Drie
Vaartuigen
1
I
Tesla was vroeg wakker geworden, ondanks het late telefoontje met Grillo en het kotsen van Lucien. Het was nog vroeg genoeg om van de zingende vogels te genieten voordat het verkeerslawaai van Melrose Boulevard en Santa Monica Boulevard alles overheerste. Omdat de keukenkastjes leeg waren, wandelde ze naar de cafetaria onder het fitnesscentrum aan Santa Monica Boulevard, die ten behoeve van masochisten al om vijf uur openging, en kocht koffie, fruit en volkorenbroodjes voor zichzelf en haar gast.
'Ik wil niet dat je met hem neukt, zei Raul weer tegen haar toen ze naar haar appartement terugliepen. Dat hebben we afgesproken: geen sex totdat we van elkaar gescheiden zijn.
'Dat gebeurt misschien wel nooit, Raul,' merkte ze op, 'en ik ben echt niet van plan om voor de rest van mijn leven een soort non te worden. De rest van mijn leven zou trouwens een erg korte tijdsspanne kunnen zijn.'
Tjonge, wat zijn we vanmorgen weer opgewekt.
'Trouwens, apen houden van sex. In de dierentuin doen ze niks anders.'
Ga jezelf neuken, Bombeck.
'Dat is precies wat ik heb gedaan. En daar heb jij trouwens nooit over geklaagd. Kwam jij klaar als ik met mezelf speelde?'
Geen commentaar.
'Ik ga met Lucien neuken, Raul. Wen maar vast aan het idee.' Slet.
'Aap.'
Toen ze in het appartement terugkwam, had Lucien gedoucht en zat hij op het balkon in de zon. Hij had wat oude kleren van Tesla in de kast gevonden: patchwork-jeans uit de jaren zestig en een leren vest dat zijn magere bovenlijf beter paste dan het haar ooit had gepast. Ah, de souplesse van de jeugd, dacht ze, toen ze zag hoe vlug hij zich van de excessen van de vorige avond had hersteld. Met een glimlach en een gezonde kleur op zijn wangen stond hij op om haar te helpen het ontbijt uit te pakken en er met niet geringe eetlust op aan te vallen.
'Ik voel me stom omdat ik heb overgegeven,' zei hij. 'Dat doe ik anders nooit. Nou moet ik wel eerlijk zeggen dat ik anders ook nooit wodka drink.' Hij wierp haar een zijdelingse blik toe. 'Jij leert me slechte gewoonten,' zei hij. 'Kate zegt dat je het lichaam moet zuiveren, als je wilt dat het een vaartuig voor het oneindige wordt.'
'Dat klinkt heel mooi,' zei Tesla. 'Een vaartuig voor het oneindige. Wat betekent dat... precies?'
'Nou... het betekent... je weet wel, wij bestaan uit dezelfde elementen als de sterren... en... en we hoeven alleen maar onze ziel open te stellen... en het oneindige, ik bedoel, je weet wel... alles wordt één, en alles stroomt door ons heen.'
' "Verleden, toekomst en de droom die daartussen ligt, zijn alle één land dat één onsterfelijke dag leeft." '
Lucien keek op van dat citaat. 'Waar heb je dat vandaan?' zei hij.
'Heb je het nooit eerder gehoord? Ik hoorde het van...' Ze dacht er even over na. 'Misschien van Fletcher,' zei ze. 'Of misschien van Kissoon.'
'Wie is Kissoon?' vroeg Lucien.
iemand over wie ik niet wil praten,' zei ze. Enkele ervaringen uit haar leven hield ze nog steeds opgeslagen in de categorie 'niet aanraken', en Kissoon was er duidelijk een van.
'Ik wil dat je het me vertelt als je daarvoor in de stemming bent,' zei Lucien. ik bedoel, ik wil in al je wijsheid delen.'
'Dat zal je tegenvallen,' zei Tesla.
Hij legde zijn hand over de hare. 'Alsjeblieft. Ik meen het.'
Ze hoorde de aap een kokhalsgeluid maken in haar hoofd en moest onwillekeurig glimlachen.
'Wat is er zo grappig?' zei Lucien een beetje gekwetst.
'Niets,' zei ze. 'Je moet niet zo overgevoelig reageren. Als er één ding is waar ik niet tegen kan, zijn het overgevoelige mannen.'
