Stephanie, om Pietro’s conversatie af te leiden van persoonlijke onderwerpen, zolang ze tenminste over Santino spraken, en hierdoor kwam ze die avond een heleboel over de zakelijke belangen van haar man te weten.

Ze hoorde dat, hoe onpersoonlijk Santino ook in zijn persoonlijke leven scheen te zijn, hij waar zijn mensen betrof heel anders was. Door zijn bemoeienissen was hun levensstandaard drastisch verbeterd. Hij had ziekenhuizen en scholen laten bouwen en deze voorzien van het beste personeel dat er in Europa te vinden was. Hij behandelde zijn ondergeschikte als medemensen en vroeg in ruil daarvoor volledige trouw - die hij dan ook onveranderlijk kreeg.

Van onderwerp veranderend, vroeg Pietro op een gegeven ogenblik: ‘Wat denk je van het kasteel, nu je een kans hebt gehad om het wat beter te leren kennen?’

Stephanie haalde haar schouders op en nipte van de cognac die ze na hun koffie hadden genomen. ‘Ik heb er, eerlijk gezegd, nog niet veel aandacht aan geschonken. Vanmorgen heb ik, zoals je weet, in gezelschap van Lucia doorgebracht, en vanmiddag was ik in de tuin.’

Pietro fronste zijn wenkbrauwen en tikte de as van zijn sigaret. ‘Wil je zeggen dat Sophia niet heeft voorgesteld je rond te leiden?’

Stephanie trok nogal geamuseerd haar wenkbrauwen op. ‘Dacht je echt dat Sophia mij iets zou voorstellen?’ merkte ze nogal scherp op. ‘Lieve hemel, voor zover haar betreft, ben ik hier gewoonweg niet.’ Ze fronste haar wenkbrauwen. ‘Maar vroeg of laat ben ik van plan die stand van zaken te veranderen.’

Pietro bestudeerde peinzend haar gezicht. ‘Hoe zou je dat willen doen?’

Stephanie begon te glimlachen. ‘Daar heb ik mijn eigen methoden voor.’ Ze dronk haar cognac uit en zette het glas terug op de tafel..‘Ik verbaas me over de schoonheid van de tuinen. Ik had niet verwacht dat er hier iets zou groeien, met al die wind en die zoute lucht.’ Pietro knikte. ‘De tuin was Sancha’s trots en vreugde. Zij was degene die voor de bevloeiing van de terrassen zorgde, zodat ze haar rozen zou kunnen telen. Ze was erg gek op rozen.’

Stephanie steunde haar kin in één hand, ondanks alles geïnteresseerd. ‘Vertel me eens iets over je zuster,’ drong ze aan.

Pietro kreeg een kleur. ‘Daar valt niet veel over te vertellen.’

‘O, jawel, er is vast en zeker wel iets. Hoe - hoe is ze met Santino in aanraking gekomen?’

Pietro zuchtte. ‘Als kind speelden ze met elkaar. Zij was van dezelfde leeftijd als hij. Ze zou dit jaar achtendertig zijn geworden, als ze was blijven leven.’

‘Achtendertig!’ herhaalde Stephanie zwakjes. ‘Dan moet ze al tamelijk oud zijn geweest toen - toen ze Lucia kreeg.’

‘Ja, dat was ze ook.’ Pietro zuchtte weer. ‘Weet je, Stephanie, mijn zuster geloofde al dat ze nooit kinderen zou krijgen. Zij en Santino waren acht jaar getrouwd voordat Sancha zwanger werd. En toen was het, zoals je waarschijnlijk zult weten, geen gemakkelijke tijd voor haar. Ze was voortdurend ziek tijdens haar zwangerschap, en Santino nam de beste vrouwenartsen van Europa in de arm om het wat makkelijker voor haar te maken. Tenslotte nam hij haar mee naar Londen, naar een kliniek, en daar werd Lucia geboren. Maar het was een vreselijke tijd. Sancha...’ Hij schudde zijn hoofd. ‘Sancha is na de geboorte niet meer bij bewustzijn gekomen. Santino was er helemaal kapot van!’

Stephanie luisterde vol medeleven. Blijkbaar werd Pietro door de gebeurtenissen van destijds nog steeds aangegrepen, maar hij scheen met alle geweld verder te willen gaan.

