2
Joan Kinkade reed haar marineblauwe Jaguar coupé de ondergrondse parkeergarage in en zette hem op de voor haar gereserveerde plaats bij de liften. Ze ging met de lift naar boven. Zoals altijd werd Joan ongeduldig toen de lift, die toch al langzaam was, op weg naar boven bij elke verdieping stopte. Zoals altijd. Toen ze op de negende verdieping uitstapte, besloot ze dat ze er genoeg van had. Ze ging met de beheerder van het gebouw praten. Haar bedrijf huurde de bovenste twee verdiepingen. Een eigen lift was dus niet onredelijk. Ze had er zelfs recht op. Ze huurde drieëntwintighonderd vierkante meter tegen meer dan een miljoen dollar per jaar, dus was niets onredelijk.
Joan Kinkade was een belangrijke huurster. Ze was de oprichtster en enige eigenares van een van de meest succesvolle adviesbureaus van de stad. Ze was nu negenendertig en had een heleboel bereikt. Haar bedrijf, dat toepasselijk Joan Kinkade en Partners heette, was de laatste jaren enorm gegroeid dankzij de fantastisch bloeiende Amerikaanse economie en het scherpe zakeninstinct van de oprichtster. Joan telde onder haar toegewijde cliënten politici, stadsbestuurders en grote bazen uit de zakenwereld en de industrie. De prijs die ze voor haar succes had moeten betalen, was hoog geweest, hoewel ze dat zelf met klem zou ontkennen. Relaties waren voor haar slechts voorbijgaande, seksuele verhoudingen. En hoewel ze nog nooit was vervallen tot avontuurtjes voor één nacht, had de langste van deze 'paarperiodes', zoals ze het zelf noemde, vijf afspraakjes geduurd, waarvan er vier waren geëindigd (of begonnen) in bed. De mannen waren tegenwoordig zo bleu. Waar wachtten ze nou eigenlijk op, vroeg Joan zich af terwijl ze naar haar kantoor beende. Opspelende hormonen kon je nu eenmaal niet negeren, zeker niet zo'n geblondeerd lekker ding als zij, met zware borsten, lange benen en zachte heupen, waar mannen zo graag hun armen omheen sloegen - als zij het toestond. Ze keek haar kantoorruimte rond en wist dat ze er regeerde met een ijzeren hand en dat iedereen wist dat ze soms heet als een loopse teef door de gangen liep. Nou, de jonge mannen die ze graag om zich heen verzamelde, zouden gewoon uit moeten kijken. Het waren geen kinderen. Ze konden er wel tegen, zolang ze niet vergaten wie de baas was en wie hun salaris betaalde. Joans seksuele driften werden echter getemperd door haar zakelijke kant en ze eiste en kreeg van iedere man een gezondheidscertificaat voordat ze met hem het bed in dook. Ze had geen imperium opgebouwd om het kwijt te raken door zoiets stoms als dat.
Toen ze haar kantoor binnenkwam, besloot Joan dat ze inderdaad met de beheerder zou praten over haar eigen lift. Volgend jaar liep haar huurtermijn af, dus kon ze druk op hem uitoefenen. Ze moest het ijzer smeden nu het heet was. Ze bleef staan bij het bureau van haar assistent. Joan dacht aan de lunch die ze over een paar minuten zou geven in de conferentiezaal van de firma, toen Carl haar over de moord vertelde. 'In het gebouw hiernaast,' zei Carl, die de krant voor haar openhield.
'Hmm,' zei Joan afwezig. Ze negeerde de krant en liet haar ogen in plaats daarvan over een lijst met opmerkingen gaan die ze voor de lunch had voorbereid. Die moest wat opgepept worden, besloot ze.
'Nog maar vierendertig jaar,' zei Carl nog, en hij schudde grimmig zijn knappe hoofd. 'Ze hebben haar gevonden in zo'n stomme afvalcontainer, bij het laadperron.'
'Is het eten er al?' wilde Joan weten. Carl knikte en keek toen weer naar de korrelige foto van de dode vrouw in de krant. 'Waarom lachen vermoorde mensen toch altijd op de foto?' zei hij huiverend. 'God, ik krijg er de rillingen van.' Joan keek hem aan. 'Nou, niemand verwacht het toch vermoord te worden? Heb jij thuis een foto waarop staat gebruiken in geval van moord?' Carl staarde haar met open mond aan en keek toen weer naar de krant. 'Verkracht en gewurgd. In het gebouw hiernaast. Mijn god! Dat staat met een loopgang in verbinding met ons gebouw. Het is eigenlijk hetzelfde gebouw. Er is een moord gepleegd in ons gebouw, mevrouw Kinkade.' 'Carl, schat, maar je nou niet zo druk. Als het een of andere seriemoordenaar is, heeft die het meestal op vrouwen voorzien, niet op mannen. Maak je maar geen zorgen, je bent zo veilig als wat. Mannen zijn altijd veilig, of niets soms?'
Hij keek haar bezorgd aan. 'U blijft vaak nog laat werken, mevrouw Kinkade.' 'Dat doe ik inderdaad. En ik heb een revolver in mijn kantoor.'
Carl keek geschokt. 'Echt? Dat is illegaal in dit district.'
'Nou, vertel het dan maar aan niemand.' Joan glimlachte. 'Bel de beheerder en laat hem om halfacht vanavond naar mijn kantoor komen.' Ze ging zich voorbereiden op haar lunch. Ze zou die lift krijgen, al was het het laatste wat ze deed. Ze had ook al geen open haard mogen hebben, zogenaamd vanwege de voorschriften van de brandweer. Onzin! Maar die lift gaf ze niet op. Die was van haar.