2
Om halfacht reden ze in noordelijke richting langs de kust. Ze schoten lekker op. Tesla, of Raul, of misschien een combinatie van hen, voelde tegenwoordig bijna griezelig goed aan of er ergens politie was. Als ze er zeker van was dat niemand op hen lette, voerde ze de snelheid op naar honderdzestig, honderdtachtig. Op donderdagavond kwamen ze in Oregon en om tien uur vonden ze dat ze voor één dag wel ver genoeg waren gekomen. Ze gingen naar een motel en namen een kamer. Eén kamer, één bed. Wat dat inhield, bleef onbesproken.
Terwijl Lucien op voedsel uitging, belde Tesla naar Grillo. Zo te horen was hij blij dat ze belde. Het gesprek met Howie was niet bepaald goed verlopen, zei hij. Misschien zou het wel goed zijn als ze zelf ook naar het echtpaar belde, dan kon ze zijn waarschuwing enige kracht bijzetten.
'Wat is er toch met D'Amour gebeurd?' wilde Tesla weten. 'Die zou toch op ze passen?'
'Zal ik je zeggen wat ik denk?' zei Grillo.
'Ja.'
'Volgens mij is hij dood.'
'Wat?'
'Hij zat achter iets groots aan - hij wilde me niet vertellen wat het was - en toen nam hij ineens geen contact meer met me op.'
Dat nieuws schokte Tesla. Hoewel ze nooit zo'n nauwe band met D'Amour had gehad - ze had hem sinds de Grove maar één keer ontmoet, toen haar zwerftocht door de Amerika's haar naar New York had gevoerd - had ze hem vaag als een soort achtervanger en ook als een bron van esoterica beschouwd, iemand die altijd nog te hulp kon worden geroepen. Nu was dat kennelijk niet meer het geval. En als D'Amour, die deze strijd vijftien jaar had geleverd en die overal verweermiddelen tegen de vijand had (zelfs enkele die op zijn lichaam waren getatoeëerd) de strijd had verloren, welke hoop kon zij dan nog koesteren?
Lucien had haar woorden over overgevoeligheid gelukkig niet ter harte genomen. Zodra hij haar zag, wist hij dat haar stemming er niet beter op was geworden. Hij vroeg voorzichtig of er iets was, en ze vertelde het hem. Hij stelde haar zo goed mogelijk met woorden gerust, maar ze maakte algauw duidelijk dat ze daar niets aan had, en toen ging hij over op strelen en kussen, en binnen de kortste keren kleedden ze zich uit en waarschuwde hij haar dat hij geen groot minnaar was en dat ze niet te veel moest verwachten.
Ze vond zijn bescheidenheid ontwapenend en, zo bleek, overbodig. Zeker, hij deed nauwelijks aan experimenten, maar wat hij in de breedte te kort kwam, maakte hij in de diepte diep, en dat was niet te versmaden. Ze paarden met de vurigheid die ze sinds haar studententijd niet meer had gekend, twintig jaar geleden. Het bed piepte onder hen en de hoofdsteun maakte de groef in de muur, gemaakt door degenen die hier al eerder de liefde hadden bedreven, nog dieper.
De eerste keer hield Raul zich stil. Hij gaf geen kik. Maar toen zij en Lucien een paar stukken koude pizza hadden gegeten en het knuffelen weer begon, liet hij van zich horen.
Hij gaat het niet nog een keer doen.
'Hij mag het de hele nacht doen,' dacht ze. 'Als hij het aankan.' Ze
bracht haar handen tussen hun benen en leidde hem in haar. 'En daar ziet het wel naar uit.'
Jezus Christus! snikte Raul. Hoe hou je dit uit? Zeg dat hij hem eruit trekt!
'Hou je stil,' zei ze. Ze keek omlaag naar haar en Luciens kruis.
Doe dan tenminste je ogen dicht, zei Raul.
Ze was veel te gefascineerd om dat te doen. 'Moet je dat toch eens zien,' dacht ze, en bracht haar heupen omhoog om hem in zijn volle lengte te ontvangen. 'Hij komt bij mij en ik kom bij hem...'
Verdomme...
'...als een kruispunt.'
... je raaskalt, vrouw.
Ze keek op in Luciens gezicht. Hij had zijn ogen halfdicht en zijn wenkbrauwen naar elkaar toegetrokken.
'Gaat het... goed met je?' hijgde hij.
'Beter dan ooit,' zei ze.
De aap bleef snikken in haar hoofd en sprak nu in het ritme van Luciens stoten. Het is net... of hij ons... steekt. Ik hou... dit... niet meer uit!
Terwijl hij dat zei, voelde ze dat hij zijn wil aan haar oplegde, over de scheidslijn heen die ze aan het begin van hun samenwonen hadden vastgesteld. Het deed pijn, en ze liet een gekreun horen dat door Lucien voor een teken van waardering werd gezien. Zijn omhelzing werd strakker, zijn stoten werden koortsachtiger.
