Hoofdstuk 79
Tully kon niet geloven dat hij het niet door had gehad.
Hij scheurde over de HWY-20-afrit van de I-95. Het zou een eeuwigheid duren voordat hij in Charlottesville was. Maggies mobiel was naar de voicemail doorgeschakeld. Had Sloane haar al te pakken?
Nu vielen de puzzelstukjes, uiteraard, allemaal op hun plaats.
Hij herinnerde zich dat George Sloane hem had gevraagd waar hij was toen de doos met donuts arriveerde.
Sloane had gezegd: ‘Als ik me het goed herinner, kun jij een chocoladedonut nooit weerstaan.’
Chocoladedonuts vormden Tully’s enige onveranderlijke obsessie. Hij ging door verschillende fases: Oreo-koekjes, drop en vroeger een tijdje Jelly Beans, maar chocoladedonuts waren een constante. Dat was echter niet waardoor er een lichtje had moeten gaan branden. Sloane had ook gezegd: ‘Dus terroristen leveren hun dreigementen nu op de bodem van donutdozen af?’
Hoe wist hij dat het briefje op de bodem van de doos had gelegen? Alleen Cunningham, Maggie, Ganza en hijzelf wisten dat. Je zou nooit zomaar aannemen dat een briefje op de bodem lag. Sloane wist dat omdat hij het daar had gestopt.
En waarom zouden Caroline en haar verloofde een doelwit voor de Ebolaverstuurder vormen, tenzij haar oude geliefde, die nog in juli contact met haar had opgenomen, er op de een of andere manier mee te maken had?
De laatste keer dat ze iemand anders had gekozen, was haar oude geliefde, Indy alias George Sloane, min of meer door het lint gegaan. Dat was zelfs de reden geweest waarom hij voortijdig van de FBI-opleiding was geschopt. Hij was een expert in forensische documenten geworden zodat hij nog steeds met de FBI kon samenwerken, het gevoel kon hebben erbij te horen, al was dat slechts zijdelings, aan de buitenkant. George Sloane had altijd FBI-agent willen zijn, helemaal geen professor.
Hoeveel andere pakketjes had hij verstuurd?
En Maggie was nu bij hem. Niet in staat haar telefoon op te nemen.
Misschien had hij het mis. Misschien was ze niet in gevaar. Het was mogelijk dat haar mobieltje geen bereik had. Misschien was er geen reden voor hem om in paniek te raken.
Dat hield hij zichzelf voor, terwijl hij het gaspedaal tot op de bodem bleef indrukken.