‘Een poosje gaf Santino, ofschoon hij geweten moet hebben dat het niet zo was, de schuld aan de Londense specialisten. Hij beweerde dat Sancha het kind niet langs normale weg ter wereld had mogen brengen. Hij vond dat ze een keizersnede hadden moeten toepassen. Pas later ontdekte hij dat Sancha zelf erop had gestaan haar kind langs de normale weg te krijgen. Ze wilde de ervaring van de geboorte meemaken, en ze smeekte hen het niet aan Santino te vertellen.’ Pietro haalde zijn schouders op. ‘Toen het hem toch verteld werd, was het te laat.’

‘Wat vreselijk!’

Pietro knikte, en toen keek hij met een vastberaden glimlach op. ‘Als Santino ooit te weten komt dat ik jou dit allemaal heb verteld, zal hij me vermoorden.’

‘Ik heb het je zelf gevraagd,’ herinnerde Stephanie hem vriendelijk, maar ze zei er niets meer over.

Pas veel later, toen ze in bed lag, kwam het verhaal weer bij haar boven, en ze moest haar gezicht in het kussen begraven en proberen het medelijden te onderdrukken dat ze voor haar man voelde.

Santino had niets van haar nodig, zeer zeker niet haar sympathie, en zoals Pietro had gezegd, zou hij razend zijn als hij wist dat er over hem gesproken was.

De volgende ochtend ging Stephanie na het ontbijt opnieuw naar de kinderkamer. Toen ze daar binnenkwam, zat Lucia met haar poppenhuis te spelen. Maria stond wat kleren van Lucia te strijken, en ze begroette Stephanie op haar gebruikelijke beleefde manier voordat ze verder ging met haar taak.

Stephanies blik werd getrokken door enkele van Lucia’s schildersstukjes, die de wanden van het vertrek versierden, en ze liep erheen om ze te bekijken.

Lucia, die haar belangstelling zag, stond op en kwam naast haar staan. Plotseling kreeg Stephanie een idee. Wijzend naar een van de tafereeltjes, zei ze zo terloops mogelijk: ‘Dat is een boot, niet?’

Lucia fronste haar wenkbrauwen en keek geconcentreerd naar het schildersstukje. ‘E una bar ca,’ verzekerde ze beslist.

‘Ja, het is een boot,’ zei Stephanie knikkend. ‘Una barca - een boot. Kun je dat zeggen?’

Lucia keek haar een ogenblik onverschillig aan en wees toen naar een ander schildersstukje. ‘C’e mia bambola,’ zei ze.

Stephanie dacht gespannen na. ‘Je - je pop,’ zei ze triomfantelijk. ‘Dat is je pop, niet?’

Lucia fronste haar wenkbrauwen en perste haar lippen op elkaar. ‘Pop,’ zei ze langzaam.

‘Ja, pop. Kijk!’ Stephanie bukte zich en haalde een pop uit de speelgoeddoos.

Lucia keek van de pop naar haar, maar of ze het begreep kon Stephanie niet zeggen. Na een ogenblik wijdde Lucia haar aandacht weer aan de schilderijtjes en wees naar een ander tafereeltje. ‘Che cosa e questo?’ vroeg ze.

Stephanie aarzelde. ‘Dat is een roos,’ antwoordde ze.

‘Una rosa,’ zei Lucia.

‘Ja, een roos.’

‘Roos,’ zei Lucia zorgvuldig. Plotseling stoof ze op Maria af. ‘Een roos,’ verzekerde ze haar met een voldaan gezichtje.

Maria glimlachte om haar opwinding en Lucia kwam terug naar Stephanie. ‘Piu!’ zei ze, en Stephanie vertelde haar nog meer.

De ochtend ging snel voorbij, en toen Maria naar hem toekwam om te vertellen dat het tijd was voor de lunch, was Stephanie verbaasd. Lucia keek nogal spijtig naar haar nieuwe speelkameraad, alsof ze haar niet wilde laten gaan, maar Stephanie vond het beter om de zaak niet te overhaasten, en met een glimlachende groet verliet ze hen en ging naar beneden.