'O ja,' begon hij te roepen, 'ja! ja! ja!'
Nee! brulde Raul, en voordat Tesla haar lichaam weer kon opeisen, nam hij de leiding.
Haar armen, die loom op het kussen hadden gelegen, gingen Lucien plotseling te lijf. Haar nagels klauwden in zijn naakte rug. Uit haar keel kwam een dierlijk gekrijs waarvan ze niet had geweten dat ze het kon voortbrengen, en toen hij geschrokken terugdeinsde, kwamen haar benen achter hem omhoog. Ze grepen hem onder zijn oksels en trokken hem terug. Dat alles gebeurde in zo'n waas van lawaai en beweging dat Tesla pas zeker wist dat het was gebeurd toen het voorbij was en Lucien languit naast het bed op de vloer lag.
'Wat was dat nou?' zei hij, toen hij zijn stem terug had.
Tevreden over zijn werk, verslapte de aap zijn greep enigszins en kon ze uitbrengen: 'Dat... dat was ik niet.'
'Wat bedoel je, dat was jij niet?' zei Lucien.
ik zweer je...' zei ze, en ze stond op van het bed. Maar hij wilde haar niet meer bij zich in de buurt hebben. Hij kwam bliksemsnel overeind en trok zich terug naar de stoel waarop zijn kleren lagen.
'Wacht,' zei ze zonder een nieuwe poging te doen dichter bij hem te komen. 'Ik kan dit uitleggen.'
Hij keek haar argwanend aan en zei: ik luister.'
ik ben hier binnen niet alleen,' zei ze. Ze besefte meteen dat het erg moeilijk zou worden het uit te leggen. 'Er zit nog iemand anders in mijn schedel.' Aan de andere kant, dacht ze, moet hij het principe kunnen begrijpen. Had hij die ochtend niet zelf gezegd dat het lichaam een vaartuig voor het oneindige was? 'Hij heet Raul.'
Hij keek haar aan alsof ze een vreemde taal sprak. 'Waar hèb je het over?' vroeg hij ongelovig.
ik heb het over de geest van een man die Raul heette. Die geest zit bij mij in mijn hoofd. Hij zit daar al vijf jaar. En hij wil niet dat we doen wat we aan het doen waren.'
'Waarom niet?'
'Nou... waarom laat ik hem dat niet zelf vertellen?'
Wat? hoorde ze Raul zeggen.
'Toe dan,' zei ze hardop. 'Jij hebt de schade aangericht. Nu mag je het ook uitleggen.'
Dat kan ik niet.
'Dat ben je aan me verplicht, verdomme nog aan toe!'
Lucien luisterde uiterst cynisch naar het deel van de discussie dat hij kon horen. Ze wachtte, liet haar tong slap in haar mond liggen.
'Jij grauwde,' zei ze tegen Raul. 'Dan kun je ook best praten.'
Voordat ze de gedachte had afgemaakt, merkte ze dat haar tong weer begon te bewegen. Er kwamen geluiden uit haar, eerst primitief, maar algauw herkenbaar als lettergrepen. Zonder een spier te vertrekken keek en luisterde Lucien naar dit alles. Zo te zien dacht hij dat hij in het gezelschap van een krankzinnige verkeerde, maar ze kon hem pas geruststellen als het allemaal voorbij was.
'Wat ze jou zojuist heeft verteld...' begon Raul, die Tesla's stem nu in bezit had,'... is waar. Ik ben de geest van een man die... die zijn lichaam opgaf aan een groot kwaad dat Kissoon heet.' Ze had niet verwacht dat hij Lucien zou vertellen waarom hij naar een ander lichaam was overgesprongen, maar nu hij dat deed, nam haar woede al een beetje af. Het was voor hem niet gemakkelijk om hierover te spreken, wist ze. Kissoon en zijn overredingen waren voor hen beiden een bittere herinnering, vooral voor hem, die zijn lichaam door de trucs van de sjamaan was kwijtgeraakt.
'Ze... was erg... goed voor me,' ging hij aarzelend verder. 'En voor één van haar goedheden zal ik... altijd dankbaar zijn.' Hij likte een paar keer over haar lippen. Zijn nervositeit had haar mond kurkdroog gemaakt. 'Maar... wat ze me aandoet met mannen...' Hij schudde zijn hoofd. '... dat maakt me misselijk.'
Terwijl Raul sprak, liet Lucien instinctief zijn hand tussen zijn benen zakken om zijn geslacht te bedekken.
