Foto

 

De volgende maandag loopt Otto tevreden naar
school. Zijn moeder heeft het shirtje toch gewas-
sen, en meteen in de droger gegooid, zodat hij de
hele zondag kon oefenen.

Maar nu het bandje nog.

Gebeurde er maar iets met hem. Iets ergs, zoals
een been breken of zo. Iets waardoor iedereen
medelijden zou hebben en hem zou willen troos-
ten door heel aardig te zijn en een cadeautje te
geven. En zo'n gipsen been heeft Otto altijd wel
wat geleken. Je hebt een boel bekijks en ondertus-
sen kan je gewoon alles blijven doen. Nou ja, bijna
alles dan.

Beter dan bij voorbeeld zo'n hoge stijve kraag
om je nek, dat zie je ook wel eens op straat, maar
dat is niks.

Otto steekt nogal onvoorzichtig vlak voor een
fiets over.

„Hé lummel!" schreeuwt de man die erop zit.

Maar verder gebeurt er niets. Voor je het weet
knal je met je kop tegen de straat, bedenkt Otto
dan, dus misschien toch niet zo'n best idee.

Eenmaal op school blijft hij verder piekeren.
Zoveel mensen verdienen geld, dan moet hij het
toch ook kunnen. Kinderarbeid, dat staat wel
eens in de krant, nou dat is precies wat hij zoekt.
Maar waar vind je zoiets?

En dan, helemaal zonder dat hij er iets voor hoeft
te doen, komt de oplossing.

Aan het eind van de schooldag pakt zijn meester
een stapel enveloppen van zijn tafel en deelt ze
uit. 'Een leuke herinnering!' staat er in blauwe let-
ters op gedrukt.

En meteen weet Otto het weer: de klassenfoto!

'Sluit 5 gulden in deze envelop' leest Otto snel
verder en hij ziet dat alle aanwijzingen in het
blauw zijn. Dezelfde kleur als zijn pen.

Dit is het!

Hij legt de envelop op zijn tafeltje en haalt zijn
pen te voorschijn. Even kijkt hij rond of er nie-
mand mee gluurt en dan zet hij, netjes langs zijn
liniaal, een eentje voor de vijf. Otto kijkt naar het
resultaat. Perfect. Hij kan haast niet geloven hoe
simpel het is.

Morgen neemt hij de foto gewoon weer mee.
Die van vorige jaren liggen ook nog steeds in een
laatje onder de televisie. Jammer meester, ze wil-

len dit jaar niet. De meester krijgt zijn foto terug.
En Otto heeft zijn bandje.

Wanneer Otto de school uitloopt om naar huis te
gaan, huppelt hij bijna.