Pietro verscheen niet aan de lunch, en toen ze later naar hem zocht, bleek dat hij niet in het gebouw was. Dat vond ze jammer, want ze zou hem graag over haar succes met het kind hebben verteld, maar dat kon wachten. Voorlopig besloot Stephanie een ander deel van haar plannen ten uitvoering te brengen.

Nadat ze de hal was doorgelopen, opende ze de deur naar de keuken en liep de korte gang door naar de keukendeur.

Behalve Sophia waren er nog drie anderen aanwezig. Een mollige vrouw die, naar ze veronderstelde, de kokkin Doninica was, een lange, magere man met zijn benige handen om een beker koffie geslagen, die de tuinman Carlo moest zijn, en Teresa, het meisje dat ze al eerder had ontmoet. Ze keken haar allen met een geschokte uitdrukking op hun gezicht aan, en ze vroeg zich af waarvoor ze dachten dat ze gekomen was.

Zich echter tot Sophia wendend, zei ze: ‘Ik zou graag aan de andere leden van het personeel worden voorgesteld, Sophia.’

Sophia aarzelde, trok toen afkeurend haar wenkbrauwen op en gehoorzaamde schouderophalend. Stephanie gaf ze allemaal een hand, tot hun duidelijk grote verbazing, maar ze had besloten hun waardering te winnen voordat ze vertelde wat ze kwam doen. Sophia keek met de armen over haar borst gekruist toe, en ofschoon ze het duidelijk niet met de situatie eens was, kon ze er niets aan doen. Stephanie begon langzamerhand te beseffen wat het betekende om de vrouw van Santino en de meesteres van het kasteel te zijn.

‘Zo,’ zei ze toen het voorstellen achter de rug was, ‘nu zullen jullie je wel afvragen waarom ik hier ben.’ Ze keek naar Sophia. ‘Misschien zou jij het voor me kunnen vertalen, Sophia.’

Sophia grijnsde, ‘ik spreek erg weinig Engels,’ protesteerde ze.

Stephanie slaagde erin te glimlachen. ‘Ik ben ervan overtuigd dat je het kunt,’ verzekerde ze. ‘Eh — de signore vertelde me dat je mijn taal vrij behoorlijk kent.’ Santino had dat helemaal niet gezegd, maar Stephanie veronderstelde dat het noemen van Santino’s naam meer voor deze oude vrouw zou betekenen dan welke hoeveelheid overredingskracht dan ook. En ze had gelijk. Sophia kreeg een kleur en mompelde toen dat ze haar best zou doen. Stephanie glimlachte opnieuw en wendde zich weer tot de anderen.

Langzaam sprekend - om Sophia de tijd te geven haar woorden te vertalen - vertelde ze het personeel iets van haar plannen. Ze zei onder andere dat het haar bedoeling was met allen van hen een poosje samen te werken om er zodoende achter te komen wat hun plichten waren en te kijken of er hier of daar verbeteringen konden worden aangebracht. Ze zei dat ze niet van plan was iets te veranderen, tenzij het een verbetering zou zijn, en ze eindigde met hen allemaal een complimentje te geven voor de efficiënte manier waarop de huishouding werd geleid.

Toen ze was uitgesproken, viel er een diepe stilte, en Stephanie kon van hun gezichten niet aflezen of ze het wel of niet eens waren met haar toespraak. Sophia zelf toonde geen enkele emotie, en Stephanie had de indruk dat ze niet hadden geluisterd. Ze wist zelf niet precies wat voor reactie ze had verwacht, maar in elk geval toch wel wat belangstelling voor wat ze had gezegd. Was er dan niemand die iets te vragen had?

Toen ze dit kenbaar maakte aan Sophia, schudde de oude vrouw alleen maar haar hoofd, en Stephanie zuchtte. Het had geen zin. Ze zou meer van de taal moeten leren om zelf rechtstreeks met de mensen te kunnen praten. Ze wist niet of ze er wel op kon vertrouwen dat Sophia haar woorden precies had weergegeven. Ze draaide zich om om te gaan, en met haar hand op de deurknop zei ze: ‘Het is jullie dus allemaal duidelijk.’

Sophia kwam naar voren. ‘Ik ben nu al vele jaren huishoudster hier, vele, vele jaren,’ zei ze. ‘Al voordat signora Sancha hier meesteres was.’