'Het zal haar vast wel genot verschaffen,' zei Raul, 'maar haar genot is mijn pijn. Begrijp je dat?'
Lucien zei niets.
'Ik wil dat je het begrijpt,' drong Raul aan. 'Je moet niet denken dat dit een tekortkoming van jezelf is. Dat is het niet. Echt niet.'
Op dat moment pakte Lucien vlug zijn onderbroek van de vloer en begon hem aan te trekken.
ik heb alles gezegd wat ik kan zeggen,' zei Raul. ik laat jullie twee nu...' Tesla viel hem in de rede. 'Lucien,' zei ze. 'Wat doe je?'
'Wie van jullie tweeën is nu aan het woord?'
ik. Tesla.' Ze stond op van het bed, trok daarbij het laken om zich heen en hurkte voor hem neer. Hij bleef zich aankleden terwijl ze sprak, 'Ik weet dat dit waarschijnlijk het vreemdste is dat je ooit hebt gehoord...'
'Dat klopt.'
'En Kate en Friederika dan?'
'Ik neukte niet met Kate. Of met Friederika,' zei hij met bevende stem. 'Waarom heb je het me niet verteld?'
ik dacht dat je het niet hoefde te weten.'
ik doe het met een vent - en jij denkt dat ik het niet hoef te weten?'
'Wacht. Gaat het daarom?' Ze stond op en keek streng op hem neer. 'Waar is je gevoel voor avontuur?'
'Dat is op, denk ik,' zei hij, en hij trok haar patchwork-jeans aan.
'Je gaat weg?'
'Ik ga weg.'
'En waar ga je naartoe?'
'Weet ik niet. Ik krijg wel een lift ergens heen.'
'Luister, blijf dan tenminste vannacht. We hoeven niets te doen.' Ze hoorde de wanhoop in haar stem en minachtte zichzelf. Wat was dat voor flauwekul? Anderhalve wip en ze kon plotseling niet meer alleen slapen? 'Vergeet die opmerking maar,' zei ze. 'Als je weg wil, ga je maar weg. Je gedraagt je als een puber, maar dat is jouw probleem.'
Met die woorden trok ze zich in de badkamer terug. Ze ging douchen en zong hard genoeg in zichzelf om hem te laten weten dat het haar niet kon schelen of hij wegging of niet.
Toen ze tien minuten later te voorschijn kwam, was hij weg. Ze ging op de rand van het bed zitten, haar huid nog nat van het douchen, en riep Raul uit zijn schuilplaats.
'Zo... nu zijn we weer met z'n tweeën.'
je kunt bier beter tegen dan ik had verwacht.
'Als we de volgende paar dagen overleven,' zei ze, 'moeten we uit elkaar. Dat begrijp je zeker wel?'
Ik begrijp het.
Het was even stil. Ze vroeg zich af hoe het zou zijn om alleen te zijn.
'O ja, was het echt zo verschrikkelijk?'
Walgelijk.
'Nou, dan weet je tenminste wat je mist,' zei ze.
Nou, sla me dan met blindheid.
'Wat?'
Tiresias, zei hij.
Nu wist ze nog niets.
Ken je dat verhaal niet?
Het was een van de paradoxen in hun relatie dat hij, de voormalige aap, door Fletcher in de grote mythen van de wereld was ingewijd, terwijl zij, de professionele verhalenvertelster, alleen maar wat vage kennis van die dingen had.
'Vertel het me,' zei ze, en ging weer op het bed liggen. Nu?
'Nou, je hebt mijn amusement weggejaagd.' Ze sloot haar ogen. 'Toe dan,' zei ze. 'Vertel het me.'
Hij had haar al verschillende malen op zijn versies van de klassieken vergast, meestal wanneer ze hem naar een van zijn verwijzingen vroeg. De erotische avonturen van Aphrodite; de reizen van Odysseus; de val van Troje. Maar dit verhaal paste beter bij hun huidige situatie dan alle andere verhalen die hij haar had verteld, en ze viel in slaap met beelden van de Thebaanse ziener Tiresias (die volgens de legende als man èn als vrouw de liefde had bedreven en die, nadat hij had verklaard dat het genot van de vrouw tienmaal groter was, met blindheid was geslagen door een godin, die kwaad was omdat het geheim was ontdekt), die door de wildernis van de Amerika's dwaalde, op zoek naar Tesla, tot hij haar vond in de puinhopen van Palomo Grove, waar ze eindelijk de liefde bedreven, terwijl de grond rond hen openbarstte.