Stephanie fronste haar wenkbrauwen en vroeg zich af wat er verder zou komen. ‘O ja?’

‘Si, signora.’ Sophia’s toon was hard en beschuldigend. ‘En toen signora Sancha hier meesteres was, liet ze de leiding van het kasteel aan mij over.’

‘Aha.’ Stephanie bedacht dat ze had moeten weten dat het niet gemakkelijk zou zijn. ‘Wat probeer je met te vertellen, Sophia?'

Sophia’s gezicht verstrakte. ‘Moet ik aannemen dal u nu mijn werk over gaat nemen?’

Stephanie zuchtte en beet op haar lip. ‘Helemaal niet. Althans niet op de manier die jij bedoelt.’ Ze spreidde een hand. ‘Luister, ik ben hier de meesteres, zoals je hebt gezegd, en ik wil deelnemen aan het leiden van het huishouden. Het is nu mijn thuis, en als ik - nou ja, als ik toezicht wil houden op de menu’s, de linnenkast wil controleren of beslissen wanneer er een kamer moet worden behangen, dan hoef jij je dat toch niet aan te trekken. Ik weet dat je hier goed werk verricht, dat kan ik zo wel zien, maar ik wil nu eenmaal dat - ach, dat de huishoudelijke aangelegenheden besproken worden voordat ze worden uitgevoerd.’

‘Ik begrijp het, signora.’ Sophia stapte weer achteruit en keek veelbetekenend naar Dominica, de kokkin. Teresa, zich bewust van de reacties van de oudere vrouwen, wrong zenuwachtig haar handen, en zelfs Carlo zette nogal luidruchtig zijn beker op het aanrecht.

Stephanie slaakte een zucht. Waarom moest zij zich schuldig voelen, terwijl het haar volste recht was om zo op te treden? Het kon haar niet bijzonder veel schelen in hoeverre Sancha zich had ingelaten met het personeel, maar ze kon alleen aannemen dat, als ze hier acht jaar lang had geleefd zonder zich te bemoeien met het huishouden, ze zich ongelooflijk moest hebben verveeld.

Ze opende de deur, maar voordat ze vertrok, zei ze nog: ‘Sophia, ik zou graag willen dat je me morgenochtend rondleidde. Tot nu toe ken ik alleen mijn kamer en die van Lucia, plus de paar kamers beneden, die ik heb gebruikt. Ik ben ervan overtuigd dat je me een heleboel zult kunnen vertellen over de huishoudelijke aangelegenheden.’

Sophia zei niets, en met een karakteristiek schouderophalen verliet Stephanie het vertrek. Ze kon ze beter wat tijd geven om haar woorden te verwerken, voordat ze verdere toenaderingspogingen ondernam.

Pietro kwam aan het eind van de middag terug, toen Stephanie zich aan het verkleden was voor het diner. Ze hoorde het ronken van de machtige Lancia en nadat ze snel de laatste hand aan haar make-up had gelegd, liep ze de trap af, brandend van verlangen om hem over haar succes met Lucia te vertellen.

Toen ze de hal echter bereikte, zag ze dat Pietro daar boos heen en weer liep, met een gezicht als een onweerswolk. Maria probeerde hem iets te verklaren, maar hij beduidde ongeduldig dat ze haar mond moest houden. Lucia zat op de gepolijste kist met haar benen te bengelen en keek volkomen ongeïnteresseerd toe.

Stephanie glimlachte tegen het kind voordat ze zei: ‘Wat is er aan de hand, Pietro? Is er iets mis? Wat is er gebeurd?’

Pietro draaide zich met een ruk naar haar toe. ‘Dat moet jij nog vragen!’ viel hij uit, woedender dan ze hem ooit had gezien.

Stephanie trok haar wenkbrauwen op en keek niet-begrijpend van de een naar de ander.

‘Wat bedoel je?’ vroeg ze tenslotte aan Pietro. ‘Wat is er dan toch gebeurd?’

Pietro bracht zijn gezicht vlakbij het hare. ‘Ik zal je vertellen wat er is gebeurd, signora,’ snauwde hij, met de nadruk op het laatste woordje, ‘je bent er in één middag in geslaagd jezelf te ontdoen van het voltallige personeel!’